otr. (1) te Enschede [ov] op 24 jul 1801 (vlg. fam. adv.),
tr. te Enschede [ov] op 12 aug 1801
met
Catharina Juliana Ernesta Buch (Bach?), dr. van Carel Lodewijk Buch en Augusta Regina Juliana Frederici,
geb. te Neuenhaus [ni, Duitsland] (Graafschap Bentheim) op 24 nov 1782,
ovl. te Enschede [ov] op 4 sep 1802.
Opmerkingen Hendrik ten Cate en Catharina Juliana Ernesta Buch
(fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 3).
Uit dit huwelijk één zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Naamloze | *1802 | Enschede [ov] | †1802 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
otr. (2) te Enschede [ov] op 20 jul 1804 (vlg. fam. adv. Sneek 21, 24-7-1804),
tr. te Sneek [fr] op 26 aug 1804 (andere opgaaf 6-8-1804)
met
Clasina Wouters, dr. van Barend Wouters en Elkje Posthumus,
geb. te Sneek [fr] in 1786,
ged. DG te Enschede [ov] op 4 apr 1806,
ovl. te Sneek [fr] op 27 jan 1808.
Opmerkingen Clasina Wouters.
Uit: Lidmatenboek doopsgezinde gem. te Enschede, inv. nr. 183 blz. 34: "De bovengenoemde Clasina Wouters is na vooraf genoten onderwijs in tegenwoordigheid van den tijdelijken kerkeraad en verscheidene andere leden der gemeente ten hare huise met den H. Waterdoop bediend door Ds. J.H. Floh de 4 april 1806 en dienvolges tot lidmaat onser gemeente aangenomen. Zij is overl. 27 jan. 1808". Waarschijnlijk was zij ziekelijk en bedlegerig. Was zij van doopsgezinde huize?.
Opmerkingen Hendrik ten Cate en Clasina Wouters
(fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 4).
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Hermina | *1805 | Enschede [ov] | †1887 | Velp [ge] | 81 | 1 | 6 |
2 | Othmar | *1806 | Enschede [ov] | †1864 | Hoornsterzwaag [fr] | 57 | 0 | 0 |
3 | Clasina | *1807 | Enschede [ov] | †1857 | Sneek [fr] | 49 | 1 | 2 |
otr. (3) te Enschede [ov] op 23 jun 1811 (vlg. fam. adv.),
tr. te Enschede [ov] op 4 jul 1811
met
Geertruid ten Cate, dr. van Herman ten Cate (koopman en fabrikant) en Maria Geertruid Hoedemaker,
geb. te Enschede [ov] op 19 dec 1790,
ovl. te Enschede [ov] op 22 jan 1812 ten 16.30 (akte nr. 11).
Opmerkingen Geertruid ten Cate.
Geertruid ten Cate overlijdt in het kraambed, na op 21 jan. 1812 bevallen te zijn van een doodgeboren kind. Aangevers van haar overlijden zijn Abraham Stroink en Gerrit Roolvink, niet vermaagschapt noch geburen van overledene.
Opmerkingen Hendrik ten Cate en Geertruid ten Cate
Hij huwde onder protest van zijn vader met zijn volle nicht. Zij huwden op het stadhuis voor burgemeester Jan Bernard Blijdenstein. (fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 6).
Uit dit huwelijk één kind:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Levenloos | *1812 | Enschede [ov] | †1812 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
tr. (4) te Enschede [ov] op 23 jun 1815
met
Gezina Buddeke (Budde), dr. van Barend Buddeke (kleermaker te Gildehaus) en Johanna Huijbers,
geb. te Gildehaus [ni, Duitsland] op 2 mrt 1795.
(Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 25),
ovl. te Enschede [ov] op 9 jul 1847.
Opmerkingen Hendrik ten Cate en Gezina Buddeke
Bijzonderheden huw. akte: Hendrik ten Cate, 34 jr, fabrikeur, zn. van Othmar ten Cate, vrederegter des kantons Enschede, aan wien eene eerbiedige acte is gerigt den 26 mei l.l. door den notaris Gerrit Pennink geformeerd, waarop luid acte van insinuatie door de notarissen Gerrit Pennink en Willem Philip Carel Greve den 27 aanvolgende gepasseerd, deszelfs toestemming is gevolgd...Get. bij het huw. zijn: Hermannus Greve, 69 jr, hoedemaker en Gerrit Pennink, 52 jr. , notaris.
Uit dit huwelijk 9 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Geertruida | *1815 | Enschede [ov] | †1868 | Haarlem [nh] | 52 | 1 | 0 |
2 | Juliana | *1817 | Enschede [ov] | †1892 | Lonneker [ov] | 74 | 1 | 6 |
3 | Pieter | *1818 | Enschede [ov] | †1818 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
4 | Johanna | *1820 | Enschede [ov] | †1868 | Oldelamer [fr] | 48 | 1 | 8 |
5 | Pieter | *1821 | Enschede [ov] | †1879 | Noorddijk [gr] | 57 | 1 | 0 |
6 | Barend | *1823 | Enschede [ov] | †1865 | Brazilië [Brazilië] | 41 | 1 | 7 |
7 | Sijbranda | *1827 | Enschede [ov] | †1888 | Enschede [ov] | 60 | 1 | 6 |
8 | Hendrik | *1830 | Enschede [ov] | †1901 | Scherpenzeel [fr] | 70 | 2 | 5 |
9 | Nicolaas | *1833 | Enschede [ov] | †1833 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
tr. te Enschede [ov] op 1 apr 1778
met
Othmar ten Cate, zn. van Sijbrand ten Cate (linnenkoopman, fabrikeur) en Catharina van Lochem,
geb. te Enschede [ov] op 6 mei 1757,
ged. DG te Enschede [ov] op 29 sep 1776,
burgemeester van Enschede in 1806, later van 16-11-1811 tot 25-3-1812 maire van Lonneker, daarna vrederechter te Enschede, en lid van de Commissie van Landbouw in Overijssel,
ovl. te Enschede [ov] in de Esmarke in het huis nr. 10 op 25 jul 1815 ten 20.00,
begr. te Enschede [ov] op "Den Kotten" buiten de Veldpoort, zijn buiten,
tr. (2)
met Margaretha Coster. Uit dit huwelijk 5 kinderen.
Opmerkingen Othmar ten Cate.
Othmar ten Cate was in 1806 een der burgemeesters van Enschede, wier namen voorkwamen op de toen vernieuwde Espoort. In zijn overl. akte wordt Othmar ten Cate vermeld als 'vrederegter van het kanton Enschede'. Aangevers van zijn overl. zijn Hendrikus Kuipers, 50 jr, wever en Jan Mechorius, 35 jr, boerwerker, geburen van overledene.
RA Zwolle, ORA richterambt Enschede, inv. nr. 87 (protocol 50ste Penning 1779-1790) per 25 december 1789: Maakt Othmar ten Cate bekend en geeft aan hoe dat desselfs oom de Heer Peter van Lochem, voorts desselfs stiefvader den Heer L. Nijenhuis en desselfs eheliefste Juffrouw Catharina van Lochem aan hem aangeven op heeden geregtelijk hebben gecedeert en overgedragen haar sedanten eijgen toebehoorende stukke bouwlanden maathe of weijde beijde in het Lasonder onder deesen Wel Edele Landgerigte geleegen voormaals door haar aangekogt voor een somma van ƒ 600.-.-.; zullende het aandeel voor zo verre zijn moeder betreft aan hem aangeven in erffenisse na dode van zijn moeder aangerekend in collatie gebragt worden pretendeerende hij aangever hier van en gepraesenteert den 50ste Penning te betalen zoo als naa regte bevonden sal worden behooren;.
Idem: per 25 november 1789: maakt Othmar ten Cate bekend en geeft aan van Fenneken Poortenaar weduwe de Heer Paschen en dogter te hebben aangekogt een gedeelte van een weijde voor ƒ 150.-.-.; Idem: per 8 maart 1790: maakt de Heer Othmar ten Cate aan deze Wel Edele Gerigte bekend dat op den 6 February jongstleeden, luid vertoonde koopbriev van den advocaat Benjamin Nagel te Oldenzaal heeft aangekogt zoodane landerijen of gedeelte lands als gemelt advocaat Nagel bij het Walhoft in de Esmarkt heeft leggen en zulks voor eene somma van ƒ 600.-.-.;.
Idem: per 8 maart 1790: maakt de Heer Othmar ten Cate bekend dat op 9 february jongstleeden van Willemina Walhoft weduwe Garrit Walhoft, voorts Hendrik Kuijper, nu Walhoft en Stientjen Walhoft egtelieden, luid coopbriev die men hierbij vertoond heeft aangekogt een huijsjen leggende in de Eschmarkte deses gerigts in zijne bekende bepaalingen digt bij het Walhoof en zulks voor een som van ƒ 120.-.-.;.
Idem: per 6 oktober 1790: maakt den Heer Othmar ten Cate bekend hoe dat ingevolge coopcontract op heeden opgerigt van desselfs schoonouderen Hendrik Hoedemaker en Mejuffrouw Geertruid Hoedemaker egtelieden heeft aangekogt een weide of hooijmate leggende in het Lasonder in de Eschmarkte deses gerigts zoo als met meerdere uit het coopcontract is te erzien en waartoe men zig refereert en zulks voor een somma van ƒ 1400.-.- vrijgeld praetendeerende daar van te betaalen wat na regte verpligt.
***.
Uit de familie opgaven in oude Statenbijbels blijkt, dat het merendeel der menschen in de 18e eeuw bezweek aan eene borstkwaal of aan de pokken. In 1779 werden hier voor het eerst pokken ingeënt. Zelfs van onze streng Calvinistische, ontwikkelde fabrikanten eischten het eene ernstige overweging of zij tot het laten inenten hunner kinderen zouden overgaan. Othmar ten Cate schrijft dienaangaande: "Daar volgens de bekwaamste Doctoren in Holland tengevolge van het inenten slechts 1 op de 500 sterven, terwijl hier aan de natuurlijke pokken doorgaans en dan moeten het goede pokken zijn 1 van de 7 en ook veeltijds 1 van de 5 sterven, hebben wij na rijp overleg besloten tot deeze zo gewigtige onderneming over te gaan om onze oudste dochter Catharina te laten inenten". Hij voegde er later aan toe: "Onze doctor hier ter plaatse (Bernardus Immink), heeft er tusschen de 50 en 60 ingeënt, daar er niet een van gestorven is en ook nieumand eenig ongemak uit de pokken gehouden heeft". Na dit jaar 1779 had het inenten alhier weer plaats in 1793 en later vrij ongeregeld. Volwassenen werden niet ingeënt, en bovendien weigerden vele "streng gelovigen" door eene verkeerde bijbel uitlegging in de war gebracht, hunne kinderen te laten inenten, zodat de pokken hier niet geheel verdwenen, voordat de wet de vaccinatie voorschreef. ***.
Othmar ten Cate was de eerste die er zich verzette tegen het besluit dat kinderen hervormd moesten worden gedoopt ingeval van gemengde huwelijken tussen Doopsgezinden en Hervormden. In 1870 wendde hij zich tot het Ridderschap en Steeden en verzocht vernietiging van het Raadsbesluit; aan welk verzoek door die staten werd voldaan.
***.
Hij toonde zich mede een zeer gelukkig beoefenaar der Natuurlijke Historie in zijne: Natuurlijke Historie van den Meikever met aanwijzing der middelen ter verdelging van dit schadelijke insect, medegedeeld in de Algem. Konst- en Letterb. 1800 D. II. Bl. 99 en volg.
Zie verder Blaupot ten Cate, geschied. Der Doopsgez. In Gron, Overijssel en Oost-Vriesland, D. I. bl. 222.
***.
Uit het register van Burgemeesteren en Gecommiteerden van het departement Overijsel blijkt dat in 1806 het Stadsbestuur van Enschede bestond uit 6 Burgemeesters: Hendrik Jan van Heek, Abraham Ledeboer, Barend van Lochem, Jan Lazonder, Othmar ten Cate en Johannes Wagelaar. Othmar ten Cate verkoopt in de loop van 1838 zijn huis met erachter gelegen schuurtje voor ƒ 7000.- aan het Roomse Kerkbestuur. Een gedeelte van dit perceel was noodzakelijk voor de bouw van de R.K. Kerk aan de markt te Enschede.
Bron: http://testpdk.tripod.com/historie.htm.
Park De kotten bestaat al lang als het landgoed 'Den Kotten'.
Er kan veel over gezegd worden maar de heer van Heek verteld een duidelijk verhaal in zijn brief aan De Heer Mr.J.W.Keiser, destijds ambtenaar voor Ruimtelijke Ordening,enz. ter Gemeente-secretarie.
De brief van Van Heek over de historie van het park:.
H.J.P.van Heek Enschede, 2 september 1957.
Witbreuksweg 105.
Aan de WeLedelgestrenge Heer.
Mr.J.W.Keiser.
Enschede.
Zeer geachte heer Keiser,.
In aansluiting aan het telefonisch onderhoud hetwelk ik afgelopen week met U mocht hebben, neem ik de vrijheid U enkele gegevens inzake de histonie van het buitengebied Den Kotten te doen toekomen.
Zoals reeds door U opgemerkt, is inderdaad Den Kotten in de huidige vorm begin 1900 aangelegd door de tuinarchitect Wattez.
Het buitengoed "Den Kotten" werd vermoedelijk gesticht door Othmar ten Cate, burgemeester van Enschede, later maire van Lonneker en vrederechter van Enschede. die aldaar een fabriekshuis en katoenspinnerij bezat.
9 februari 1790 kocht 0. ten Cate van Wilhelmine Walhoff, weduwe van Gerrit Walhoff, en van Hendrik Kuiper gehuwd met Stientje Walhoff (haar dochter), een huisje, liggende in de Eschmarke dicht bij het Walhoff voor F. 120,—.
6 februari 1790 van de advocaat Benjamin Nagel te Oldenzaal zodanige landerijen of gedeelten lands als deze bij het Walhoff in de Eschmarke had liggen voor F. 600,—. In januari 1765 had deze Nagel, tezamen met Ds. A.van Wulfften, van wijlen Mejuffrouw Elis Nilant te Oldenzaal zowel het Slagman als het walhof geerfd; het laatstgenoemd erve was aan de boer verkocht.
Het goed Walhof behoorde eertijds aan de armen van Horstmar en Schöppingen, die het in de 17e eeuw hebben verkocht.
Na de dood van Othmar ten Cate in 1815 werd zijn zoon Pieter ten Cate eigenaar. Hij vermaakte het goed "Kleine Walhof" als gift onder levenden op 20 januari 1827 aan zijn neef Othmar ten Cate Czoon van zijn broeder Herman ten Cate Ozn), destijds student te Groningen, later predikant te Hornsterzwaag (Fr.) Deze ver— kocht het op 22 september 1837 aan Cornelis Nagel te Enschede, wiens goederen op 30 december 1839 in het openbaar werden geveild. (Volgens de veilingsstukken was de plaats toen verhuurd aan de heer Johan Noordhoek Hegt, landmeter alhier). Koper werd de heer Herman Gijsbert Blijdenstein voor F. 3.250,— Op 25 october 1847 verkocht zijn weduwe, Gezina Margaretha Budde, het ondershands aan de heer Gerhard Jannink. Door de plaats gehad hebbende verdeling der Marken was het een belangrijk bezit geworden, waaraan door aankoop nog verschillende percelen werden toegevoegd.
Van de heer Gerhard Jannink ging het over op zijn dochter wilhelmina Margaretha Jannink, echtgenote van de heer Helmich van Heek Hzn en van deze in 1902 op Catharina Maria van Heek, echtgenote van de heer Ludwig van Heek.
Op het buitengoed bevindt zich een eenvoudig grafteken voor de stichter, in de vorm van een driehoekig monument, op een der zijden waarvan staat:.
Hier is mijn wisse wijk.
In het eeuwig vrederijk.
zoo sprak Vondel.
en op de andere kant:.
Oothmar ten Gate.
geboren 1756 den 6 may.
gestorven den 25 julii 1815.
en aan de voet daarvan een beschadigde grafsteen van de eerste echtgenote van Othmar ten Cate, met het opschrift:.
Ter gedachtenisse van Hermina Hoedemaker.
een oprecht christen hoe teer g’j werd geliefd en duur geschat voorheen christen alleen.
geboren enschede den 8 juni 17.56.
gestorven 13 februari 1784.
Verder vinden wij hier een tuinhuisje, dat tot opschrift draagt:.
Die in een liefelijke streek bij het ruischen van een klare beek zijn landhuis sticht en akkerwoning wat is dat een gezegend koning.
Vondel.
waarvoor twee antieke marmeren beelden prijken.
Hopende U met de bovenstaande inlichtingen van dienst te zijn geweest, na beleefde groet,.
hoogachtend,.
Ter informatie:.
De Heer Mr.J.W.Keiser was destijds ambtenaar voor Ruimtelijke Ordening,enz. ter Gemeente-secretarie.
Hij was en is altijd zeer geïnteresseerd in natuur en landschap: heeft veel gepubliceerd en is ook nu nog aktief.
Opmerkingen Othmar ten Cate en Hermina Hoedemaker
Familieblad Na. 19 -juli 1979, blz. 501 - 507, deel II
OVER DE BOERDERIJEN WAAR ONZE FAMILIES VANDAAN KOMEN
17.CATO ELDERINK vertelt in haar: Twenter laand en leu en [and (p. 40) over Prins Maurits, die 36 rovers liet vangen en hun hoofdman 'n Galgemös bij 'n KOTTEN ophing. Het "Jaarboek Twente" dt. 9 (1970), p. 126 (H. GEERTS: Uit het oude arbeidersmilieu) spreekt van een "boerderij van KOTTENJAAN en KOTTEN FENNE bij het buitengoed TEN KOTTEN te Enschede". Op p. 317 van ons blad (dl. 13) is sprake van een OTHMAR TEN CATE (1757-1815) die op zijn eigen buitengoed, DEN KOTTEN, buiten de Veldpoort te Enschede begraven werd. Later is dit landgoed overgegaan in handen der familie VAN HEEK. De oude gebouwen zijn afgebroken maar het park bestaat nog (en dit heet nóg "PARK DE KOTTEN" coördinaten van de kern op top.kaart 34-F: 257,00 en 472,85). Er staan allerlei flats en er is een KOTTENPARK-COLLEGE (een lyceum) en een KOTTENSCHOOL, OTHMAR TEN CATE's echtgenote,
HERMINA HOEDEMAKER, werd hier in 1784 begraven; hijzelf later evenzo. De beide graven van het echtpaar werden bij de aanleg van het park overgebracht naar het Westerkerkhof, bij de Bruggenmors aan de grote weg naar Hengelo. De steen van haar met het opschrift "Hoe teer gy werd geliefd en duur geschat voorheen" met het monument dat met o.m. de spreuk "Hier is myn wisse wyck in 't eeuwig vrederyk. So sprackse" op OTHMAR'S graf gedeeltelijk over haar zerk geplaatst werd, heeft men daar opnieuw opgesteld.
De heer Th. VAN DAM, de stadsarchivaris van Enschede heeft ons een paar oude ansichtkaarten van dit KOTTEN laten zien: een omstreeks 1890 gebouwd groot huis met vijver en park er omheen. Het is zeer wel mogelijk dat hier al voor de bouw van dit landhuis (en het daarvoor op die plaats door OTHMAR TEN CATE gebouwde buitenhuis) een erf van zulk een naam gestaan kan hebben, waar vandaan dan mogetijk ook naamgenoten zouden zijn afgestemd, maar het is onwaarschijnlijk, omdat het erf door C. J. SNUIF in zijn "De gewaarde erven van Enschede" dan wet beschreven zo zijn. Men mag dus eerder aannemen dat de buitenplaats benoemd is naar OTHMAR'S eigen familienaam. In dat geval moet het hierboven genoemde "Galgemös" (van de 36 rovers!) bij een van de beide andere KQTTEN's rond Enschede gelegen hebben.
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Catharina | *1779 | Enschede [ov] | †1785 | Enschede [ov] | 6 | 0 | 0 |
2 | Hendrik | *1780 | Enschede [ov] | †1858 | Enschede [ov] | 77 | 4 | 14 |
3 | Sijbrand | *1782 | Enschede [ov] | †1784 | Enschede [ov] | 1 | 0 | 0 |
tr. te Enschede [ov] op 12 mrt 1755
met
Geertruid Hoedemaker, dr. van Gijsbert Hoedemaker en Hermina Schurink,
geb. te Enschede [ov] in 1736,
ged. DG te Enschede [ov] op 24 sep 1752,
ovl. te Enschede [ov] op 22 feb 1813.
Uit dit huwelijk 7 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Hermina | *1756 | Enschede [ov] | †1784 | Enschede [ov] | 27 | 1 | 3 |
2 | Nicolaas | ~1758 | Enschede [ov] | †1794 | 35 | 0 | 0 | |
3 | Maria | ~1761 | Enschede [ov] | †1766 | 4 | 0 | 0 | |
4 | Maria | *1766 | Enschede [ov] | †1828 | Enschede [ov] | 61 | 1 | 12 |
5 | Gisbertus | ~1768 | Enschede [ov] | †1773 | 4 | 0 | 0 | |
6 | Gijsberta | *1773 | Enschede [ov] | †1807 | Enschede [ov] | 34 | 0 | 0 |
7 | Catharina | ~1775 | Enschede [ov] | †1793 | Enschede [ov] | 18 | 0 | 0 |
tr. te Enschede [ov] op 12 mrt 1755
met
Hendrik Hoedemaker, zn. van Nicolaas Hoedemaker (linnenkoopman, fabrikeur) en Maria Geertruid Stroink,
geb. te Enschede [ov] op 28 jan 1731,
ged. NG te Enschede [ov] op 4 feb 1731,
linnenkoopman, fabrikeur burgemeester van Enschede (1756-1772), grondeigenaar o.a. van de erven den Helmer en Bosch onder Usselo,
ovl. te Enschede [ov] op 28 jul 1799.
Uit dit huwelijk 7 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Hermina | *1756 | Enschede [ov] | †1784 | Enschede [ov] | 27 | 1 | 3 |
2 | Nicolaas | ~1758 | Enschede [ov] | †1794 | 35 | 0 | 0 | |
3 | Maria | ~1761 | Enschede [ov] | †1766 | 4 | 0 | 0 | |
4 | Maria | *1766 | Enschede [ov] | †1828 | Enschede [ov] | 61 | 1 | 12 |
5 | Gisbertus | ~1768 | Enschede [ov] | †1773 | 4 | 0 | 0 | |
6 | Gijsberta | *1773 | Enschede [ov] | †1807 | Enschede [ov] | 34 | 0 | 0 |
7 | Catharina | ~1775 | Enschede [ov] | †1793 | Enschede [ov] | 18 | 0 | 0 |
tr. te Almelo [ov] op 10 aug 1815 (huw. akte nr. 32)
met
Gerrit Othmar Coster, zn. van Hermanus Coster (fabrikeur) en Christina Coster,
geb. te Almelo [ov] op 7 jun 1794,
fabrikeur,
ovl. te Stad-Almelo [ov] op 7 jan 1854.
Opmerkingen Gerrit Othmar Coster en Maria ten Cate
naam: Noever (boerderij)
omschrijving: Veiling. Koper is Engbert Bronsvoort, landbouwer te Diepenveen. Hij koopt de massa I en II. Gerrit Othman Coster werd eigenaar bij toedeling uit de ouderlijke boedel 8-03-1842 (Notaris van Riemsdijk te Almelo).
plaats: Bathmen
buurschap: Loo
marke:
adres:
periode: 1873 van: tot:
eigenaar: Gerrit Othman Coster (ovl) x Maria ten Cate (ovl. te Almelo en erfgenamen.
bewoner: jaartal:
oppervlakte: prijs: f 35.600.- datum: 17-06-1873, 01-07-1873
opp: afgebroken: Fal nr. op kaart:
bron: Notaris G.E. Jordens te Deventer, akte 5969, 5980, Inv.nr 298.
naam: Hof te Loo of Kuit (boerderij)
omschrijving: Veiling / Verkoop van erve Hof te Loo en erve Noever beide in massa gekocht door Engbert Bronsvoort landbouwer te Oxe.
plaats: Bathmen
buurschap: Loo
marke:
adres:
periode: 1873 van: tot:
eigenaar: Gerrit Othman Coster (ovl) x Maria ten Cate te Almelo (en erfgenamen ).
bewoner: nn jaartal:
oppervlakte: prijs: f 35.600.- datum: 17-06-1873, 01-07-1873
opp: afgebroken: Fal nr. op kaart:
bron: Notaris G.E. Jordens te Deventer, akte 5969, 5980, Inv.nr 298.
naam: Hof te Loo of Kuit (boerderij)
omschrijving: Veiling in 1873. Gerrit Othman Coster werd eigenaar op 08-03-1842 als erfgenaam van zijn ouders (Notaris van Riemsdijk te Almelo 1842) (Ook erve Noever in Loo Bathmen)
plaats: Bathmen
buurschap: Loo
marke:
adres:
periode: 1873 van: tot:
eigenaar: Gerrit Othman Coster (ovl) x Maria ten Cate te Almelo
bewoner: jaartal:
oppervlakte: prijs: datum: 17-06-1873
opp: afgebroken: Fal nr. op kaart:
bron: Notaris G.E. Jordens te Deventer, akte 5969, Inv.nr 298.
officiële naam: Hazenkamp
naam: den Hazenkamp
omschrijving: Verkoop aan Hendrik ten Hove, koopman te Deventer. Betreft nieuw huis met landheerskamer.
plaats: Diepenveen
buurschap: Okkenbroek
marke:
adres: Straatweg bij 3e tolhek
periode: 1854 van: tot:
eigenaar: Gerrit Othmar Coster (ovl) x Maria ten Cate
bewoner: -- jaartal: 1854
oppervlakte: 15 ha prijs: f 2800.- datum: 25-03-1854 /8-04-1854
opp: afgebroken: Fal nr. op kaart: 353
bron: Notaris M.E.Houck te Deventer, akte 4749, Inv.nr 479.
>
tr. circa 1794
met
Othmar ten Cate, zn. van Sijbrand ten Cate (linnenkoopman, fabrikeur) en Catharina van Lochem,
geb. te Enschede [ov] op 6 mei 1757,
ged. DG te Enschede [ov] op 29 sep 1776,
burgemeester van Enschede in 1806, later van 16-11-1811 tot 25-3-1812 maire van Lonneker, daarna vrederechter te Enschede, en lid van de Commissie van Landbouw in Overijssel,
ovl. te Enschede [ov] in de Esmarke in het huis nr. 10 op 25 jul 1815 ten 20.00,
begr. te Enschede [ov] op "Den Kotten" buiten de Veldpoort, zijn buiten,
tr. (1)
met Hermina Hoedemaker. Uit dit huwelijk 3 kinderen.
Opmerkingen Othmar ten Cate.
Othmar ten Cate was in 1806 een der burgemeesters van Enschede, wier namen voorkwamen op de toen vernieuwde Espoort. In zijn overl. akte wordt Othmar ten Cate vermeld als 'vrederegter van het kanton Enschede'. Aangevers van zijn overl. zijn Hendrikus Kuipers, 50 jr, wever en Jan Mechorius, 35 jr, boerwerker, geburen van overledene.
RA Zwolle, ORA richterambt Enschede, inv. nr. 87 (protocol 50ste Penning 1779-1790) per 25 december 1789: Maakt Othmar ten Cate bekend en geeft aan hoe dat desselfs oom de Heer Peter van Lochem, voorts desselfs stiefvader den Heer L. Nijenhuis en desselfs eheliefste Juffrouw Catharina van Lochem aan hem aangeven op heeden geregtelijk hebben gecedeert en overgedragen haar sedanten eijgen toebehoorende stukke bouwlanden maathe of weijde beijde in het Lasonder onder deesen Wel Edele Landgerigte geleegen voormaals door haar aangekogt voor een somma van ƒ 600.-.-.; zullende het aandeel voor zo verre zijn moeder betreft aan hem aangeven in erffenisse na dode van zijn moeder aangerekend in collatie gebragt worden pretendeerende hij aangever hier van en gepraesenteert den 50ste Penning te betalen zoo als naa regte bevonden sal worden behooren;.
Idem: per 25 november 1789: maakt Othmar ten Cate bekend en geeft aan van Fenneken Poortenaar weduwe de Heer Paschen en dogter te hebben aangekogt een gedeelte van een weijde voor ƒ 150.-.-.; Idem: per 8 maart 1790: maakt de Heer Othmar ten Cate aan deze Wel Edele Gerigte bekend dat op den 6 February jongstleeden, luid vertoonde koopbriev van den advocaat Benjamin Nagel te Oldenzaal heeft aangekogt zoodane landerijen of gedeelte lands als gemelt advocaat Nagel bij het Walhoft in de Esmarkt heeft leggen en zulks voor eene somma van ƒ 600.-.-.;.
Idem: per 8 maart 1790: maakt de Heer Othmar ten Cate bekend dat op 9 february jongstleeden van Willemina Walhoft weduwe Garrit Walhoft, voorts Hendrik Kuijper, nu Walhoft en Stientjen Walhoft egtelieden, luid coopbriev die men hierbij vertoond heeft aangekogt een huijsjen leggende in de Eschmarkte deses gerigts in zijne bekende bepaalingen digt bij het Walhoof en zulks voor een som van ƒ 120.-.-.;.
Idem: per 6 oktober 1790: maakt den Heer Othmar ten Cate bekend hoe dat ingevolge coopcontract op heeden opgerigt van desselfs schoonouderen Hendrik Hoedemaker en Mejuffrouw Geertruid Hoedemaker egtelieden heeft aangekogt een weide of hooijmate leggende in het Lasonder in de Eschmarkte deses gerigts zoo als met meerdere uit het coopcontract is te erzien en waartoe men zig refereert en zulks voor een somma van ƒ 1400.-.- vrijgeld praetendeerende daar van te betaalen wat na regte verpligt.
***.
Uit de familie opgaven in oude Statenbijbels blijkt, dat het merendeel der menschen in de 18e eeuw bezweek aan eene borstkwaal of aan de pokken. In 1779 werden hier voor het eerst pokken ingeënt. Zelfs van onze streng Calvinistische, ontwikkelde fabrikanten eischten het eene ernstige overweging of zij tot het laten inenten hunner kinderen zouden overgaan. Othmar ten Cate schrijft dienaangaande: "Daar volgens de bekwaamste Doctoren in Holland tengevolge van het inenten slechts 1 op de 500 sterven, terwijl hier aan de natuurlijke pokken doorgaans en dan moeten het goede pokken zijn 1 van de 7 en ook veeltijds 1 van de 5 sterven, hebben wij na rijp overleg besloten tot deeze zo gewigtige onderneming over te gaan om onze oudste dochter Catharina te laten inenten". Hij voegde er later aan toe: "Onze doctor hier ter plaatse (Bernardus Immink), heeft er tusschen de 50 en 60 ingeënt, daar er niet een van gestorven is en ook nieumand eenig ongemak uit de pokken gehouden heeft". Na dit jaar 1779 had het inenten alhier weer plaats in 1793 en later vrij ongeregeld. Volwassenen werden niet ingeënt, en bovendien weigerden vele "streng gelovigen" door eene verkeerde bijbel uitlegging in de war gebracht, hunne kinderen te laten inenten, zodat de pokken hier niet geheel verdwenen, voordat de wet de vaccinatie voorschreef. ***.
Othmar ten Cate was de eerste die er zich verzette tegen het besluit dat kinderen hervormd moesten worden gedoopt ingeval van gemengde huwelijken tussen Doopsgezinden en Hervormden. In 1870 wendde hij zich tot het Ridderschap en Steeden en verzocht vernietiging van het Raadsbesluit; aan welk verzoek door die staten werd voldaan.
***.
Hij toonde zich mede een zeer gelukkig beoefenaar der Natuurlijke Historie in zijne: Natuurlijke Historie van den Meikever met aanwijzing der middelen ter verdelging van dit schadelijke insect, medegedeeld in de Algem. Konst- en Letterb. 1800 D. II. Bl. 99 en volg.
Zie verder Blaupot ten Cate, geschied. Der Doopsgez. In Gron, Overijssel en Oost-Vriesland, D. I. bl. 222.
***.
Uit het register van Burgemeesteren en Gecommiteerden van het departement Overijsel blijkt dat in 1806 het Stadsbestuur van Enschede bestond uit 6 Burgemeesters: Hendrik Jan van Heek, Abraham Ledeboer, Barend van Lochem, Jan Lazonder, Othmar ten Cate en Johannes Wagelaar. Othmar ten Cate verkoopt in de loop van 1838 zijn huis met erachter gelegen schuurtje voor ƒ 7000.- aan het Roomse Kerkbestuur. Een gedeelte van dit perceel was noodzakelijk voor de bouw van de R.K. Kerk aan de markt te Enschede.
Bron: http://testpdk.tripod.com/historie.htm.
Park De kotten bestaat al lang als het landgoed 'Den Kotten'.
Er kan veel over gezegd worden maar de heer van Heek verteld een duidelijk verhaal in zijn brief aan De Heer Mr.J.W.Keiser, destijds ambtenaar voor Ruimtelijke Ordening,enz. ter Gemeente-secretarie.
De brief van Van Heek over de historie van het park:.
H.J.P.van Heek Enschede, 2 september 1957.
Witbreuksweg 105.
Aan de WeLedelgestrenge Heer.
Mr.J.W.Keiser.
Enschede.
Zeer geachte heer Keiser,.
In aansluiting aan het telefonisch onderhoud hetwelk ik afgelopen week met U mocht hebben, neem ik de vrijheid U enkele gegevens inzake de histonie van het buitengebied Den Kotten te doen toekomen.
Zoals reeds door U opgemerkt, is inderdaad Den Kotten in de huidige vorm begin 1900 aangelegd door de tuinarchitect Wattez.
Het buitengoed "Den Kotten" werd vermoedelijk gesticht door Othmar ten Cate, burgemeester van Enschede, later maire van Lonneker en vrederechter van Enschede. die aldaar een fabriekshuis en katoenspinnerij bezat.
9 februari 1790 kocht 0. ten Cate van Wilhelmine Walhoff, weduwe van Gerrit Walhoff, en van Hendrik Kuiper gehuwd met Stientje Walhoff (haar dochter), een huisje, liggende in de Eschmarke dicht bij het Walhoff voor F. 120,—.
6 februari 1790 van de advocaat Benjamin Nagel te Oldenzaal zodanige landerijen of gedeelten lands als deze bij het Walhoff in de Eschmarke had liggen voor F. 600,—. In januari 1765 had deze Nagel, tezamen met Ds. A.van Wulfften, van wijlen Mejuffrouw Elis Nilant te Oldenzaal zowel het Slagman als het walhof geerfd; het laatstgenoemd erve was aan de boer verkocht.
Het goed Walhof behoorde eertijds aan de armen van Horstmar en Schöppingen, die het in de 17e eeuw hebben verkocht.
Na de dood van Othmar ten Cate in 1815 werd zijn zoon Pieter ten Cate eigenaar. Hij vermaakte het goed "Kleine Walhof" als gift onder levenden op 20 januari 1827 aan zijn neef Othmar ten Cate Czoon van zijn broeder Herman ten Cate Ozn), destijds student te Groningen, later predikant te Hornsterzwaag (Fr.) Deze ver— kocht het op 22 september 1837 aan Cornelis Nagel te Enschede, wiens goederen op 30 december 1839 in het openbaar werden geveild. (Volgens de veilingsstukken was de plaats toen verhuurd aan de heer Johan Noordhoek Hegt, landmeter alhier). Koper werd de heer Herman Gijsbert Blijdenstein voor F. 3.250,— Op 25 october 1847 verkocht zijn weduwe, Gezina Margaretha Budde, het ondershands aan de heer Gerhard Jannink. Door de plaats gehad hebbende verdeling der Marken was het een belangrijk bezit geworden, waaraan door aankoop nog verschillende percelen werden toegevoegd.
Van de heer Gerhard Jannink ging het over op zijn dochter wilhelmina Margaretha Jannink, echtgenote van de heer Helmich van Heek Hzn en van deze in 1902 op Catharina Maria van Heek, echtgenote van de heer Ludwig van Heek.
Op het buitengoed bevindt zich een eenvoudig grafteken voor de stichter, in de vorm van een driehoekig monument, op een der zijden waarvan staat:.
Hier is mijn wisse wijk.
In het eeuwig vrederijk.
zoo sprak Vondel.
en op de andere kant:.
Oothmar ten Gate.
geboren 1756 den 6 may.
gestorven den 25 julii 1815.
en aan de voet daarvan een beschadigde grafsteen van de eerste echtgenote van Othmar ten Cate, met het opschrift:.
Ter gedachtenisse van Hermina Hoedemaker.
een oprecht christen hoe teer g’j werd geliefd en duur geschat voorheen christen alleen.
geboren enschede den 8 juni 17.56.
gestorven 13 februari 1784.
Verder vinden wij hier een tuinhuisje, dat tot opschrift draagt:.
Die in een liefelijke streek bij het ruischen van een klare beek zijn landhuis sticht en akkerwoning wat is dat een gezegend koning.
Vondel.
waarvoor twee antieke marmeren beelden prijken.
Hopende U met de bovenstaande inlichtingen van dienst te zijn geweest, na beleefde groet,.
hoogachtend,.
Ter informatie:.
De Heer Mr.J.W.Keiser was destijds ambtenaar voor Ruimtelijke Ordening,enz. ter Gemeente-secretarie.
Hij was en is altijd zeer geïnteresseerd in natuur en landschap: heeft veel gepubliceerd en is ook nu nog aktief.
Uit dit huwelijk 5 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Maria | *1796 | Enschede [ov] | †1876 | Stad-Almelo [ov] | 80 | 1 | 0 |
2 | Tieleman | *1799 | Enschede [ov] | †1821 | Almelo [ov] | 22 | 0 | 0 |
3 | Catharina | *1801 | Enschede [ov] | †1820 | Almelo [ov] | 18 | 0 | 0 |
4 | Berendina | *1802 | Enschede [ov] | †1812 | Almelo [ov] | 10 | 0 | 0 |
5 | Jan | *1806 | Almelo [ov] | †1826 | Almelo [ov] | 20 | 0 | 0 |
tr. te Almelo [ov] op 10 aug 1815 (huw. akte nr. 32)
met
Maria ten Cate, dr. van Othmar ten Cate (burgemeester van Enschede) en Margaretha Coster,
geb. te Enschede [ov] op 19 mrt 1796,
ovl. te Stad-Almelo [ov] op 25 dec 1876.
Opmerkingen Gerrit Othmar Coster en Maria ten Cate
naam: Noever (boerderij)
omschrijving: Veiling. Koper is Engbert Bronsvoort, landbouwer te Diepenveen. Hij koopt de massa I en II. Gerrit Othman Coster werd eigenaar bij toedeling uit de ouderlijke boedel 8-03-1842 (Notaris van Riemsdijk te Almelo).
plaats: Bathmen
buurschap: Loo
marke:
adres:
periode: 1873 van: tot:
eigenaar: Gerrit Othman Coster (ovl) x Maria ten Cate (ovl. te Almelo en erfgenamen.
bewoner: jaartal:
oppervlakte: prijs: f 35.600.- datum: 17-06-1873, 01-07-1873
opp: afgebroken: Fal nr. op kaart:
bron: Notaris G.E. Jordens te Deventer, akte 5969, 5980, Inv.nr 298.
naam: Hof te Loo of Kuit (boerderij)
omschrijving: Veiling / Verkoop van erve Hof te Loo en erve Noever beide in massa gekocht door Engbert Bronsvoort landbouwer te Oxe.
plaats: Bathmen
buurschap: Loo
marke:
adres:
periode: 1873 van: tot:
eigenaar: Gerrit Othman Coster (ovl) x Maria ten Cate te Almelo (en erfgenamen ).
bewoner: nn jaartal:
oppervlakte: prijs: f 35.600.- datum: 17-06-1873, 01-07-1873
opp: afgebroken: Fal nr. op kaart:
bron: Notaris G.E. Jordens te Deventer, akte 5969, 5980, Inv.nr 298.
naam: Hof te Loo of Kuit (boerderij)
omschrijving: Veiling in 1873. Gerrit Othman Coster werd eigenaar op 08-03-1842 als erfgenaam van zijn ouders (Notaris van Riemsdijk te Almelo 1842) (Ook erve Noever in Loo Bathmen)
plaats: Bathmen
buurschap: Loo
marke:
adres:
periode: 1873 van: tot:
eigenaar: Gerrit Othman Coster (ovl) x Maria ten Cate te Almelo
bewoner: jaartal:
oppervlakte: prijs: datum: 17-06-1873
opp: afgebroken: Fal nr. op kaart:
bron: Notaris G.E. Jordens te Deventer, akte 5969, Inv.nr 298.
officiële naam: Hazenkamp
naam: den Hazenkamp
omschrijving: Verkoop aan Hendrik ten Hove, koopman te Deventer. Betreft nieuw huis met landheerskamer.
plaats: Diepenveen
buurschap: Okkenbroek
marke:
adres: Straatweg bij 3e tolhek
periode: 1854 van: tot:
eigenaar: Gerrit Othmar Coster (ovl) x Maria ten Cate
bewoner: -- jaartal: 1854
oppervlakte: 15 ha prijs: f 2800.- datum: 25-03-1854 /8-04-1854
opp: afgebroken: Fal nr. op kaart: 353
bron: Notaris M.E.Houck te Deventer, akte 4749, Inv.nr 479.
>
otr. te Enschede [ov] op 23 sep 1803,
kerk.huw. (DG) te Enschede [ov] op 9 okt 1803
met
Benjamin Willem Blijdenstein, zn. van Jan Bernard Blijdenstein (fabrikant) en Geertruid Schimmelpenninck,
geb. te Enschede [ov] op 21 aug 1780,
ged. DG te Enschede [ov] in 1800 Palmzondag,
fabrikant oprichter en lid der fa. Blijdenstein & Co, textielfabriek te Enschede; lid Prov. Staten van Overijssel; lid der Gem. Raad van Enschede,
ovl. te Enschede [ov] op 17 apr 1857.
Opmerkingen Benjamin Willem Blijdenstein en Catharina ten Cate
Zij kregen totaal 15 kinderen. Één van hun kinderen is Mr. Dr. Benjamin Willem Blijdenstein, o.a. oprichter Commissaris Vennoot van de Twentsche Bankver. te A'dam. Van hem een kwartierstaat ingevoerd tot 4 generaties. In het boek der leden der doopsgezinde gem. te Enschede wordt het huw. van hen vermeld met de toevoeving: "NB. NB. In het openbaar in onze Kerk door Ds. Floh getrouwd". Een grote uitzondering was dit openbaar trouwen in de doopsgezinde kerk.
Uit dit huwelijk 15 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Jan | *1804 | Enschede [ov] | †1805 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
2 | Jan | *1805 | Enschede [ov] | †1852 | Enschede [ov] | 46 | 1 | 1 |
3 | Maria | *1807 | Enschede [ov] | †1887 | Enschede [ov] | 79 | 1 | 3 |
4 | Herman | *1808 | Enschede [ov] | †1840 | Enschede [ov] | 31 | 1 | 1 |
5 | Geertruida | *1809 | Enschede [ov] | †1850 | Enschede [ov] | 41 | 0 | 0 |
6 | Benjamin | *1811 | Enschede [ov] | †1866 | Enschede [ov] | 55 | 1 | 1 |
7 | Catharina | *1812 | Enschede [ov] | †1819 | Enschede [ov] | 7 | 0 | 0 |
8 | Hermina | *1815 | Enschede [ov] | †1815 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
9 | Hermina | *1816 | Enschede [ov] | †1898 | Enschede [ov] | 81 | 0 | 0 |
10 | Hermina | *1819 | Enschede [ov] | †1819 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
11 | Catharina | *1820 | Enschede [ov] | †1854 | Enschede [ov] | 33 | 1 | 0 |
12 | Willem | *1821 | Enschede [ov] | †1844 | Lonneker [ov] | 22 | 0 | 0 |
13 | Christina | *1823 | Enschede [ov] | †1859 | Enschede [ov] | 35 | 1 | 0 |
14 | Julia | *1826 | Enschede [ov] | †1890 | Roermond [li] | 64 | 1 | 6 |
15 | Albert | *1829 | Enschede [ov] | †1896 | Enschede [ov] | 66 | 1 | 0 |
tr. te Enschede [ov] op 25 aug 1819
met
Henriëtte (ook genoemd Hendrikje of Hendertje) Walkate, dr. van Engbert Walkate en Jannetje Reekers,
geb. te Hengelo [ov] op 6 apr 1795,
gouvernante (bij huw.),
ovl. te Hengelo [ov] op 5 aug 1839 (vlg. fam. adv. 19-8-1839).
Opmerkingen Henriëtte Walkate.
Bij haar huwelijk werd het volgende in de huw. akte over haar ouders en grootouders vermeld: "Engbert Walkate en Jannetje Reekers, overleden beiden te Amsterdam; vader en moeder in het werkhuis aldaar; haar grootouders van vaderszijde, Jan Walkate en Berendje Schuckink in leven landbouwers in het buurtschap Woolde, schoutambt Hengelo, beiden aldaar overleden; haar grootouders van moederszijde, Jan Reekers in leven geweermaker en Hendrikjen Nijhoff in leven vroedvrouw, beiden te Hengelo overleden". Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 21: Heden ontsliep, in de zekere verwachting eener/ zalige standverwisseling, onze geliefde Zuster en Behuwd-/ Zuster, H. Walkate, Weduwe van wijlen H. ten/ Cate Hoedemaker, in den ouderdom van 43 jaren, nala-/tende, zeven nog onverzorgde Kinderen. Allen, die de/ Overledene in hare waarde gekend hebben, beseffen met/ ons wat vooral de Kinderen in haar verliezen; - eene/ langdurige uitteering maakte een einde aan haar voor ons/ zoo dierbaar leven./ J. Walkate./ H. ten Cate Hz. V.D.M./ Hengelo, den 19den Augustus 1839.
Opmerkingen Hendrik ten Cate Hoedemaker en Henriëtte Walkate
Zij trouwden voor burgemeester Jan van Lochem. Bijzonderheden in de huw. akte:...Hendrikjen Walkate, 24 jr, gouvernante, geb. Hengelo (OV) dr. van Engbert Walkate en Jannetje Reekers, beiden overleden te Amsterdam, hij als vader en zij als moeder van het werkhuis aldaar; hare grootouders van vaderszijde Jan Walkate en Berendje Schuckink in leven landbouwers laatst gewoond hebbende in het boerschap Woolde, schoutambt Hengelo, beiden aldaar ook overleden, en die van moederszijde Jan Reekers in leven geweermaker en Hendrikje Nijhoff in leven vroedvrouw, beiden in Hengelo woonachtig geweest en aldaar overleden.
Uit dit huwelijk 9 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Maria | *1820 | Lonneker [ov] | †1835 | Lonneker [ov] | 14 | 0 | 0 |
2 | Engelbert | *1821 | Lonneker [ov] | †1846 | Hengelo [ov] | 24 | 1 | 1 |
3 | Herman | *1823 | Lonneker [ov] | †1901 | De Steeg [ge] | 78 | 1 | 6 |
4 | Hendrik | *1824 | Lonneker [ov] | †1860 | Hengelo [ov] | 35 | 1 | 1 |
5 | Johanna | *1825 | Lonneker [ov] | †1876 | Uithuizen [gr] | 51 | 1 | 3 |
6 | Geertruida | *1828 | Lonneker [ov] | †1907 | Ambt-Almelo [ov] | 79 | 1 | 12 |
7 | Jan | *1829 | Lonneker [ov] | †1834 | Glane [ov] | 4 | 0 | 0 |
8 | Pieter | *1830 | Lonneker [ov] | †1850 | 19 | 0 | 0 | |
9 | Jan | *1832 | Lonneker [ov] | †1858 | Uithuizen [gr] | 25 | 0 | 0 |
tr. (1) te Enschede [ov] op 3 feb 1813
met
Catharina ter Kuile, dr. van Pieter ter Kuile (fabrikeur) en Eva Catharina van Heek,
geb. te Enschede [ov] op 8 mrt 1795,
ovl. te Enschede [ov] op 5 mei 1817.
Opmerkingen Sijbrand ten Cate en Catharina ter Kuile
Zij trouwden ten huize van haar vader de wedr Pieter ter Kuile door burgemeester Jan van Lochem. Get. bij het huw. zijn: Hendrik ter Kuile, 33 jr, Coenraad ter Kuile, 31 jr, beide aangehuwde ooms des echtgenoots en benevens de 2e volle oom der echtgenote; Benjamin Willem Blijdenstein, 32 jr, aangehuwd broeder van den echtgenoot en Hendrik ten Cate Hoedemaker, volle broeder.
Uit dit huwelijk één zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Herman | *1817 | Enschede [ov] | †1897 | Antwerpen [an, België] | 79 | 1 | 4 |
otr. (2) te Winterswijk [ge] op 22 sep 1820 (fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 8),
tr. te Winterswijk [ge] op 6 okt 1820 zij trouwden voor de schout Hendrik Willink
met
Aleida Elizabeth Paschen, dr. van Willem Paschen (officier en landschrijver) en Judith Hofkes,
geb. te Winterswijk [ge] op 20 apr 1803,
ged. DG te Winterswijk [ge] op 24 sep 1820,
ovl. te Enschede [ov] op 3 apr 1842.
Opmerkingen Aleida Elizabeth Paschen.
Bij het huw. te Enschede 2 dec. 1853 van haar dr. Maria Geertruid ten Cate met Abraham ter Horst staat het volgende in de huw. akte vermeld: verklarende de bruid onder eede dat in laatst genoemd extract (overl.) de voornamen harer moeder abusief voorkomen als Aleida Elisabeth hetgeen had moeten zijn Aleida Elizabeth.
Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 23: Heden morgen 1 ure ontsliep, na een kortstondig/ lijden, mijne geliefde Echtgenoote, A.E. Paschen, in/ den ouderdom van bijkans 40 jaren, diep betreurd door mij/ en mijne Kinderen./ Sijbrand ten Catew./ Enschede, 3 April 1843.
Opmerkingen Sijbrand ten Cate en Aleida Elizabeth Paschen
Inventaris Aktes Monasso, transcriptie J.W.G. Hoitink, part.coll. blz.15:
359. 18 sept. 1849. Sijbrand ten Cate fabrikant te Enschede, verkoopt aan Jan Derk Hilberink de bouwplaats Wassink, met de daarbijhorende katerstede Beukenbosch in de Brinkheurne.
Sijbrand ten Cate is gevolmachtigde voor Geertrui Paschen weduwe van Jurriaan Stroink, Willem ten Cate, Sijbrand ten Cate jun, Julia Catharina ten Cate, Maria Geertruid ten Cate Harmina Christina ten Cate, Catharina ten Cate en Susanna Dorothea ten Cate te Zwolle en Enschede.
360. Voorlopig koopcontract van bovenstaande getekend door partijen te Enschede.
361. Getekende volmacht voor Sijbrand ten Cate betreffende bovenstaande.
Uit dit huwelijk 11 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Willem | *1821 | Enschede [ov] | †1890 | Hengelo [ov] | 69 | 0 | 0 |
2 | Sijbrand | *1823 | Enschede [ov] | †1890 | Hengelo [ov] | 66 | 0 | 0 |
3 | Julia | *1825 | Enschede [ov] | †1890 | Borculo [ge] | 65 | 0 | 0 |
4 | Maria | *1826 | Enschede [ov] | †1893 | Gronau [nw, Duitsland] | 66 | 1 | 4 |
5 | Hermina | *1828 | Enschede [ov] | †1880 | Meerssen [li] | 51 | 0 | 0 |
6 | Levenloos | *1830 | Enschede [ov] | †1830 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
7 | Gerrit | *1832 | Enschede [ov] | †1833 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
8 | Geertruid | *1834 | Enschede [ov] | †1839 | Enschede [ov] | 5 | 0 | 0 |
9 | Catharina | *1836 | Enschede [ov] | †1887 | Meerssen [li] | 50 | 0 | 0 |
10 | Susanna | *1839 | Enschede [ov] | †1887 | Meerssen [li] | 48 | 0 | 0 |
11 | Levenloos | *1840 | Enschede [ov] | †1840 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
otr. te Enschede [ov] op 23 jun 1811 (vlg. fam. adv.),
tr. te Enschede [ov] op 4 jul 1811
met
Hendrik ten Cate, zn. van Othmar ten Cate (burgemeester van Enschede) en Hermina Hoedemaker,
geb. te Enschede [ov] op 26 aug 1780,
ged. DG te Enschede [ov] in 1800 Palmzondag,
fabrikeur rentenier in 1833, lid der gem. raad van Enschede (1838). (Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 32),
ovl. te Enschede [ov] Langestraat nr. 172 op 20 feb 1858 ten 08.00,
tr. (1)
met Catharina Juliana Ernesta Buch (Bach?). Uit dit huwelijk één zoon,
tr. (2)
met Clasina Wouters. Uit dit huwelijk 3 kinderen,
tr. (4)
met Gezina Buddeke (Budde). Uit dit huwelijk 9 kinderen.
Opmerkingen Hendrik ten Cate en Geertruid ten Cate
Hij huwde onder protest van zijn vader met zijn volle nicht. Zij huwden op het stadhuis voor burgemeester Jan Bernard Blijdenstein. (fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 6).
Uit dit huwelijk één kind:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Levenloos | *1812 | Enschede [ov] | †1812 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
tr. te Enschede [ov] op 16 jul 1812
met
Helmich van Heek, zn. van Hendrik Jan van Heek (reider en fabrikeur) en Engelbartha Lasonder,
geb. te Enschede [ov] op 12 mrt 1785,
ged. NG te Enschede [ov] op 16 mrt 1785,
heer van Boekelo, fabrikeur lid fa. H.J. van Heek & Zonen te Enschede,
ovl. te Enschede [ov] op 3 mrt 1847 (andere opgave 3-10-1847).
Opmerkingen Helmich van Heek.
Van Helmich van Heek een kwartierstaat ingevoerd tot de 5e generatie. (Bron: Kwartierstatenboek 1883-1983, Kon. Ned. Gen.schap voor Geslacht- en Wapenkunde). Gegevens over de familie van Heek zijn opgenomen in: Ned. Patriciaat (uitg. onder redactie van D.G. van Epen), genealogie van Heek, 14e jrg. 1924 en (uitg. C.B.G.) 50e jrg. 1964.
Opmerkingen Helmich van Heek en Maria Geertruid ten Cate
Zij trouwden ten huize van haar ouders voor burgemeester Jan Bernard Blijdenstein. Get. bij het huw. zijn: Hendrik Jan Roessingh, 30 jr, schoonbroeder des bruidegom; Hendrik ten Cate Hoedemaker, 24 jr. en Sijbrand ten Cate, 23 jr, volle broeders der bruid.
Uit dit huwelijk 13 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Engelbertha | *1813 | Enschede [ov] | †1857 | Nijkerk [ge] | 44 | 1 | 1 |
2 | Hendrik | *1814 | Enschede [ov] | †1872 | Enschede [ov] | 57 | 1 | 0 |
3 | Herman | *1816 | Enschede [ov] | †1882 | Enschede [ov] | 66 | 2 | 0 |
4 | Gerrit | *1818 | Enschede [ov] | †1832 | Rijssen [ov] | 13 | 0 | 0 |
5 | Maria | *1820 | Enschede [ov] | †1895 | Enschede [ov] | 74 | 1 | 0 |
6 | Wilhelmina | *1822 | Enschede [ov] | †1902 | Enschede [ov] | 79 | 1 | 0 |
7 | Geertruid | *1824 | Enschede [ov] | †1830 | Enschede [ov] | 6 | 0 | 0 |
8 | Johanna | *1825 | Enschede [ov] | †1891 | Deventer [ov] | 65 | 1 | 0 |
9 | Jan | *1828 | Enschede [ov] | †1828 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
10 | Jan | *1830 | Enschede [ov] | †1847 | Enschede [ov] | 16 | 0 | 0 |
11 | Geertruid | *1832 | Enschede [ov] | †1912 | Enschede [ov] | 79 | 1 | 0 |
12 | Johanna | *1835 | Enschede [ov] | †1835 | Enschede [ov] | 0 | 0 | 0 |
13 | Gerrit | *1837 | Enschede [ov] | †1915 | Enschede [ov] | 78 | 2 | 0 |
otr. te Winterswijk [ge] op 16 jul 1819 (vlg. fam. adv.),
tr. te Winterswijk [ge] op 30 jul 1819
met
Aleida Geertruid Willink, dr. van Herman Willem Willink (rentenier (1830)) en Geertruid van Lochem,
geb. te Winterswijk [ge] op 23 mrt 1802,
ged. DG te Winterswijk [ge] op 25 apr 1819,
ovl. te Enschede [ov] op 29 apr 1886.
Opmerkingen Aleida Geertruid Willink.
Zij vertrekt met attestatie van Winterswijk naar Enschede op 26 mrt. 1820. (fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 52).
Opmerkingen Lambertus ten Cate en Aleida Geertruid Willink
Zij trouwden ten huize harer ouders voor de schout Hendrik Willink. Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 7, 40: Vijftigjarige echtvereeniging van/ Lambertus ten Cate/ en/ Aleida Geertruid Willink./ Hunne dankbare kinderen, behuwd- en kleinkinderen./ Enschede, 30 Juli 1869.
Uit dit huwelijk 9 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Herman | *1820 | Winterswijk [ge] | †1900 | Lochem [ge] | 79 | 1 | 11 |
2 | Jan | *1821 | Winterswijk [ge] | †1900 | Roermond [li] | 78 | 1 | 6 |
3 | Hendrik | *1823 | Enschede [ov] | †1890 | Enschede [ov] | 66 | 1 | 0 |
4 | Geertruid | *1825 | Enschede [ov] | †1895 | Enschede [ov] | 69 | 1 | 6 |
5 | Maria | *1828 | Enschede [ov] | †1830 | Enschede [ov] | 2 | 0 | 0 |
6 | Willem | *1831 | Enschede [ov] | †1917 | Enschede [ov] | 86 | 1 | 4 |
7 | Maria | *1834 | Enschede [ov] | †1927 | Almelo [ov] | 92 | 1 | 5 |
8 | Abraham | *1838 | Enschede [ov] | †1891 | Enschede [ov] | 53 | 0 | 0 |
9 | Sijbrand | *1844 | Enschede [ov] | †1920 | Hengelo [ov] | 75 | 1 | 3 |
tr. te Enschede [ov] op 9 dec 1830
met
Margaretha Jannink, dr. van Engbert Jannink (linnenfabrikant) en Hendrina Geertruida Averes,
geb. te Enschede [ov] op 8 jun 1805,
ovl. te Enschede [ov] op 14 dec 1831 (in het kraambed).
Opmerkingen Margaretha Jannink.
Gegevens over de familie Jannink zijn opgenomen in: Ned. Patriciaat (uitg. onder redactie van D.G. van Epen) 14e jrg. (1924), genealogie Jannink. Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 14: Hij die over leven en dood gebiedt, riep heden/ mijne hartelijk geliefde Echtgenoote, Margaretha/ Jannink, tot zich, in den ouderdom van ruim 26 ja-/ ren. In het kraambedde vond zij haar einde; treurend/ zie ik haar na in de gewesten der eeuwigheid, en bid/ God dat hij mij kracht verleene om het leed te dragen,/ dat zijne wijsheid en liefde mij toezendt./ Nicolaas ten Cate./ Enschede, 15 December 1831.
Opmerkingen Nicolaas ten Cate en Margaretha Jannink
Tr. get. zijn Hendrik ten Cate Hoedemaker, 43 jr.; Marten Udink ten Cate, 25 jr. Sijbrand ten Cate, 40 jr.; Abraham Jannink, 29 jr, broeder der bruid. (fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 13).
Uit dit huwelijk één dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Margaretha | *1831 | Enschede [ov] | †1902 | Winterswijk [ge] | 70 | 1 | 8 |