otr. te Deventer [ov] op 16 apr 1735 (attest gegeven op het Stadhuis de 8-5-1735)
met
Hendrik ter Horst, zn. van Berend Jansz. ter Horst en Aaltjen Jansdr. Nijhoff,
geb. te Hengelo [ov] circa 1711,
ovl. te Hengelo [ov] op 23 dec 1740.
Opmerkingen Hendrik ter Horst en Teuntjen ten Cate
GA Deventer: DTB inv. nr. 35: ondertr. 16 apr. 1735 Hendrik ter Horst j.m. van Deventer met Teuntje ten Cate j.d. van Deventer.
Uit deze relatie 3 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Berend | *1736 | Hengelo [ov] | Hengelo [ov] | 0 | 0 | ||
2 | Stijntjen | *1738 | Hengelo [ov] | †1819 | Hengelo [ov] | 80 | 1 | 0 |
3 | Aaltjen | *1740 | Hengelo [ov] | Hengelo [ov] | 0 | 0 |
otr. te Deventer [ov] op 3 mrt 1694 (attest. gegeven op 't Raadhuis 23-3-1694)
met
Gerrit ten Cate, zn. van Teunis ten Cate (linnenreder te Goor) en Fenneken Bussemaker,
geb. te Hengelo [ov] circa 1673,
houthandelaar te Deventer, Sappemeer en Sneek,
ovl. te Sneek [fr] in 1759,
otr. (2)
met Anneken Cremer. Uit deze relatie geen kinderen.
Opmerkingen Gerrit ten Cate.
a. Gerrit Teunisz. ten Cate heeft een vrij onrustig leven geleid. Het eerste teken van zijn bestaan vinden we in Deventer, wanneer hij daar in het huw. treedt met zijn 1e vrouw Stijntje Berents Cremer, dr. van de doopsgez. koopman in de Hofstraat te Deventer (vlg. genealogie Hulshoff in de Ned. Leeuw, jrg. 102 (1985), blz. 58), op 23 mrt. 1694 op het stadhuis. Hij noemt zich dan 'jongeman uit Borne', waarheen hij waarschijnlijk vanuit zijn geb. plaats Hengelo heengetrokken was. In de archieven van de doopsgez. gem. in Deventer wordt hij 'de holtcoper in de Rijkmanstraat' genoemd. Sporen vinden we van hem terug in het armenkasboek der Oude Vlamingen in de periode 8 nov. 1694 tot 5 sept. 1710. Hij stort dan regelmatig een bijdrage voor de armen:.
8 Nov. 1694: 5 gld. 12 stv.
4 Mei 1695: 5 gld. 6 stv.
8 Mei 1696: 6 gld. - stv.
10 Dec. 1697: 6 gld. 1 stv.
30 Mrt. 1701: 7 gld. 10 stv.
16 Jul. 1701: 5 gld. 10 stv.
20 Jan. 1703: 6 gld. - stv.
11 Okt. 1703: 6 gld. - stv.
3 Feb. 1704: 6 gld. - stv.
11 Apr. 1705: 6 gld. - stv.
24 Jul. 1709: 6 gld. - stv.
31 Aug. 1709: 6 gld. - stv.
5 Sep. 1710: 6 gld. - stv.
Op 2 okt. 1709 leent hij 500 gld. uit de armenkas.
b. GA Deventer Boedel inventarissen inv.nr. 1 45-c per 16 Mei 1711 i.v.m. het overlijden van zijn (eerste) vrouw Stijntje Berendsdr. Cremer ten behoeve der vijf onmondige kinderen, uit dit huwelijk geboren. Deze akte betreft de goederen, welke hun grootmoeder van moeders zijde, t.w. Aaltje Teunisdr. Hulshoff , weduwe van wijlen Berend Willemsz. Cremer , hun heeft nagelaten. Hieronder bevinden zich o.m. het erve en goed De Hertele onder Voorst en een obligatie van 1.000 car.gld. ten laste van Geert Gerritsz. van Olst te Groningen.
Het gezin bevond zich in die tijd echter niet meer in Deventer, maar was naar de Veenkoloniën verhuisd, waarschijnlijk in navolging van de vele andere Doopsgezinden, die daar in die jaren hun geluk gingen zoeken. In de archieven van de Groningse Veenkoloniën zijn geen sporen van hem nagelaten, maar zijn aanwezigheid daar blijkt uit een acte van 12 Jun. 1711, welke in het Deventer archief werd gevonden in het "Boek van renuntiatiën". Zijn vrouw Stijntje is naar alle waarschijnlijkheid te Sappemeer, naar welke plaats het gezin trok, overleden :.
"Erschenen Gerrit Berents Cremer, neffens sijn huisvrouw Albertjen Haskes, marito tutore, voor hem selven ende als volmachtigde van sijn swager ende suster Geert Gerrits van Olst, Teuntjen Berents Cremer, sijn huisvrouw, ende sijn broeder Willem Berents Cremer ende Willemtjen Jansen van Comen, sijn huisvrouw, luid acte van procuratie voor den Amptman des Gerigts Selwert ende Rigter in Sapmeer in Groningen, in dato den 22 Maij 1711 gepasseert, alhier gesien ende van waarden erkend ; voorts met ende neffens Frerik Frerixen als momberen over de kinderen van Gerrit Teunissen ten Cathe, bij wijlen Stijntjen Berents Cremer in egte geteeld, gelijk mede Gerrit Teunissen ten Cathe self s, ende bekenden samentlik om ene sekere summa van penningen, an haar ten genoegen betaald ende voldaan, verkofd, gecedeerd ende getransporteerd te hebben, sulx doende kragt deses, an de Heer Burgemeester Damiaen van Duren Dz. ende sijn Ed : erfgenaemen, seker erve ende hoff, in sijne bekende bepalinge gelegen alhier, over den IJssel in de vierde strate naast de hoven van wijlen de weduwe van de Hr : Burgemeester Gerhard Jordens, ende Joost Pot, ende sulx met sijn regt ende geregtighteid, ouden ende nieuwen toebehoir. Daarvan ten erfliken profijte ende behoeve van voornoemden Heer Coper ende desselfs erfgenamen, vertijende ende afstand doende, gelijk alhier regt ende gewoonte is. Sonder argelist actum coram pdts : D : Scabinis,. den 12 Junij 1711".
In de hierboven genoemde Deventer "Boedel inventarissen" wordt dan nog op de 4e Feb. 1719 ten behoeve van de Deventer Weeskamer een zeer uitvoerige inventaris opgenomen van het eigen bezit van de vader Gerrit Teunisz. ten Cate, hierin ook "de houtkoper" genoemd, voor een totaalbedrag van 21.480 gld. !.
c. Na die tijd trekt hij blijkbaar naar Stad Groningen, waar hij in 1727 voor de tweede keer huwt met Anneken Daniëlsdr. Cremer uit Deventer. Met haar en waarschijnlijk ook zijn kinderen trekt hij dan naar Sneek, waar hij op 19 Nov. 1728 burger wordt als "Menist, geboren te Goor in Overijssel en laatst gekomen van Groningen". Hier overlijdt hij in 1759 (zie voor deze "Friese periode" de Friese genealogie op pag. 200 sub a en noot 305 op pag. 412). In deze Friese periode" komen ook enkele aktes voor, die in Stad-Groningen werden opgesteld:.
GA Groningen: RA l l l-x (Verzegelingen) deel 109, fol. 181 per 29 Dec. 1731: Gerrit ten Cate en Anneke Daniels Cremer kopen een huis ten O van de Heerepoort, met winkel, toonbank en 't beeldwerk, voor 1.380 gld. De kooplieden Hendrik ten Cate en Jan ten Cate zijn borgen voor de goede betaling. Vier jaren later wordt dit huis met verlies weer verkocht:.
GA Groningen : RA l l l-x (Verzegelingen) deel 112, fol. 128 per 12 Jan. 1735: Gerrit ten Cate, mede in opdracht van Anneke Daniels Cremer, verkoopt een behuizinge in de Heerstraat aan de Oostzijde voor de poorte, voor een bedrag van 1.055 gld. Mede compareerden de koopman Arend Hesselink met Judith Tonnis ten Cate, die als borgen optreden voor de koper Tamme Jacobs.
In het archief van de Groningse Weeskamer komt hij overigens op 2 Mei 1740 ook een keer voor als Gerrit Teunisz. ten Cate tot Sneek, zijnde 400 gld. schuldig aan de boedel van wijlen Judith ten Cate, de weduwe van Gerrit van Delden te Groningen.
d. Dat hij in 1759 overlijdt blijkt uit het archief der Oud Vlaamse gemeente te Groningen. In inv.nr. 22 (Armenkas) komen geregelde bijdragen van hem voor onder de post: Gerrit Teunis ten Cate tot Sneek, maar in 1759 staat ingeschreven: "Nihil, overl. in 1759".
e. De kinderen van Gerrit Teunisz. ten Cate werden ondertussen volwassen en van hen is een koopbrief uit 1731 voorhanden in het "Archief Hulshoff" op het Centraal Bureau voor Genealogie te 's-Gravenhage:.
"Koopbrijf van 2 stuck lant in Den Hulshof, soe de houtcoper kijnder toe kwamen Dato den 16 Oct. 731.
Huiden dato ondergeschr. hebben de kinderen en erfgenamen van Gerrit Tonis ten Cate en wijlen Stijntien Berents Cremer, geassisteert met Mattheus van Calkar als haren hiertoe verkoren momber en Mattheus van Calkar voor hem selfs, als in houwelijk gehadt hebbende Jenneken ten Cate, doghter van voornoemden Gerrit ten Cate en wijlen Stijntjen Berents Cremer, verkoft, gelijk si j verkopen kragt deses, aen Hend. Hulshoff en Maritien Tonis ten Cate, hare twee derde parten in twee stuckjes vrij en allodiael land, gelegen in de boerschap Senderen, gerighte Borne, bezijden en langes het land van Jan op den Hulshoff, met de aghterstedige pagt van dien, voor een somma van taghentig Car. guldens, soo en in dier voegen als gem. erfgenamen het selve land een lange tijd van jaren hebben beseten en nogh besitten.
De betalinge sal geschieden binnen den tijd van twee maenden, aff te rekenen van de tekeninge deses. Des ten waeren oirconde zijn hiervan twee al-eensluijdenden gemaekt en wederkanten getekent. Deventer, den 16 October 1731.
Aeltien ten Kate, Teuntjen ten Kaate, Anneken ten Caate, Geesken ten Kate.
Mattheus van Kalker, als momber en voor mijselfs.
Zie voor deze Friese periode: C.L. ten Cate, Genealogie van de friese takken der (van oorsprong doopsgezinde) familie Ten Cate uit Borne, Utrecht - 1985, blz. 200 sub a en blz. 412 noot 305.
Opmerkingen Gerrit ten Cate en Stijntjen Cremer
GA Deventer: DTB inv. nr. 30: ondertr. 3 maart 1694 Gerrit Teunissen ten Kate met Stientje Berents Cremer j.d. van wijlen Berent Willemsen Kremer in de Assenstraat.
Uit deze relatie 5 dochters:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Aaltjen | *1695 | Hengelo [ov] | †1736 | Sneek [fr] | 41 | 0 | 0 |
2 | Jenneken | *1697 | Hengelo [ov] | †1729 | Sneek [fr] | 32 | 1 | 2 |
3 | Teuntjen | *1700 | Hengelo [ov] | †1740 | Sneek [fr] | 40 | 1 | 3 |
4 | Geesken | *1702 | Hengelo [ov] | †1731 | Sneek [fr] | 29 | 0 | 0 |
5 | Anneken | *1704 | Hengelo [ov] | †1740 | Sneek [fr] | 36 | 1 | 1 |
relatie
met
Uit deze relatie 2 dochters:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Trijntjen | *1670 | 1 | 5 | ||||
2 | Stijntjen | *1674 | †1711 | 37 | 1 | 5 |
relatie
met
Berend Willemsz Cremer,
ovl. voor 1694.
Uit deze relatie 2 dochters:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Trijntjen | *1670 | 1 | 5 | ||||
2 | Stijntjen | *1674 | †1711 | 37 | 1 | 5 |
otr. te Deventer [ov] op 18 okt 1727 (attest op het Stadhuis alhier den 19-11-1727)(ondertr. Groningen 25-10-1727)
met
Gerrit ten Cate, zn. van Teunis ten Cate (linnenreder te Goor) en Fenneken Bussemaker,
geb. te Hengelo [ov] circa 1673,
houthandelaar te Deventer, Sappemeer en Sneek,
ovl. te Sneek [fr] in 1759,
otr. (1)
met Stijntjen Cremer, dr. van Berend Cremer en Aaltjen Teunisdr. Hulshoff. Uit deze relatie 5 dochters.
Opmerkingen Gerrit ten Cate.
a. Gerrit Teunisz. ten Cate heeft een vrij onrustig leven geleid. Het eerste teken van zijn bestaan vinden we in Deventer, wanneer hij daar in het huw. treedt met zijn 1e vrouw Stijntje Berents Cremer, dr. van de doopsgez. koopman in de Hofstraat te Deventer (vlg. genealogie Hulshoff in de Ned. Leeuw, jrg. 102 (1985), blz. 58), op 23 mrt. 1694 op het stadhuis. Hij noemt zich dan 'jongeman uit Borne', waarheen hij waarschijnlijk vanuit zijn geb. plaats Hengelo heengetrokken was. In de archieven van de doopsgez. gem. in Deventer wordt hij 'de holtcoper in de Rijkmanstraat' genoemd. Sporen vinden we van hem terug in het armenkasboek der Oude Vlamingen in de periode 8 nov. 1694 tot 5 sept. 1710. Hij stort dan regelmatig een bijdrage voor de armen:.
8 Nov. 1694: 5 gld. 12 stv.
4 Mei 1695: 5 gld. 6 stv.
8 Mei 1696: 6 gld. - stv.
10 Dec. 1697: 6 gld. 1 stv.
30 Mrt. 1701: 7 gld. 10 stv.
16 Jul. 1701: 5 gld. 10 stv.
20 Jan. 1703: 6 gld. - stv.
11 Okt. 1703: 6 gld. - stv.
3 Feb. 1704: 6 gld. - stv.
11 Apr. 1705: 6 gld. - stv.
24 Jul. 1709: 6 gld. - stv.
31 Aug. 1709: 6 gld. - stv.
5 Sep. 1710: 6 gld. - stv.
Op 2 okt. 1709 leent hij 500 gld. uit de armenkas.
b. GA Deventer Boedel inventarissen inv.nr. 1 45-c per 16 Mei 1711 i.v.m. het overlijden van zijn (eerste) vrouw Stijntje Berendsdr. Cremer ten behoeve der vijf onmondige kinderen, uit dit huwelijk geboren. Deze akte betreft de goederen, welke hun grootmoeder van moeders zijde, t.w. Aaltje Teunisdr. Hulshoff , weduwe van wijlen Berend Willemsz. Cremer , hun heeft nagelaten. Hieronder bevinden zich o.m. het erve en goed De Hertele onder Voorst en een obligatie van 1.000 car.gld. ten laste van Geert Gerritsz. van Olst te Groningen.
Het gezin bevond zich in die tijd echter niet meer in Deventer, maar was naar de Veenkoloniën verhuisd, waarschijnlijk in navolging van de vele andere Doopsgezinden, die daar in die jaren hun geluk gingen zoeken. In de archieven van de Groningse Veenkoloniën zijn geen sporen van hem nagelaten, maar zijn aanwezigheid daar blijkt uit een acte van 12 Jun. 1711, welke in het Deventer archief werd gevonden in het "Boek van renuntiatiën". Zijn vrouw Stijntje is naar alle waarschijnlijkheid te Sappemeer, naar welke plaats het gezin trok, overleden :.
"Erschenen Gerrit Berents Cremer, neffens sijn huisvrouw Albertjen Haskes, marito tutore, voor hem selven ende als volmachtigde van sijn swager ende suster Geert Gerrits van Olst, Teuntjen Berents Cremer, sijn huisvrouw, ende sijn broeder Willem Berents Cremer ende Willemtjen Jansen van Comen, sijn huisvrouw, luid acte van procuratie voor den Amptman des Gerigts Selwert ende Rigter in Sapmeer in Groningen, in dato den 22 Maij 1711 gepasseert, alhier gesien ende van waarden erkend ; voorts met ende neffens Frerik Frerixen als momberen over de kinderen van Gerrit Teunissen ten Cathe, bij wijlen Stijntjen Berents Cremer in egte geteeld, gelijk mede Gerrit Teunissen ten Cathe self s, ende bekenden samentlik om ene sekere summa van penningen, an haar ten genoegen betaald ende voldaan, verkofd, gecedeerd ende getransporteerd te hebben, sulx doende kragt deses, an de Heer Burgemeester Damiaen van Duren Dz. ende sijn Ed : erfgenaemen, seker erve ende hoff, in sijne bekende bepalinge gelegen alhier, over den IJssel in de vierde strate naast de hoven van wijlen de weduwe van de Hr : Burgemeester Gerhard Jordens, ende Joost Pot, ende sulx met sijn regt ende geregtighteid, ouden ende nieuwen toebehoir. Daarvan ten erfliken profijte ende behoeve van voornoemden Heer Coper ende desselfs erfgenamen, vertijende ende afstand doende, gelijk alhier regt ende gewoonte is. Sonder argelist actum coram pdts : D : Scabinis,. den 12 Junij 1711".
In de hierboven genoemde Deventer "Boedel inventarissen" wordt dan nog op de 4e Feb. 1719 ten behoeve van de Deventer Weeskamer een zeer uitvoerige inventaris opgenomen van het eigen bezit van de vader Gerrit Teunisz. ten Cate, hierin ook "de houtkoper" genoemd, voor een totaalbedrag van 21.480 gld. !.
c. Na die tijd trekt hij blijkbaar naar Stad Groningen, waar hij in 1727 voor de tweede keer huwt met Anneken Daniëlsdr. Cremer uit Deventer. Met haar en waarschijnlijk ook zijn kinderen trekt hij dan naar Sneek, waar hij op 19 Nov. 1728 burger wordt als "Menist, geboren te Goor in Overijssel en laatst gekomen van Groningen". Hier overlijdt hij in 1759 (zie voor deze "Friese periode" de Friese genealogie op pag. 200 sub a en noot 305 op pag. 412). In deze Friese periode" komen ook enkele aktes voor, die in Stad-Groningen werden opgesteld:.
GA Groningen: RA l l l-x (Verzegelingen) deel 109, fol. 181 per 29 Dec. 1731: Gerrit ten Cate en Anneke Daniels Cremer kopen een huis ten O van de Heerepoort, met winkel, toonbank en 't beeldwerk, voor 1.380 gld. De kooplieden Hendrik ten Cate en Jan ten Cate zijn borgen voor de goede betaling. Vier jaren later wordt dit huis met verlies weer verkocht:.
GA Groningen : RA l l l-x (Verzegelingen) deel 112, fol. 128 per 12 Jan. 1735: Gerrit ten Cate, mede in opdracht van Anneke Daniels Cremer, verkoopt een behuizinge in de Heerstraat aan de Oostzijde voor de poorte, voor een bedrag van 1.055 gld. Mede compareerden de koopman Arend Hesselink met Judith Tonnis ten Cate, die als borgen optreden voor de koper Tamme Jacobs.
In het archief van de Groningse Weeskamer komt hij overigens op 2 Mei 1740 ook een keer voor als Gerrit Teunisz. ten Cate tot Sneek, zijnde 400 gld. schuldig aan de boedel van wijlen Judith ten Cate, de weduwe van Gerrit van Delden te Groningen.
d. Dat hij in 1759 overlijdt blijkt uit het archief der Oud Vlaamse gemeente te Groningen. In inv.nr. 22 (Armenkas) komen geregelde bijdragen van hem voor onder de post: Gerrit Teunis ten Cate tot Sneek, maar in 1759 staat ingeschreven: "Nihil, overl. in 1759".
e. De kinderen van Gerrit Teunisz. ten Cate werden ondertussen volwassen en van hen is een koopbrief uit 1731 voorhanden in het "Archief Hulshoff" op het Centraal Bureau voor Genealogie te 's-Gravenhage:.
"Koopbrijf van 2 stuck lant in Den Hulshof, soe de houtcoper kijnder toe kwamen Dato den 16 Oct. 731.
Huiden dato ondergeschr. hebben de kinderen en erfgenamen van Gerrit Tonis ten Cate en wijlen Stijntien Berents Cremer, geassisteert met Mattheus van Calkar als haren hiertoe verkoren momber en Mattheus van Calkar voor hem selfs, als in houwelijk gehadt hebbende Jenneken ten Cate, doghter van voornoemden Gerrit ten Cate en wijlen Stijntjen Berents Cremer, verkoft, gelijk si j verkopen kragt deses, aen Hend. Hulshoff en Maritien Tonis ten Cate, hare twee derde parten in twee stuckjes vrij en allodiael land, gelegen in de boerschap Senderen, gerighte Borne, bezijden en langes het land van Jan op den Hulshoff, met de aghterstedige pagt van dien, voor een somma van taghentig Car. guldens, soo en in dier voegen als gem. erfgenamen het selve land een lange tijd van jaren hebben beseten en nogh besitten.
De betalinge sal geschieden binnen den tijd van twee maenden, aff te rekenen van de tekeninge deses. Des ten waeren oirconde zijn hiervan twee al-eensluijdenden gemaekt en wederkanten getekent. Deventer, den 16 October 1731.
Aeltien ten Kate, Teuntjen ten Kaate, Anneken ten Caate, Geesken ten Kate.
Mattheus van Kalker, als momber en voor mijselfs.
Zie voor deze Friese periode: C.L. ten Cate, Genealogie van de friese takken der (van oorsprong doopsgezinde) familie Ten Cate uit Borne, Utrecht - 1985, blz. 200 sub a en blz. 412 noot 305.
Opmerkingen Gerrit ten Cate en Anneken Cremer
GA Deventer: DTB inv. nr. 34: ondertr. 18 okt. 1727 Gerrit Teunisz. ten Kate j.m. (sic!) woonende te Groningen en Anneke Daniels Kremer j.d. wonende bij de Santpoorte.
>
otr. te Deventer [ov] op 5 aug 1693 (attest op Borne)
met
Aaltjen Lambertsdr. ten Cate,
geb. te Borne [ov] circa 1665,
ovl. te Deventer [ov] in 1722.
Opmerkingen Aaltjen Lambertsdr. ten Cate.
Zie voor haar voorgeslacht de Bornse genealogie (STAM-BOR prs. nr. 181).
Uit deze relatie één dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Anneken | *1697 | Borne [ov] | †1752 | Deventer [ov] | 55 | 1 | 0 |
otr. te Deventer [ov] op 5 aug 1693 (attest op Borne)
met
Daniël Berendsz Cremer,
geb. te Deventer [ov] op 7 nov 1673,
koopman aan de Brink, Deventer,
ovl. te Deventer [ov] op 2 jun 1701.
Uit deze relatie één dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Anneken | *1697 | Deventer [ov] | †1752 | Deventer [ov] | 55 | 1 | 0 |
otr. te Deventer [ov] op 23 feb 1726 (attest. op het Stadhuis 17-3-1726)
met
Jenneken ten Cate, dr. van Gerrit ten Cate (houthandelaar te Deventer, Sappemeer en Sneek) en Stijntjen Cremer,
geb. te Deventer [ov] op 30 apr 1697,
ovl. te Deventer [ov] op 22 sep 1729.
Opmerkingen Mattheus van Calcar en Jenneken ten Cate
GA Deventer: DTB inv. nr. 34: ondertr. 23 febr. 1726 Mattheus van Calcar j.m. in de Rijkmanstraat met Jenneken ten Kate aan de Brinck.
Uit deze relatie 2 zonen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Berend | *1726 | Deventer [ov] | †1787 | Deventer [ov] | 60 | 1 | 3 |
2 | Gerrit | *1727 | Deventer [ov] | †1809 | Deventer [ov] | 81 | 1 | 0 |
relatie
met
Grietje Jansdr Dorenbosch.
Uit deze relatie één zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Mattheus | *1700 | †1780 | 80 | 1 | 2 |
relatie
met
Berend Mattheusz van Calcar.
Uit deze relatie één zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Mattheus | *1700 | †1780 | 80 | 1 | 2 |
tr. te Deventer [ov] op 15 okt 1758
met
Stijntjen ter Horst, dr. van Hendrik ter Horst en Teuntjen ten Cate,
geb. te Deventer [ov] op 14 mei 1738,
ovl. te Deventer [ov] op 26 jan 1819.
>
tr. te Deventer [ov] op 15 okt 1758
met
Gerrit van Calcar, zn. van Mattheus van Calcar (koopman in de Rijkmanstraat) en Jenneken ten Cate,
geb. te Deventer [ov] op 13 nov 1727,
koopman, winkelier in koper- en ijzerwerk en manufacturen te Deventer,
ovl. te Deventer [ov] op 19 jul 1809.
>
otr. te Deventer [ov] op 16 apr 1735 (attest gegeven op het Stadhuis de 8-5-1735)
met
Teuntjen ten Cate, dr. van Gerrit ten Cate (houthandelaar te Deventer, Sappemeer en Sneek) en Stijntjen Cremer,
geb. te Deventer [ov] circa 1700,
ovl. na 1740.
Opmerkingen Hendrik ter Horst en Teuntjen ten Cate
GA Deventer: DTB inv. nr. 35: ondertr. 16 apr. 1735 Hendrik ter Horst j.m. van Deventer met Teuntje ten Cate j.d. van Deventer.
Uit deze relatie 3 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Berend | *1736 | Deventer [ov] | 0 | 0 | |||
2 | Stijntjen | *1738 | Deventer [ov] | †1819 | 80 | 1 | 0 | |
3 | Aaltjen | *1740 | Deventer [ov] | 0 | 0 |
tr. te Delden [ov] (attest. Hengelo) op 5 jun 1704
met
Metjen ter Horst (verder onbekend), dr. van Berend ter Horst en Metta Morgenstern,
geb. circa 1680.
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Roelof | *1705 | †1794 | 89 | 2 | 5 | ||
2 | Marietjen | *1707 | 1 | 0 | ||||
3 | Geesjen | *1710 | †1744 | 34 | 1 | 0 |
relatie
met
Roelof ten Cate, zn. van Arend ten Cate en Fenneken Egberts Braams,
geb. te Goor [ov] circa 1669,
ovl. (overl. plaats en datum onbekend).
Opmerkingen Roelof ten Cate.
a. RA Zwolle: RA landgericht Delden inv. nr. 48 (contentieuse zaken) per 12 nov. 1691: "Erschennen Roeloff ten Cate ter Kincken per procureur Hulst maent de bouwman op't erve Geerdink om aengesoght te worden geen pagt als aen comparant toe betalen, solange de coper van het erf sijn schulden niet hefft voldaen". Dit is de enige akte geweest, waarin een Roelof ten Cate verschijnt.
NB. De in de Goors/Hengelose opgevoerde afstamming van deze Roelof ten Cate rammelt m.i. [HCAtC) van alle kanten, nergens wordt bewezen dat hij een zoon is van Arend Jansz. ten Cate, ook het te kleine leeftijdsverschil van 11 jr. tussen Roelof ten Cate en zijn opgevoerde zoon Jan ten Cate geeft te denken!.
Uit deze relatie één zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Jan | *1680 | Goor [ov] | 1 | 3 |