relatie
met
Dirk Roskam,
schipper, voermansknecht.
Uit deze relatie één dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Dorathea | *1810 | Delft [zh] | †1851 | Heenvliet [zh] | 41 | 1 | 8 |
tr.
wonen Emmastraat 10, 3134 CL Vlaardingen [zh] tussen 1934 en 1942 Daniël overlijdt er in 1934; Dirkje overlijdt er in 1942
met
Dirkje Bergwerf,
geb. in 1863,
ovl. te Vlaardingen [zh] op 1 mei 1942,
begr. te Vlaardingen [zh] Algemene Begraafplaats op 5 mei 1942.
Uit dit huwelijk één zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Dirk | *1894 | †1944 | Amersfoort [ut] | 49 | 0 | 0 |
tr.
met
tr. te Vlaardingen [zh] op 27 mei 1896
met
Wouter Hoogenraad, zn. van Johannes Hoogenraad (reder) en Johanna Maria Van Dulk ,
geb. te Den Haag [zh] in 1873,
kuiper.
Opmerkingen Wouter Hoogenraad en Maria van Zeventer
wonen in 1919 te Scheveningen.
tr.
met
Abraham Kersseboom,
geb. circa 1870,
ovl. voor 1947.
Dossier:
tr. te Den Haag [zh] op 13 okt 1897 (akte nr. 1188),
wonen Verploegh Chasséplein 5a Vlaardingen [zh] in 1943
met
Cornelia den Dulk, dr. van Cornelis Johannes den Dulk (reder) en Wilhelmina Tuit,
geb. te Den Haag [zh] op 27 mei 1876 volgens een opgave geboren te Den Haag; haar geb.akte niet op de site van het gem.arch. Den Haag gevonden,
ovl. te Vlaardingen [zh] op 7 sep 1943 vlg. overl.adv. oud 73 jr. dus geboren in 1870,
begr. te Vlaardingen [zh] Algemene Begraafplaats op 10 sep 1943.
Uit dit huwelijk 6 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Dirk | *1898 | Vlaardingen [zh] | 0 | 0 | |||
2 | Cor | *1899 | Vlaardingen [zh] | 1 | 1 | |||
3 | Helena | *1901 | Vlaardingen [zh] | 0 | 0 | |||
4 | Wilhelmina | *1903 | Vlaardingen [zh] | †1994 | 91 | 2 | 4 | |
5 | Daniel | *1908 | Vlaardingen [zh] | †1939 | Amsterdam [nh] | 31 | 0 | 0 |
6 | Cornelia | *1915 | Vlaardingen [zh] | 0 | 0 |
tr. te Vlaardinger-Ambacht [zh] op 11 feb 1909
met
Adriana van der Krans, dr. van Willem van der Krans (bouwknecht, los werkman) en Aagje Mooij (dienstbode),
geb. te Vlaardinger-Ambacht [zh] op 1 mrt 1888,
ovl. te Vlaardingen [zh] op 24 dec 1974.
Uit dit huwelijk 8 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Dirk | *1909 | Vlaardingen [zh] | †1990 | Vlaardingen [zh] | 80 | 1 | 2 |
2 | Agatha | *1911 | Vlaardingen [zh] | †1994 | Vlaardingen [zh] | 82 | 2 | 0 |
3 | Helena | *1913 | Vlaardingen [zh] | †2006 | Vlaardingen [zh] | 92 | 1 | 0 |
4 | Willem | *1918 | Vlaardingen [zh] | †1984 | Capelle a/d IJssel [zh] | 65 | 1 | 7 |
5 | Dorothea | *1921 | Vlaardingen [zh] | 1 | 1 | |||
6 | Gerrit | *1923 | Vlaardingen [zh] | †2000 | Vlaardingen [zh] | 77 | 1 | 4 |
7 | Kees | *1925 | Vlaardingen [zh] | †1986 | Vlaardingen [zh] | 61 | 1 | 4 |
8 | Afgeschermd | 0 | 0 |
Dossier:
tr. te Vlaardingen [zh] op 11 feb 1863 (getuigen: Gerrit Don, kapitein ter koopvaardij, 41 jr, broeder der vrouw; Johannes Hoogerwerf, 27 jr, kapitein der koopvaardij, aanbehuwd broeder der vrouw; Adries Hoogerwerf, werfschipper, 46 jr. en Joris Hoog Don, winkelier, oom der vrouw, 72 jr, wonende allen in deze gemeente)
met
Dirk van Zeventer, zn. van Daam (Daan, Doen) van Seventer (schipper, koopman) en Dorathea Roskam (dienster (1832)),
geb. te Heenvliet [zh] huisnr. 50 op 1 jul 1835 ten 07.00(akte nr. 15),
ged. NG te Heenvliet [zh] op 19 jul 1835,
schipper(sknecht), veerschipper op Delft en Den Haag, pakhuisbaas,
woont Delftseveer 21a Vlaardingen [zh] in 1919 Dirk woont op dit adres als hij in 1919 overlijdt,
ovl. te Vlaardingen [zh] op 12 jan 1919,
begr. te Vlaardingen [zh] Algemene Begraafplaats op 15 jan 1919.
Uit dit huwelijk 12 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Daniël | *1863 | Vlaardingen [zh] | †1934 | Vlaardingen [zh] | 71 | 1 | 1 |
2 | Gerrit | *1865 | Vlaardingen [zh] | †1868 | Vlaardingen [zh] | 3 | 0 | 0 |
3 | Dorothea | *1867 | Vlaardingen [zh] | 1 | 0 | |||
4 | Gerrit | *1870 | Vlaardingen [zh] | 0 | 0 | |||
5 | Maria | *1871 | Vlaardingen [zh] | 1 | 0 | |||
6 | Lijntje | *1873 | Vlaardingen [zh] | †1946 | Den Haag [zh] | 72 | 1 | 0 |
7 | Kornelis | *1875 | Vlaardingen [zh] | †1949 | Vlaardingen [zh] | 74 | 1 | 6 |
8 | Alida | *1877 | Vlaardingen [zh] | †1880 | Vlaardingen [zh] | 2 | 0 | 0 |
9 | Katharina | *1878 | Vlaardingen [zh] | †1880 | Vlaardingen [zh] | 1 | 0 | 0 |
10 | Maarten | *1880 | Vlaardingen [zh] | †1946 | Vlaardingen [zh] | 66 | 1 | 8 |
11 | Alida | *1882 | Vlaardingen [zh] | †1955 | Den Haag [zh] | 73 | 0 | 0 |
12 | Jan | *1884 | Vlaardingen [zh] | 0 | 0 |
tr. te Vlaardingen [zh] op 12 sep 1832
met
Maria de Willigen,
geb. te Vlaardingen [zh] op 31 jul 1804,
ged. NG te Vlaardingen [zh] op 5 aug 1804,
ovl. te Vlaardingen [zh] op 6 dec 1847.
Uit dit huwelijk één dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Leentje | *1841 | Vlaardingen [zh] | †1903 | Vlaardingen [zh] | 61 | 1 | 12 |
tr. te Vlaardingen [zh] op 12 sep 1832
met
Gerrit Don,
ged. NG te Vlaardingen [zh] op 13 jun 1784,
zeeman, stuurman, kapitein ter koopvaardij, rentenier,
ovl. te Vlaardingen [zh] op 21 dec 1866.
Uit dit huwelijk één dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Leentje | *1841 | Vlaardingen [zh] | †1903 | Vlaardingen [zh] | 61 | 1 | 12 |
tr. te Vlaardingen [zh] op 4 dec 1935
met
Gerritje Assenberg,
geb. te Vlaardingen [zh] op 6 sep 1912,
ovl. te Maassluis [zh] op 23 mei 1993,
begr. te Vlaardingen [zh] op 27 mei 1993.
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Willem | *1937 | Vlaardingen [zh] | †2022 | Rotterdam [zh] | 85 | 1 | 0 |
2 | Adrie | *1938 | Vlaardingen [zh] | †2016 | Vlaardingen [zh] | 78 | 0 | 0 |
relatie (1)
met
tr. (2) te Vlaardingen [zh] op 3 dec 1976
met
G A van den Brekel,
geb. op 8 feb 1914,
ovl. voor 1994.
tr. te Vlaardingen [zh] op 20 mei 1936
met
Paul van Rijn,
geb. op 18 jun 1910.
Bij zijn overl. wonen zij: Koninginnelaan 267, Vlaardingen,
ovl. te Vlaardingen [zh] op 12 jul 1986,
begr. te Schiedam [zh] op 16 jul 1986.
Dossier:
tr. te Soerabaja Ned Indië [ni] op 19 feb 1940,
wonen Pregolan Bunder Soerabaja Ned Indië [ni] van 19 feb 1940 tot 24 feb 1942 ,
wonen Delftseveer 21a Vlaardingen [zh] van 18 feb 1947 tot 14 feb 1948 Komende van Sydney, Australië, gaat het gezin inwonen bij zijn moeder.
wonen Gedempte Biersloot 112 Vlaardingen [zh] van 14 feb 1948 tot 1 nov 1951 ,
wonen Casper Fagelstraat 13 Vlaardingen [zh] van 1 nov 1951 tot 5 jul 1963 ,
wonen Generaalsweg 43 Willemstad Curaçao [Nederlandse Antillen] tussen 1 jul 1963 en jun 1965 ,
wonen Blomonteweg 6 Willemstad Curaçao [Nederlandse Antillen] tussen jun 1965 en jan 1966 ,
wonen Boy Ecuryweg Willemstad Curaçao [Nederlandse Antillen] van jan 1966 tot mei 1966 ,
wonen Burg. Meineszlaan 112 Rotterdam [zh] van 21 jun 1966 tot 31 jul 1966 In afwachting van een woning,
wonen Uiverstraat 43 Capelle a/d IJssel [zh] van 1 aug 1966 tot 24 aug 1984 Willem van Zeventer overlijdt er op 24 aug. 1984 aan een hart infarct.
met
Leonora Margaretha Albertine (Noortje) Renon, dr. van Julius Franciscus Wilhelmus Renon (administrateur gevangeniswezen) en Wilhelmina Karsem,
geb. te Tjilatjap Ned Indië [ni] op 27 mei 1921,
woont Uiverstraat 43 Capelle a/d IJssel [zh] van 24 aug 1984 tot 2007,
woont De Roo, zorginstelling, de Baronie 326, 2904 XM Capelle a/d IJssel [zh] van 2007 tot 16 mei 2010 ,
ovl. te Capelle a/d IJssel [zh] op 16 mei 2010,
gecr. te Capelle a/d IJssel [zh] crematorium "Schollevaar", Burgemeester Schalijlaan 2 op 20 mei 2010 ten 13.30.
Opmerkingen Leonora Margaretha Albertine (Noortje) Renon.
Het enige dat zij over haar oorlogsbelevenissen in Ned. Indië schreef vond ik op de achterkant van een enveloppe die ik na haar overlijden vond in haar nagelaten familiepapieren: December 1941. Onderzeeboot O20 in Javazee bij Kotta Baru met gedeelte van de bemanning gezonken, getorpedeerd door de Jappen. 32 leden van de bemanning, waaronder mijn man, hebben zich meer dan 10 uur lang in zee drijvende gehouden. Zijn door Japans schip opgepikt, krijgsgevangen gemaakt, via Frans Indo China getransporteerd naar Japan.
Eind december 1941. In Soerabaja kregen vrouwen en kinderen te horen dat hun mannen met de O20 werden vermist. In de loop van 1942 werden de namen van de 32 overlevenden O20 in het geheim omgeroepen via illegale radio omroep, want Indië was inmiddels door de Jappen bezet.
Van November 1941 tot Sept 1945 elkaar niet gezien of gehoord. Ik met Arie en William in Jappenkampen in Indië. Willem in Japan krijgsgevangen.
Toen de Japanners op 3 maart op Java landden, vluchtte zij met haar zoon Maarten Willem (Wil) en in verwachting van Adriaan (Arie) van Soerabaja naar Toeban. Daar werd Victor Adriaan (Arie) op 20 apr. 1942 geboren. Keerde daarna weer terug naar haar huis op Preagolan Boender 30 in Soerabaja. Het huis was intussen leeggerooft. Zij is daarna naar haar familie in Tjilatjap gegaan. .
Daar werden Wil en Arie op 3 jan 1943 gedoopt door pater W. Lengkong; doopgetuige was Lazarus Sarman, koster. Het doopbewijs werd van Poerwokerto, meegenomen door pater Lengkong. Het dopen vond plaats in een kapelletje. Achter het kapelletje stond een grote mangoboom.
Nora en haar twee zoons trekken te Poerwokerto in bij tante Nelly Renon-Broeksmit en haar vier dochters. Haar man oom Victor Renon werd al eerder op 8 mrt 1942 krijgsgevangen gemaakt en afgevoerd naar Japan. .
Tijdens hun verblijf werden op 31 mrt 1943 tante Nelly en haar twee jongste dochters, door een deserteur [?] in hun huis vermoord. De twee oudste dochters, Ilse en Celestien, zagen kans het huis uit te vluchten. Nora wist zich gelukkig met haar zoons onder een tafel te verstoppen. Volgens zeggen had de amokmaker een oogje op één van de dochters, dat niet in goede aarde viel. .
(Bron: L.C.A. van Zeventer-Renon).
Waarschijnlijk als gevolg hiervan werden Nora en haar twee zoons in de loop van 1943 door de Japanse bezetters geinterneerd, Eerst in het vrouwenkamp Tjihapit (Bunsho II Kamp 2 vlg. (Japanse administratie) (POW nrs. resp. 26616, 22617, 26618). Vervolgens in kamp Kareës (Bunsho II Kamp 3 vlg. Japanse administratie). Beide kampen gelegen in Bandoeng. En als laatste in kamp Makassar, gelegen ten zuiden van Meester Cornelis, vanaf 1 jan. 1945 tot aug. 1945.
Kampong Makassar was een krijgsgevangenkamp, vrouwenkamp en opvangkamp op West-Java 6 kilometer ten zuiden van Batavia. Het kamp bevond zich in een omheind barakkenkamp en in de omgeving werden groenten verbouwd en varkens verzorgd. Van april 1942 tot 7 januari 1945 fungeerde Kampong Makassar als krijgsgevangenkamp. Van 3 januari 1945 tot 23 augustus 1945 was het een vrouwenkamp. Van 23 augustus 1945 tot 28 oktober 1945 fungeerde het als opvangkamp.
Zij werden bevrijd door de Gurka's van het Engelse leger. Daarna kregen de voormalige Japanse kampbewakers opdracht hen te beschermen tegen de in opstand komende Indonesische bevolking (Bersiap).
Van hieruit werd zij en haar zoons door het Rode Kruis op transport gesteld naar Australië, alwaar zij na ruim vier jaar, te Sydney weer herenigd werd met haar man Willem, die daar vanuit Japanse krijgsgevangenschap al eerder was aangekomen.
(bron: L.M.A. van Zeventer-Renon).
Van de tijd in deze Jappenkampen is een lap stof bewaard gebleven met daarop gemaakte tekeningen en aantekeningen. Veel later heeft zij daar nog aantekeningen aan toegevoegd.
De lap stof is na haar overlijden in 2010 geschonken aan het Museum Bronbeek, Velperweg 147.
6824 MB Arnhem.
Opmerkingen Willem van Zeventer en Leonora Margaretha Albertine Renon
Op 2 mei 1935 treedt Willem van Zeventer, oud 17 jaar, als lichtmatroos in dienst bij de Kon. Marine. Volgens zijn persoonskaart wordt hij op 11 mei 1935 geplaatst a/b Hr. Ms. Wachtschip te Vlissingen, alwaar hij zijn eerste militaire vorming en matrozenopleiding krijgt. Na tien maanden volgt op 1 april 1936 de bevordering tot matroos der 3e klasse. Op 20 mei 1936 wordt hij geplaatst a/b Hr. Ms. Hertog Hendrik te Den Helder en per 1 sept. 1936 op Hr. Ms. Wachtschip Willemsoord aldaar, voor het volgen van de kanonniersopleiding.
Met ingang van 1 november 1936 wordt hij bevorderd tot matroos der 2e klasse.
Op 13 maart 1937 blijkt hij van de Hr. Ms. Van Brakel overgeplaatst te worden naar de Hr. Ms. Gelderland. Hoogstwaarschijnlijk rond hij op dit laatste schip zijn kanonniers opleiding af.
Op 25 september 1937 wordt bekendgemaakt welk personeel, w.o. Willem, op 16 november met de m.s. Tawali van de Stoomvaart Maatschappij Nederland naar Ned. Indië zal worden uitgezonden. m.i.v. 29 september 1937 wordt hij van Hr. Ms. Gelderland overgeplaatst naar het wachtschip Willemsoord in afwachting en voorbereiding van zijn uitzending naar de tropen.
Op 16 nov. 1937 volgt dan inderdaad het vertrek van het contingent met de m.s. Tawali van Amsterdam naar Ned. Indië. Medio december 1937 wordt er afgemeerd in Tandjong Priok. Vermoedelijk is een groot gedeelte van het contingent daarna per trein op transport gegaan naar Soerabaja. Willem zal in eerste instantie wel geplaatst zijn op de marine kazerne Oedjoeng. Op 1 november 1938 wordt hij bevorderd tot matroos 1e der klasse.
Over het jaar 1939 is bekend, dat Willem met een detachement naar Tjilatjap aan de zuidkust wordt gestuurd t.b.v. het opzetten van een onderzeebootbasis aldaar. Het detachement wordt daar in een burgerpension ingekwartierd, vanwege het niet aanwezig zijn van goede marine accommodatie. In dit pension leert hij zijn toekomstige vrouw Nora kennen. Nora helpt daar een tante, de eigenaresse, bij het runnen van het pension.
Met de dreiging van een oorlog, beseft de marineleiding, dat de zuidkust van Java een zwakke plek in de verdediging van Java is. Er wordt nog geprobeerd met kunst en vliegwerk het e.e.a. te organiseren, dit lukt maar gedeeltelijk.
In 1940 is Willem weer terug in Soerabaja, want op 19 februari 1940 trouwt hij aldaar met zijn Nora.
Na hun huwelijk wonen Willem en zijn vrouw te Soerabaja, op het adres Pregolan Boender nr. 30.
Op 24 mei 1941 wordt te Soerabaja hun oudste zoon Maarten Wilhelmus (Wil) geboren.
Willem is geplaatst bij de Onderzeedienst ald, a/b van de K XVII. Vlak vóór het uitbreken van de oorlog met Japan, wordt hij overplaatst van de K XVII naar de O 20. De K XVII is na het uitbreken van de oorlog voor het laatst gezien op 14 december 1941 nabij de oostkust van Malakka en is na 21 december als vermist opgegeven. Van deze onderzeeboot is daarna nooit meer iets vernomen.
De O 20 wordt op 19 december 1941 in de Golf van Siam aangevallen door de Japanse torpedobootjager 'Uranami' en beschadigd. De onderzeeboot wordt daarna door de bemanning tot zinken gebracht. Zeven opvarenden, w.o. de commandant LTZ 1 P.G.J. Snippe, verloren hierbij hun leven.
De rest, 32 man, waaronder gelukkig ook Willem wordt krijgsgevangen gemaakt en via Saigon en Hongkong naar Japan afgevoerd.
Tijdens hun krijgsgevangenschap overleven nog drie bemanningsleden de oorlog niet. Willem overleeft maar net de verschrikkingen van het krijgsgevangenkamp en wordt na de Japanse capitulatie (2 sept. 1945) overgebracht naar Australië. Begin 1946 komen zijn vrouw en twee zonen, vrijgelaten uit het jappenkamp Makassar bij Batavia per vliegtuig naar Australië. Aan een scheiding van ruim 4 jaren is een einde gekomen. Zijn tweede zoon Victor Adriaan (Arie), geb. Toeban 20 apr. 1942, oud bijna 3 jaar, ziet hij dan pas voor het eerst.
Na een gelukkige periode in Sydney, wordt het gezin weer gescheiden, zijn vrouw in verwachting van hun derde kind (Leonora Lydia) en hun twee zonen Wil en Arie, vertrekken op 4 sep 1946 van Sydney met het schip 'De Volendam' naar Nederland, alwaar zij op 3 oktober 1946 te Rotterdam aankomen. Vader Willem wordt van Australië, Sydney overgevlogen naar Ned. Indië (Djakarta ?) en geplaatst a/b van Hr. Ms. Karel Doorman (1e schip QH01) en komt op de dag van de geboorte van zijn oudste dochter Leonora Lydia (Noortje), geb. Vlaardingen 18 febr. 1947, met dit schip te Amsterdam aan. Willem is dan bijna tien jaar weggeweest.
Op 21 mei 1947 wordt Willen weer te Vlaardingen, Delftseveer 21 a (adres van zijn ouders) in het bevolkingsregister ingeschreven.
De eerste tijd wonen zij in bij Willems moeder; vader Maarten is vlak voor de thuiskomst van zijn zoon overleden.
Op 14 febr. 1948 verhuist het gezin, dat intussen is uitgebreid met dochter Winny, naar de Gedempte Biersloot 112.
Op 1 nov. 1951 wordt een huis in de Casper Fagelstraat nr. 13 betrokken, alwaar het gezin tot 5 juli 1963 blijft wonen. Vader Willem wordt dan uitgezonden naar de Ned. Antillen en wordt geplaatst op de marinierskazerne "Suffisant" op Curaçao.Het hele gezin (vrouw, 4 dochters en 1 zoon), op de twee oudste zoons na, gaat mee. Na drie jaar op Curaçao gewoond te hebben (2 jaar Generaalsweg 43; ½ jaar Blomonteweg en ½ jaar Boy Ecuryweg) keert het gezin op 22 juli 1966 terug naar Nederland. Na eerst in een pension aan de Burgemeester Meiniszlaan 112 onderdak te hebben gevonden, wordt een woning Uivertstraat 43 te Capelle a/d IJssel betrokken. In dit huis overlijdt Willem van Zeventer, op 26 juni 1984 ten gevolge van een hartinfarct, oud bijna 66 jaar.
Betreffende het deelnemen van de Hr.Ms. O 20 aan de oorlog en het verloop daarvan, vindt u het volgende relaas in: De Nederlandse Onderzeedienst 1906-1966, uitgegeven ter gelegenheid van het zestig jarig bestaan, blz. 378, 379: "Hr. Ms. O20 verliet op 14 december 1941 tezamen met de O 19 Singapore. Na het verband verbroken te hebben vervolgde de boot alleen haar opmars. Vanaf 17 december patrouilleerde zij in het gebied ten oosten van Kota Baroe (oostkust Malakka). De vijand was zeer actief en vele malen moest de boot wegduiken voor een jager of vliegtuig. Dit alles in een gebied dat eigenlijk te ondiep was voor onderzeebootoperaties. In de vroege ochtenduren van 19 december werd de boot, op periscoopdiepte varend, door een Japans vliegtuig met bommen aangevallen.
De bommen richtten weinig schade aan, maar toen de boot na een half uur weer op periscoopdiepte kwam, wachtte haar een onaangename verrassing. Drie Japanse jagers naderden met hoge vaart en vielen de onderzeeboot, die onmiddellijk naar 40 meter was weggedoken, gedurende zes uur aan. De boot bracht de langste tijd door op de bodem, doch wanneer de vijand te nauwkeurig dieptebommen ging werpen werd er enkele honderden meters verstoomd. Eenmaal lukte het niet met beide machines volle kracht en roeren 'vol voor rijzen' van de grond los te komen. Men moest hoofdtanks blazen waardoor de boot plotseling omhoogschoot en snel weer water in de tanks moest worden gelaten. De hierbij ontsnapte luchtbel veroorzaakte weer een langdurige aanval. Ondanks deze verstoom-manoeuvre bleef de vijand bedenkelijk goed in contact met de boot, zo goed zelfs dat de commandant vreesde dat een van de brandstoftanks lekte en een oliespoor de positie van de boot verried. Dat de dieptebommen niet meer schade aanrichtten was te danken aan het feit dat zij waren ingesteld op 30 meter, zoals een Japans officier later vertelde. De Japanse dieptebommen hadden namelijk een beperkt aantal diepteinstellingen en ontploften niet wanneer zij de bodem raakten op geringere diepte dan waarop zij ingesteld waren. Intussen was de toestand aan boord van de onderzeebooot verre van rooskleurig. De lucht moest dringend worden ververst en de batterij was ongeveer uitgeput. De commandant nam de beslissing om, na donker worden , te trachten bovenwater aan de vijand te ontsnappen. 's Avonds kwam de O 20 aan de oppervlakte en voer eerst op de batterij en vervolgens op de diesels, met volle kracht (bijna 20 knopen) naar diepere wateren. Na een kwartier was de boot ruimschoots geventileerd en zou het mogelijk zijn weer uren onder water te blijven ware het niet dat de batterij nog moest worden opgeladen. Na ongeveer twintig minuten werd de O 20 ongelukkigwijs ontdekt door een Japanse jager, die haar met een zoeklicht bescheen. Waarschijnlijk heeft een gescheurde afvoergassenbuis de boot verraden; later vertelden Japanse officieren tenminste, dat zij de indruk hadden, dat er op de O 20 gerookt werd. De onderzeeboot draaide haar hekbuizen naar de jager toe en lanceerde twee torpedo's, die door te ver doordraaien misten. De jager had inmiddels vuur geopend doch nog geen treffers behaald. De kanonbemanning (w.o. Willem) van de onderzeeboot had het vuur niet beantwoord aangezien de vijand in de te achterlijke sector was. Toen de jager opliep loste de O 20 nog een schot. De commandant vreesde niet meer onder water te kunnen gaan in verband met de batterijtoestand en een slechte trim. Men had namelijk een reservebrandstoftank leeggeblazen om hoger op het water te liggen. Om de boot niet in handen van de vijand te doen vallen nam hij de moeilijke beslissing zijn boot zelf tot zinken te brengen. De bemanning verzamelde zich aan dek met dreagervesten en het hoofd machinekamer opende eigenhandig de vents van de hoofdtanks waarna hij ontsnapte via het torenluik . Met de diesels nog steeds volle kracht varend, verdween de boot in de diepte . De jager stoof tussen de drenkelingen door en wierp dieptebommen in de veronderstelling dat de boot normaal onder water was gegaan. De commandant en zeven bemanningsleden zijn na deze actie niet meer teruggevonden. Tweeendertig overlevenden werden de volgende morgen door een Japanse jager opgepikt en krijgsgevangen gemaakt".
***
Helders Weekblad 11 juli 2002:
Duikers lokaliseren wrak onderzeeër O20
DEN HELDER - Nederlandse duikers hebben voor de oostkust van Maleisië op 45 meter diepte het wrak gevonden van de onderzeeboot hr ms O20.
Deze Nederlandse onderzeeboot is op 19 december 1941 verloren gegaan als gevolg van een gevecht met Japanse onderzeebootjagers. Hierbij lieten zeven bemanningsleden het leven. Met de vondst is na ruim zestig jaar definitief zekerheid ontstaan over de positie van het zeemansgraf van de bemanningsleden.
Op initiatief van het Comité Nabestaanden Onderzeeboten is sinds eind 2001, met ondersteuning van de Koninklijke Marine, maritiem historisch onderzoek gepleegd naar de exacte positie waarin de O20 op 19 december 1941 is gezonken. Een maand geleden is de boot gelokaliseerd in een positie op ongeveer 35 mijl ten Noordoosten van Kota Baharu, nabij de oostkust van Maleisië.
Het Instituut Maritieme Historie en de Onderzeedienst der Koninklijke Marine hebben, op grond van foto's en geborgen voorwerpen, definitief vastgesteld dat het inderdaad de O20 betreft. Na deze bevestiging heeft de Koninklijke Marine de nabestaanden geïnformeerd. Uit respect voor de omgekomen bemanningsleden en hun nabestaanden zal het zeemansgraf verder met rust worden gelaten, aldus een persbericht van het ministerie van Defensie.
Uit dit huwelijk 7 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Wil | *1941 | Soerabaja Ned Indië [ni] | †2017 | Vlaardingen [zh] | 76 | 1 | 1 |
2 | Arie | *1942 | Toeban Ned Indië [ni] | †2001 | Vlaardingen [zh] | 58 | 1 | 4 |
3 | Afgeschermd | 0 | 0 | |||||
4 | Winny | *1948 | Vlaardingen [zh] | †2023 | Rotterdam [zh] | 75 | 1 | 2 |
5 | Afgeschermd | 0 | 0 | |||||
6 | Afgeschermd | 0 | 0 | |||||
7 | Afgeschermd | 0 | 0 |