Bronnen Bronnen
Bronnen

stam-goh175

Het Nieuws van den Dag (krantenartikel)
plaats: Amsterdam [nh]
datum: 3 feb 1896
bladnr.: 5
blz.: 18
Uit: Nieuws van den Dag van Maandag 3 Februari 1896. 5e blad, blz. 18
WOLTER TEN CATE.
Uit Hengeloo (O.) schrijft men ons: Dit jaar zal het juist eene eeuw geleden zijn, dat het Overijselsche Hengeloo een zijner verdienstelijkste burgers verloor, den Doopsgezinden predikant Wolter ten Cate (geb. 1701, overl. 1796), die door zijne tijdgenooten aldaar Wolter-oom" genoemd werd, een naam, die getuigt van de liefde en achting, welke zij hem toedroegen. Die liefde en achting heeft Wolter ten Cate dan ook ruimschoots verdiend, want veel heeft Hengeloo (O.) aan hem te danken. Hij was het, die aldaar de damastweverij invoerde. (Thans bestaat daar nog de damastweverij van den Heer H. ten Cate Mzn.) Ook wist hij de ingezetenen er toe te brengen zich toe te leggen op het weven van bonte katoenen stoffen, naderhand algemeen bekend onder den naam van „Hengelo's bont." De invoering van deze industrie is voor Hengeloo een weldaad geweest. Honderden huisgezinnen hebben daarin een bestaan gevonden; de bloei der plaats werd voor tientallen van jaren daardoor verzekerd. Vooral na de afscheiding van België (1830) heeft de katoenindustrie zich er snel uitgebreid. Voor 1830 leverde België bijna alle calicots en manufacturen voor onze koloniën. Na den opstand richtte de Nederlandsche Handelmaatschappij het oog op Twenthe, en het bleek al spoedig, dat men daar, niettegenstaande de vermindering en opheffing van de beschermende rechten in Indië en ofschoon de Belgen luide de ongeschiktheid der Nederlanders op industrieel gebied predikten, de mededinging met Engeland glansrijk kon volhouden. Ook Hengeloo's katoenindustrie ging na dien tijd snel vooruit en is thans nog het hoofdmiddel van bestaan. Verder stichtte „Wolter-oom" in Hengeloo eene kerk en pastorie voor de Doopsgezinden; ook was hij de stichter van de Doopsgezinde Gemeente te Borne. Voor de armen heeft hij zich in het bijzonder verdienstelijk gemaakt. Door zijne bemoeiingen kwam eene armenbedeeling tot stand, de nog bestaande „Armenbus"; door eene ruime geldelijke bjjdrage, heeft de edele oprichter de inkomsten dier inrichting ook voor het vervolg verzekerd. Zoo werd Wolter ten Cate, èn door zijne werkzaamheid op maatschappelijk gebied èn door zijne edele hoedanigheden als mensch, de helper en raadsman zijner plaatsgenooten, een zegen voor zijn dorp, een man, wiens nagedachtenis nog ïn dankbare herinnering voortleeft. Het in olieverf geschilderde portret van Wolter ten Cate is thans in het bezit van den Heer H. ten Cate Mzn., te Hengeloo (O.). Mr. B. W. A. E. Sloet tot Oldhuis vervaardigde op zijne beeltenis het volgende gedichtje: Op de beeltenis van Wolter ten Cate. Wie burgerdeugd vereert en menschenmin te gader, Aanschouw' met eerbied 't beeld van dezen acht'bren vader! Zijn schrander wikkend brein schiep bronnen van bestaan; Zijn voorbeeld spoorde staag tot orde en ijver aan. En daarbij verder zag, dan de eeuw, die hem zag leven, Zal Wolter-oom nog lang op veler tongen zweven. Een van Hengeloo's straten is naar Wolter ten Cate genoemd.