')} Genealogie van Theunis ten Cate uit Almelo
Anna Maria Margaretha Springer
in
Parenteel van Theunis ten Cate.

Anna Maria Margaretha Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 1 feb 1892,
DG.


Willem Springer
Willem Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 8 mei 1815,
EL,
opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken Oud-Asst. Gemeente-Architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 7 mrt 1907,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag', grafnr. 2-G-36 op 9 mrt 1907.

Opmerkingen Willem Springer.
afb1.jpg/GDPim$]afb2.jpg/GDPim$].
Bron: Kamper Almanak 1968.
De familie  Springer en haar relatie tot Kampen.
Dr. J.H. A. Ringeling.
Par. 2. (vervolg).
Willem Springer (1815-1907), architect. 20).
Het lijdt geen twijfel, of ook Willem Springer heeft van thuis een gedegen timmermansopleiding meegekregen. In deze hoedanigheid vermeldt  het Algemeen Adresboek 1845-1846 hem dan ook op pagina 244 in het ouderlijk  huis op de Leidsegracht.
Hij is dan reeds als opzichter werkzaam geweest bij de bouw der pakhuizen voor de Rijnvaart  (1838) en bij de bouw van de Beurs van Zocher (1841). Nadien keert hij zijn geboortestad de rug toe en dient de Waterstaat gedurende een reeks van jaren.
op verschillende plaatsen in den lande. Toch is het uiteindelijk Amsterdam, waar Willem Springer wezenlijk carriere maakt. Op 1 april 1858 vindt namelijk aldaar zijn benoeming plaats tot assistent-architect bij de Gemeentewerken en wordt hij uit dien hoofde. de rechterhand  van de Stadsarchitect Bastiaan de Greef 21).
De cooperatie de Greef-Springer, die in de periode 1822-1826  zo'n belangrijke rol speelde bij de herbouw van de Ronde Lutherse Kerk, herhaalt zich thans in de volgende generatie over een tijdvak van liefst ruim 32 jaar. Dat zich overigens in hun beider samenwerking de nodige spanningen hebben voorgedaan, leert ons het artikel "Herinneringen van A. W. Weissman", opgenomen in het 42ste Jaarboek  van bet Genootschap Amstelodamum  (1948), pagina's  87 tot 146. Het feit, dat Bastiaan de Greef in leeftijd enkele jaren jonger was, heeft tot gevolg gehad, dat Willem Springer de rang van Stadsarchitect zelf nimmer heeft kunnen bereiken. Hoezeer echter zijn verdiensten algemeen erkend werden moge blijken uit de voetnoot, welke wij aantreffen op pagina 28 van de Naamwijzer en Adresboek der Leden van het Stedelijk Bestuur 1890-1891:  "Op verzoek door B. en W. op de meest eervolle wijze ontslagen met ingang van den dag, waarop de nieuwe te benoemen Stadsarchitect zijn werkzaamheden zal aanvaarden, met welken datum de Heer W. Springer door den Gemeenteraad is benoemd  tot Gemeente-adviseur in Bouwzaken".  Een  eervoller testimonium voor de inmiddels 75-jarige Springer is bezwaarlijk denkbaar! Van  Willem Springer's werkstukken bestaat een uitgebreide documentatie. Zo verwierf het Amsterdamse  Gemeente-Archief voor enkele jaren vier gebonden delen bouwtekeningen 22), terwijl onder de aanwinsten van het Rijksprentenkabinet in 1966 sub 63, 64 en 65 eveneens tekeningen van Willem Springer vermeld worden. Uiteraard  bestaat Springer's werk voor een groot deel uit scholen, bruggen en andere gemeentewerken, waaronder ik met name  de Kweekschool voor de Zeevaart  (1878)  zou willen noemen. Hoe eervol zijn loopbaan ook overigens geweest moge zijn, zou Springer's creativiteit wellicht nog tot vollere ontplooiing zijn gekomen, indien het ambtelijk keurslijf hem in zijn bewegingsvrijheid minder had beperkt.  Op publicistisch gebied zijn van zijn hand artikelen verschenen in de jaargangen 1862, 1872 en 1876 van de Bouwkundige bijdragen van de Maatschappij tot bevordering der bouwkunst. Op 4 januari 1849 trad Willem Springer te Amsterdam in het huwelijk met een Rooms-Katholiek meisje Maria Anna Bijlager (1824-1913), dochter van Joannes Ludovicus, schuitenvoerder en van Hermina van der Heide. Ook in deze tak vervaagt dus de Lutheraanse traditie. Ambtshalve woonde het gezin na de terugkeer in Amsterdam in de Stadstimmertuin 23). Van hun acht kinderen heeft vooral de oudste zoon Johannes Ludovicus (Jan) Springer (1850-1915) als architect grote bekendheid verworven 24). Hij was onder meer de bouwmeester van de Amsterdamse Stadsschouwburg 1892-1894 en bekleedde van 1906 tot aan zijn dood het directoraat van de Haagse Academie.
Bronnen en aantekeningen:.
20) Zie voor hem: Nieuw Nederlandsch BiografischWoordenboek deel 7, pagina 1169 en Thieme-Beeker,deel 31 (1937), pagina 411.
21) Bastiaan de Greef (1818-1899),architect. Zoon van Jan de Greef. Stadsarchitect van Amsterdam van 28 maart 1856 tot 19 juni 1890.
22) Zie jaarverslag 1966 van de Gemeentelijke Archiefdienst pagina 27 sub B 2.
***.
fadv1.jpg/GDPim$]fadv2.jpg%50/GDPim$].
Huis te Vraag is een "gesloten" begraafplaats, aan de Rijnsburgstraat 51 (voorheen Sloterweg), te Amsterdam.
***.
begrplts_huistevraag.JPG/GDPim$]
.

tr. te Amsterdam [nh] op 4 jan 1849 (Reg.1 fol. 8v)
met

Maria Anna Bijlager, dr. van Joannes Ludovicus Bijlager (schuitenvoerder) en Hermina van der Heide,
geb. te Amsterdam [nh] op 23 feb 1824,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] in het Maria Paviljoen op 17 feb 1913,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 19 feb 1913.

Opmerkingen Maria Anna Bijlager.
fadv1.jpg/GDPim$].

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jan*1850 Amsterdam [nh] †1915 Amsterdam [nh] 65
Maria*1852 Amsterdam [nh] †1888 Amsterdam [nh] 36
Jacobus*1854 Amsterdam [nh] †1922 Amsterdam [nh] 67
Wilhelmina*1855 Amsterdam [nh] †1873 Amsterdam [nh] 17
Geertruida*1857 Amsterdam [nh] †1916 Amsterdam [nh] 58
Suze*1858 Amsterdam [nh] 1937 Amsterdam [nh] 79
Piet*1863 Amsterdam [nh] †1902 Amsterdam [nh] 39


Dossier:


Maria Anna Bijlager
Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 23 feb 1824,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] in het Maria Paviljoen op 17 feb 1913,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 19 feb 1913.

Opmerkingen Maria Anna Bijlager.
fadv1.jpg/GDPim$].

tr. te Amsterdam [nh] op 4 jan 1849 (Reg.1 fol. 8v)
met

Willem Springer, zn. van Willem Springer (timmerman, houtkoper (1817), aannemer van publieke bouwkundige werken) en Maria Elisabeth Doetzen,
geb. te Amsterdam [nh] op 8 mei 1815,
EL,
opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken Oud-Asst. Gemeente-Architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 7 mrt 1907,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag', grafnr. 2-G-36 op 9 mrt 1907.

Opmerkingen Willem Springer.
afb1.jpg/GDPim$]afb2.jpg/GDPim$].
Bron: Kamper Almanak 1968.
De familie  Springer en haar relatie tot Kampen.
Dr. J.H. A. Ringeling.
Par. 2. (vervolg).
Willem Springer (1815-1907), architect. 20).
Het lijdt geen twijfel, of ook Willem Springer heeft van thuis een gedegen timmermansopleiding meegekregen. In deze hoedanigheid vermeldt  het Algemeen Adresboek 1845-1846 hem dan ook op pagina 244 in het ouderlijk  huis op de Leidsegracht.
Hij is dan reeds als opzichter werkzaam geweest bij de bouw der pakhuizen voor de Rijnvaart  (1838) en bij de bouw van de Beurs van Zocher (1841). Nadien keert hij zijn geboortestad de rug toe en dient de Waterstaat gedurende een reeks van jaren.
op verschillende plaatsen in den lande. Toch is het uiteindelijk Amsterdam, waar Willem Springer wezenlijk carriere maakt. Op 1 april 1858 vindt namelijk aldaar zijn benoeming plaats tot assistent-architect bij de Gemeentewerken en wordt hij uit dien hoofde. de rechterhand  van de Stadsarchitect Bastiaan de Greef 21).
De cooperatie de Greef-Springer, die in de periode 1822-1826  zo'n belangrijke rol speelde bij de herbouw van de Ronde Lutherse Kerk, herhaalt zich thans in de volgende generatie over een tijdvak van liefst ruim 32 jaar. Dat zich overigens in hun beider samenwerking de nodige spanningen hebben voorgedaan, leert ons het artikel "Herinneringen van A. W. Weissman", opgenomen in het 42ste Jaarboek  van bet Genootschap Amstelodamum  (1948), pagina's  87 tot 146. Het feit, dat Bastiaan de Greef in leeftijd enkele jaren jonger was, heeft tot gevolg gehad, dat Willem Springer de rang van Stadsarchitect zelf nimmer heeft kunnen bereiken. Hoezeer echter zijn verdiensten algemeen erkend werden moge blijken uit de voetnoot, welke wij aantreffen op pagina 28 van de Naamwijzer en Adresboek der Leden van het Stedelijk Bestuur 1890-1891:  "Op verzoek door B. en W. op de meest eervolle wijze ontslagen met ingang van den dag, waarop de nieuwe te benoemen Stadsarchitect zijn werkzaamheden zal aanvaarden, met welken datum de Heer W. Springer door den Gemeenteraad is benoemd  tot Gemeente-adviseur in Bouwzaken".  Een  eervoller testimonium voor de inmiddels 75-jarige Springer is bezwaarlijk denkbaar! Van  Willem Springer's werkstukken bestaat een uitgebreide documentatie. Zo verwierf het Amsterdamse  Gemeente-Archief voor enkele jaren vier gebonden delen bouwtekeningen 22), terwijl onder de aanwinsten van het Rijksprentenkabinet in 1966 sub 63, 64 en 65 eveneens tekeningen van Willem Springer vermeld worden. Uiteraard  bestaat Springer's werk voor een groot deel uit scholen, bruggen en andere gemeentewerken, waaronder ik met name  de Kweekschool voor de Zeevaart  (1878)  zou willen noemen. Hoe eervol zijn loopbaan ook overigens geweest moge zijn, zou Springer's creativiteit wellicht nog tot vollere ontplooiing zijn gekomen, indien het ambtelijk keurslijf hem in zijn bewegingsvrijheid minder had beperkt.  Op publicistisch gebied zijn van zijn hand artikelen verschenen in de jaargangen 1862, 1872 en 1876 van de Bouwkundige bijdragen van de Maatschappij tot bevordering der bouwkunst. Op 4 januari 1849 trad Willem Springer te Amsterdam in het huwelijk met een Rooms-Katholiek meisje Maria Anna Bijlager (1824-1913), dochter van Joannes Ludovicus, schuitenvoerder en van Hermina van der Heide. Ook in deze tak vervaagt dus de Lutheraanse traditie. Ambtshalve woonde het gezin na de terugkeer in Amsterdam in de Stadstimmertuin 23). Van hun acht kinderen heeft vooral de oudste zoon Johannes Ludovicus (Jan) Springer (1850-1915) als architect grote bekendheid verworven 24). Hij was onder meer de bouwmeester van de Amsterdamse Stadsschouwburg 1892-1894 en bekleedde van 1906 tot aan zijn dood het directoraat van de Haagse Academie.
Bronnen en aantekeningen:.
20) Zie voor hem: Nieuw Nederlandsch BiografischWoordenboek deel 7, pagina 1169 en Thieme-Beeker,deel 31 (1937), pagina 411.
21) Bastiaan de Greef (1818-1899),architect. Zoon van Jan de Greef. Stadsarchitect van Amsterdam van 28 maart 1856 tot 19 juni 1890.
22) Zie jaarverslag 1966 van de Gemeentelijke Archiefdienst pagina 27 sub B 2.
***.
fadv1.jpg/GDPim$]fadv2.jpg%50/GDPim$].
Huis te Vraag is een "gesloten" begraafplaats, aan de Rijnsburgstraat 51 (voorheen Sloterweg), te Amsterdam.
***.
begrplts_huistevraag.JPG/GDPim$]
.

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jan*1850 Amsterdam [nh] †1915 Amsterdam [nh] 65
Maria*1852 Amsterdam [nh] †1888 Amsterdam [nh] 36
Jacobus*1854 Amsterdam [nh] †1922 Amsterdam [nh] 67
Wilhelmina*1855 Amsterdam [nh] †1873 Amsterdam [nh] 17
Geertruida*1857 Amsterdam [nh] †1916 Amsterdam [nh] 58
Suze*1858 Amsterdam [nh] 1937 Amsterdam [nh] 79
Piet*1863 Amsterdam [nh] †1902 Amsterdam [nh] 39


Dossier:


Joannes Ludovicus Bijlager
Joannes Ludovicus Bijlager,
geb. circa 1790,
schuitenvoerder.

tr.
met

Hermina van der Heide,
geb. circa 1795.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maria*1824  †1913  88


Hermina van der Heide
Hermina van der Heide,
geb. circa 1795.

tr.
met

Joannes Ludovicus Bijlager,
geb. circa 1790,
schuitenvoerder.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maria*1824  †1913  88


Johannes Petrus Springer
Johannes Petrus (Piet) Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 10 jun 1863,
RK,
architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 13 jun 1902,
begr. te Amsterdam [nh] Begraafplaats 'Huis Te Vraag', Rijnsburgstraat 51, grafnr. 2-C-18 op 16 jun 1902.

Opmerkingen Johannes Petrus (Piet) Springer.
Bron: WikipediA.
Piet Springer.
Johannes Petrus Springer , 1862/1863 – aldaar, juni 1902) was een Nederlands architect en medewerker van de Dienst Publieke Werken in Amsterdam. Hij was de jongste zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer, en zijn vrouw Maria Anna Bijlager. Net als zijn vader werkte hij als tekenaar op het bureau van Publieke Werken van de gemeente Amsterdam. In 1883 nam hij deel aan de Wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam en in 1884 droeg hij bij aan de voorbereidingen van het jubileumfeest van architectuurgenootschap Architectura et Amicitia. Ook won Springer omstreeks deze tijd een aantal architectuurprijsvragen. Springer bleef tot zijn dood werkzaam bij Publieke Werken. Op 1 augustus 1895 trouwde hij in Nieuwer-Amstel met Cornelia Aleida van der Heide. Hij overleed op 39-jarige leeftijd door een val van de trap. Nederlands architect.
***.
Bron: Wikisource.
Auteur: A.W. Weissman.
Datum: Zaterdag 21 juni 1902.
Titel: ‘Johannes Petrus Springer. †’.
Tijdschrift: De Opmerker.
Jg, nr, pg.: 37, 25, 200.
Genre: Proza.
Brontaal: Nederlands.
Bron: libserv.tudelft.nl.
Auteursrecht: Publiek domein.
JOHANNES PETRUS SPRINGER. †.
Het plotseling overlijden van Piet Springer, de jongste telg van het bekende Amsterdamsche geslacht van bouwmeesters zal in vele kringen met diep leedwezen vernomen zijn. De hoogbejaarde ouders verliezen in hem hun jongsten zoon, de beklagenswaardige weduwe een braaf en oppassend echtgenoot.
Mijne eerste herinneringen aan den overledene dagteekenen van 1875. Ik was destijds, met den helaas ook reeds gestorven Herman Goseling bij den Assistent-Stads-Architect Willem Springer in de leer. Piet was toen twaalf jaar omtrent oud, en vermaakte ons met zijn guitenstreken.
In het jaar 1882 trad ik in dienst bij de Gemeente Amsterdam. Ik vond Piet Springer toen op het teekenbureau en bemerkte, dat hij, ofschoon niet zoo geniaal aangelegd als zijn broeder Jan, toch tot de beste krachten behoorde. Stil en bedaard ging hij zijn weg, door zijn collega’s geacht.
Ter gelegenheid der Koloniale Tentoonstelling van 1883 richtte de Gemeente Amsterdam een eigen paviljoen op, waarin zij, onder meer, teekeningen harer uitgevoerde openbare werken ter bezichtiging gaf. Verscheidenen dier teekeningen waren door Piet Springer vervaardigd. Daar de gewone dienst moest doorgaan, gebruikte hij zijn vrijen tijd voor dit werk. Menige nacht moest er aan worden besteed; in een daarvan geschiedde het, dat een aardbeving plaats vond, welke Piet, die op zijn teekentafel was gaan zitten, om het groote vel gemakkelijker te kunnen bewerken, omlaag deed tuimelen.
Architectura vierde in 1884 het feest, dat door hoeveel andere ook gevolgd, toch onovertroffen is gebleven. Aan de voorbereiding van het decoratieve gedeelte nam Piet Springer een ijverig aandeel. Nog zie ik hem zitten op de reusachtige paarden van Staff, die met vereende krachten in het holst van den nacht overeind werden gezet.
Het plaatwerk „de Bouwmeester” bevat verscheidene bekroonde ontwerpen van den overledene, omstreeks dezen tijd vervaardigd.
Nadat ik in 1891 tot architect der gemeente Amsterdam was benoemd heeft Piet Springer mij geholpen bij het teekenen van de werken, die toen werden ondernomen. Met den sedert reeds overleden Kluwer was Piet Springer geplaatst op het teekenbureau voor het Gemeente-Museum. Bij het détailleeren heeft hij daar voortreffelijke diensten bewezen.
Al heeft sedert de richting, waarin de dienst der Publieke Werken van Amsterdam zich bewoog, Piet Springer niet veel gelegenheid gegeven, zijn artistieke talenten te doen blijken, hij bleef toch nuttig werkzaam en behoorde tot de beste krachten, aan het bureau verbonden.
Het is diep treurig, dat iemand, van wien nog zooveel verwacht mocht worden, reeds op negen-en-dertig jarigen leeftijd uit den kring der zijnen werd weggerukt. Vooral deerniswaardig is de grijze Willem Springer, die door het verlies van zijn jongsten zoon zoo zwaar wordt getroffen.
A. W. WEISSMAN
.

tr. te Nieuwer Amstel [nh] op 1 aug 1895 (akte nr. 155)
met

Cornelia Aleida van der Heide, dr. van Bernard Wilhelm van der Heide en Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. te Amsterdam [nh] in 1868.

Dossier:


Cornelia Aleida van der Heide
Cornelia Aleida van der Heide,
geb. te Amsterdam [nh] in 1868.

tr. te Nieuwer Amstel [nh] op 1 aug 1895 (akte nr. 155)
met

Johannes Petrus (Piet) Springer, zn. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 10 jun 1863,
RK,
architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 13 jun 1902,
begr. te Amsterdam [nh] Begraafplaats 'Huis Te Vraag', Rijnsburgstraat 51, grafnr. 2-C-18 op 16 jun 1902.

Opmerkingen Johannes Petrus (Piet) Springer.
Bron: WikipediA.
Piet Springer.
Johannes Petrus Springer , 1862/1863 – aldaar, juni 1902) was een Nederlands architect en medewerker van de Dienst Publieke Werken in Amsterdam. Hij was de jongste zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer, en zijn vrouw Maria Anna Bijlager. Net als zijn vader werkte hij als tekenaar op het bureau van Publieke Werken van de gemeente Amsterdam. In 1883 nam hij deel aan de Wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam en in 1884 droeg hij bij aan de voorbereidingen van het jubileumfeest van architectuurgenootschap Architectura et Amicitia. Ook won Springer omstreeks deze tijd een aantal architectuurprijsvragen. Springer bleef tot zijn dood werkzaam bij Publieke Werken. Op 1 augustus 1895 trouwde hij in Nieuwer-Amstel met Cornelia Aleida van der Heide. Hij overleed op 39-jarige leeftijd door een val van de trap. Nederlands architect.
***.
Bron: Wikisource.
Auteur: A.W. Weissman.
Datum: Zaterdag 21 juni 1902.
Titel: ‘Johannes Petrus Springer. †’.
Tijdschrift: De Opmerker.
Jg, nr, pg.: 37, 25, 200.
Genre: Proza.
Brontaal: Nederlands.
Bron: libserv.tudelft.nl.
Auteursrecht: Publiek domein.
JOHANNES PETRUS SPRINGER. †.
Het plotseling overlijden van Piet Springer, de jongste telg van het bekende Amsterdamsche geslacht van bouwmeesters zal in vele kringen met diep leedwezen vernomen zijn. De hoogbejaarde ouders verliezen in hem hun jongsten zoon, de beklagenswaardige weduwe een braaf en oppassend echtgenoot.
Mijne eerste herinneringen aan den overledene dagteekenen van 1875. Ik was destijds, met den helaas ook reeds gestorven Herman Goseling bij den Assistent-Stads-Architect Willem Springer in de leer. Piet was toen twaalf jaar omtrent oud, en vermaakte ons met zijn guitenstreken.
In het jaar 1882 trad ik in dienst bij de Gemeente Amsterdam. Ik vond Piet Springer toen op het teekenbureau en bemerkte, dat hij, ofschoon niet zoo geniaal aangelegd als zijn broeder Jan, toch tot de beste krachten behoorde. Stil en bedaard ging hij zijn weg, door zijn collega’s geacht.
Ter gelegenheid der Koloniale Tentoonstelling van 1883 richtte de Gemeente Amsterdam een eigen paviljoen op, waarin zij, onder meer, teekeningen harer uitgevoerde openbare werken ter bezichtiging gaf. Verscheidenen dier teekeningen waren door Piet Springer vervaardigd. Daar de gewone dienst moest doorgaan, gebruikte hij zijn vrijen tijd voor dit werk. Menige nacht moest er aan worden besteed; in een daarvan geschiedde het, dat een aardbeving plaats vond, welke Piet, die op zijn teekentafel was gaan zitten, om het groote vel gemakkelijker te kunnen bewerken, omlaag deed tuimelen.
Architectura vierde in 1884 het feest, dat door hoeveel andere ook gevolgd, toch onovertroffen is gebleven. Aan de voorbereiding van het decoratieve gedeelte nam Piet Springer een ijverig aandeel. Nog zie ik hem zitten op de reusachtige paarden van Staff, die met vereende krachten in het holst van den nacht overeind werden gezet.
Het plaatwerk „de Bouwmeester” bevat verscheidene bekroonde ontwerpen van den overledene, omstreeks dezen tijd vervaardigd.
Nadat ik in 1891 tot architect der gemeente Amsterdam was benoemd heeft Piet Springer mij geholpen bij het teekenen van de werken, die toen werden ondernomen. Met den sedert reeds overleden Kluwer was Piet Springer geplaatst op het teekenbureau voor het Gemeente-Museum. Bij het détailleeren heeft hij daar voortreffelijke diensten bewezen.
Al heeft sedert de richting, waarin de dienst der Publieke Werken van Amsterdam zich bewoog, Piet Springer niet veel gelegenheid gegeven, zijn artistieke talenten te doen blijken, hij bleef toch nuttig werkzaam en behoorde tot de beste krachten, aan het bureau verbonden.
Het is diep treurig, dat iemand, van wien nog zooveel verwacht mocht worden, reeds op negen-en-dertig jarigen leeftijd uit den kring der zijnen werd weggerukt. Vooral deerniswaardig is de grijze Willem Springer, die door het verlies van zijn jongsten zoon zoo zwaar wordt getroffen.
A. W. WEISSMAN
.


Bernard Wilhelm van der Heide
Bernard Wilhelm van der Heide,
geb. circa 1835.

tr.
met

Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelia*1868     


Anna Dorothea Elisabeth Jäncke
Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. circa 1835.

tr.
met

Bernard Wilhelm van der Heide,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelia*1868     


Geertruida Springer
Geertruida Springer,
geb. te Brielle [zh] op 24 mei 1857,
RK,
ovl. te Rosmalen [nb] op 7 apr 1916.


Anna Susanna Springer
Anna Susanna (Suze) Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 30 sep 1858,
RK,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 18 dec 1937.

tr.
met

Leopoldus Josephus Herman, zn. van Josephus Leopoldus Herman (beeldhouwer) en Ida van Coillie,
geb. te Saint-Josse-ten-Noode [vb, België] in 1863,
bouwkundige,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 1 feb 1937.

Opmerkingen Leopoldus Josephus Herman.
Sint-Joost-ten-Node (Frans: Saint-Josse-ten-Noode) of kortweg Sint-Joost is een plaats en gemeente in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ingesloten tussen Brussel-stad en Schaarbeek.


Joannes Ludovicus Springer
Joannes Ludovicus (Jan) Springer,
geb. te Groningen [gr] op 27 jan 1850,
RK,
architect,
ovl. te Den Haag [zh] op 28 mei 1915,
begr. te Den Haag [zh] Begraafplaats 'Oud Eik en Duinen' op 1 jun 1915.

Opmerkingen Joannes Ludovicus (Jan) Springer.
afb1.jpg/GDPim$].
Bron: WikipediA.
Johannes Ludovicus (Jan) Springer (Groningen, 27 januari 1850 – Den Haag, 28 mei 1915) was een Nederlands architect. Hij speelde een belangrijke rol in de totstandkoming van het architectuurgenootschap Architectura et Amicitia en was van 1906 tot zijn dood directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
Levensloop.
Springer was zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer. Hij maakte al op jonge leeftijd naam als architect. In 1869 werd hij lid van de Amsterdamse architectuurvereniging Architectura et Amicitia, niet lang daarna, in 1871, werd hij secretaris en in 1876 voorzitter. Tijdens zijn zestien jaar lange voorzitterschap vormde hij A et A om van een vriendschappelijk onderonsje van met name Amsterdamse architecten tot een landelijke organisatie met een merkbare invloed op de ontwikkeling van de architectuur. De belangrijkste gebeurtenis in dit proces was de reorganisatitie in 1882 waarin A et A werd omgevormd tot een genootschap. Het jaar daarop werd een al bestaand bouwkunde-tijdschrift, De Opmerker, het orgaan van A et A. Om het grote publiek kennis te laten nemen van de activiteiten van A et A organiseerde Springer talloze tentoonstellingen en voordrachten. Springer was hierdoor een vooraanstaande figuur in de Nederlandse bouwwereld.
Jan Springer. Alternatief Beursontwerp. 1888.
In 1888 kreeg hij opdracht van de Amsterdamse Kamer van Koophandel, bij hoofde van A.W. Krasnapolsky, een koopmansbeurs te ontwerpen (zie Beurs van Berlage). De ondernemers hadden namelijk grote bezwaren tegen het ontwerp van gemeentearchitect A.W. Weissman dat het jaar daarvoor door het college van B & W aan de raad was voorgedragen en wilden een einde maken aan de sinds 1882 slepende beurskwestie, temeer vanwege de gehate beursbelasting, die de handelaren vanaf dat jaar moesten betalen. De door Krasnapolsky voorgestelde beurs moest gefinancierd worden 'uit particuliere middelen en uit de opbrengst der entree's [..] en die der huren van winkels, kantoren, monsterzalen enz.'. Krasnapolsky's zeer serieuze request werd op 16 februari 1888 samen met het ontwerp van Springer naar de raad gestuurd.[1] De bezwaren van de KvK tegen het gemeenteplan werden echter op 22 februari door het college weerlegd,[2] maar de raad dwong het college niet lang daarna nog eens goed naar dit plan te kijken.[3].
Omstreeks 1890 veranderde zijn positie binnen A et A echter. Er stond een nieuwe generatie architecten op, die onder invloed van P.J.H. Cuypers probeerde nieuwe kunstbegrippen te propageren. Springer voelde dit aan en trad in 1892 af als voorzitter. Ook het vak van architect schonk hem steeds minder voldoening. Hoe begaafd hij ook was als ontwerper, hij had een totaal gebrek aan talent voor zaken doen en was daarom niet in staat zichzelf als zelfstandig architect te vestigen, laat staan leiding te geven aan een architectenbureau. Hij verhuisde naar Den Haag, waar hij van 1906 tot aan zijn dood directeur was van de tekenacademie. Desondanks heeft hij in Amsterdam een aantal indrukwekkende gebouwen achtergelaten. Ook ontwierp hij verschillende feestdecoraties, zoals die van het genootschapsfeest in 1884 in Maison Stroucken, de monumentale Damversiering ter gelegenheid van de 70e verjaardag van koning Willem III en de Fancy fair in 1887 in het Paleis voor Volksvlijt. Op 1 juni 1915 werd hij in het bijzijn van o.a. A et A-voorzitter Paul de Jongh en zijn oud-vrienden Henri Evers, J.A. van Voorthuysen, K. Sluyterman, Jonas Ingenohl en E. Stark begraven op kerkhof Oud Eik en Duinen in Den Haag.
Enkele werken:.
Kweekschool voor de Zeevaart, Prins Hendrikkade, Amsterdam.
Huis Nierop, Amsterdam.
Stadsschouwburg, Amsterdam.
Noten:.
1. H.G. Jansen en A. Reyding (18 februari 1888) 'Bij de platen', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 7, pp. 49-50. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
2. Anoniem (25 februari 1888) 'Uit den Amsterdamschen gemeenteraad', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 8, pp. 59-61. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
3. H. G. J. (3 maart 1888) 'De beurs', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 9, p. 70. Zie scan TU Delft
.

tr. te Haarlem [nh] op 21 nov 1895 (akte nr. 397)
met

Johanna Jacoba Stoel, dr. van Abraham Jacobus Stoel en Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. te Haarlem [nh] op 20 okt 1860,
ovl. te Bloemendaal [nh] op 1 feb 1924,
begr. te Den Haag [zh] begraafplaats 'Eik en Duinen' op 5 feb 1924.

Opmerkingen Johanna Jacoba Stoel.
fadv1.jpg/GDPim$].

Dossier:


Maria Elisabeth Springer
Maria Elisabeth Springer,
geb. te Groningen [gr] op 30 jan 1852,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] op 18 sep 1888.


Dossier:


Jacobus Bernardus Springer
Jacobus Bernardus Springer,
geb. te Brielle [zh] op 1 aug 1854,
RK,
hoofopzichter, architect 1eklasse bij de gemeentewerken te Amsterdam,
ovl. te Laren (Nh) [nh] op 3 feb 1922,
begr. te Laren (Nh) [nh] Algemene Begraafplaats op 6 feb 1922.

Opmerkingen Jacobus Bernardus Springer.
fadv1.jpg/GDPim$]penskrt.JPG/GDPim$].


Dossier:


Johanna Jacoba Stoel
Johanna Jacoba Stoel,
geb. te Haarlem [nh] op 20 okt 1860,
ovl. te Bloemendaal [nh] op 1 feb 1924,
begr. te Den Haag [zh] begraafplaats 'Eik en Duinen' op 5 feb 1924.

Opmerkingen Johanna Jacoba Stoel.
fadv1.jpg/GDPim$].

tr. te Haarlem [nh] op 21 nov 1895 (akte nr. 397)
met

Joannes Ludovicus (Jan) Springer, zn. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Groningen [gr] op 27 jan 1850,
RK,
architect,
ovl. te Den Haag [zh] op 28 mei 1915,
begr. te Den Haag [zh] Begraafplaats 'Oud Eik en Duinen' op 1 jun 1915.

Opmerkingen Joannes Ludovicus (Jan) Springer.
afb1.jpg/GDPim$].
Bron: WikipediA.
Johannes Ludovicus (Jan) Springer (Groningen, 27 januari 1850 – Den Haag, 28 mei 1915) was een Nederlands architect. Hij speelde een belangrijke rol in de totstandkoming van het architectuurgenootschap Architectura et Amicitia en was van 1906 tot zijn dood directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
Levensloop.
Springer was zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer. Hij maakte al op jonge leeftijd naam als architect. In 1869 werd hij lid van de Amsterdamse architectuurvereniging Architectura et Amicitia, niet lang daarna, in 1871, werd hij secretaris en in 1876 voorzitter. Tijdens zijn zestien jaar lange voorzitterschap vormde hij A et A om van een vriendschappelijk onderonsje van met name Amsterdamse architecten tot een landelijke organisatie met een merkbare invloed op de ontwikkeling van de architectuur. De belangrijkste gebeurtenis in dit proces was de reorganisatitie in 1882 waarin A et A werd omgevormd tot een genootschap. Het jaar daarop werd een al bestaand bouwkunde-tijdschrift, De Opmerker, het orgaan van A et A. Om het grote publiek kennis te laten nemen van de activiteiten van A et A organiseerde Springer talloze tentoonstellingen en voordrachten. Springer was hierdoor een vooraanstaande figuur in de Nederlandse bouwwereld.
Jan Springer. Alternatief Beursontwerp. 1888.
In 1888 kreeg hij opdracht van de Amsterdamse Kamer van Koophandel, bij hoofde van A.W. Krasnapolsky, een koopmansbeurs te ontwerpen (zie Beurs van Berlage). De ondernemers hadden namelijk grote bezwaren tegen het ontwerp van gemeentearchitect A.W. Weissman dat het jaar daarvoor door het college van B & W aan de raad was voorgedragen en wilden een einde maken aan de sinds 1882 slepende beurskwestie, temeer vanwege de gehate beursbelasting, die de handelaren vanaf dat jaar moesten betalen. De door Krasnapolsky voorgestelde beurs moest gefinancierd worden 'uit particuliere middelen en uit de opbrengst der entree's [..] en die der huren van winkels, kantoren, monsterzalen enz.'. Krasnapolsky's zeer serieuze request werd op 16 februari 1888 samen met het ontwerp van Springer naar de raad gestuurd.[1] De bezwaren van de KvK tegen het gemeenteplan werden echter op 22 februari door het college weerlegd,[2] maar de raad dwong het college niet lang daarna nog eens goed naar dit plan te kijken.[3].
Omstreeks 1890 veranderde zijn positie binnen A et A echter. Er stond een nieuwe generatie architecten op, die onder invloed van P.J.H. Cuypers probeerde nieuwe kunstbegrippen te propageren. Springer voelde dit aan en trad in 1892 af als voorzitter. Ook het vak van architect schonk hem steeds minder voldoening. Hoe begaafd hij ook was als ontwerper, hij had een totaal gebrek aan talent voor zaken doen en was daarom niet in staat zichzelf als zelfstandig architect te vestigen, laat staan leiding te geven aan een architectenbureau. Hij verhuisde naar Den Haag, waar hij van 1906 tot aan zijn dood directeur was van de tekenacademie. Desondanks heeft hij in Amsterdam een aantal indrukwekkende gebouwen achtergelaten. Ook ontwierp hij verschillende feestdecoraties, zoals die van het genootschapsfeest in 1884 in Maison Stroucken, de monumentale Damversiering ter gelegenheid van de 70e verjaardag van koning Willem III en de Fancy fair in 1887 in het Paleis voor Volksvlijt. Op 1 juni 1915 werd hij in het bijzijn van o.a. A et A-voorzitter Paul de Jongh en zijn oud-vrienden Henri Evers, J.A. van Voorthuysen, K. Sluyterman, Jonas Ingenohl en E. Stark begraven op kerkhof Oud Eik en Duinen in Den Haag.
Enkele werken:.
Kweekschool voor de Zeevaart, Prins Hendrikkade, Amsterdam.
Huis Nierop, Amsterdam.
Stadsschouwburg, Amsterdam.
Noten:.
1. H.G. Jansen en A. Reyding (18 februari 1888) 'Bij de platen', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 7, pp. 49-50. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
2. Anoniem (25 februari 1888) 'Uit den Amsterdamschen gemeenteraad', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 8, pp. 59-61. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
3. H. G. J. (3 maart 1888) 'De beurs', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 9, p. 70. Zie scan TU Delft
.

Dossier:


Abraham Jacobus Stoel
Abraham Jacobus Stoel,
geb. circa 1835.

tr.
met

Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johanna*1860  †1924  63


Johanna Jacoba Van Beusekom
Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. circa 1835.

tr.
met

Abraham Jacobus Stoel,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johanna*1860  †1924  63


Leopoldus Josephus Herman
Leopoldus Josephus Herman,
geb. te Saint-Josse-ten-Noode [vb, België] in 1863,
bouwkundige,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 1 feb 1937.

Opmerkingen Leopoldus Josephus Herman.
Sint-Joost-ten-Node (Frans: Saint-Josse-ten-Noode) of kortweg Sint-Joost is een plaats en gemeente in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ingesloten tussen Brussel-stad en Schaarbeek.

tr.
met

Anna Susanna (Suze) Springer, dr. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 30 sep 1858,
RK,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 18 dec 1937.


Josephus Leopoldus Herman
Josephus Leopoldus Herman,
geb. circa 1830,
beeldhouwer.

tr.
met

Ida van Coillie,
geb. circa 1830.

Uit dit huwelijk één zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Leopoldus*1863  1937  74


Ida van Coillie
Ida van Coillie,
geb. circa 1830.

tr.
met

Josephus Leopoldus Herman,
geb. circa 1830,
beeldhouwer.

Uit dit huwelijk één zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Leopoldus*1863  1937  74

')} Genealogie van Theunis ten Cate uit Almelo


Anna Maria Margaretha Springer
in
Parenteel van Theunis ten Cate.

Anna Maria Margaretha Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 1 feb 1892,
DG.


Willem Springer
Willem Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 8 mei 1815,
EL,
opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken Oud-Asst. Gemeente-Architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 7 mrt 1907,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag', grafnr. 2-G-36 op 9 mrt 1907.

Opmerkingen Willem Springer.
afb1.jpg/GDPim$]afb2.jpg/GDPim$].
Bron: Kamper Almanak 1968.
De familie  Springer en haar relatie tot Kampen.
Dr. J.H. A. Ringeling.
Par. 2. (vervolg).
Willem Springer (1815-1907), architect. 20).
Het lijdt geen twijfel, of ook Willem Springer heeft van thuis een gedegen timmermansopleiding meegekregen. In deze hoedanigheid vermeldt  het Algemeen Adresboek 1845-1846 hem dan ook op pagina 244 in het ouderlijk  huis op de Leidsegracht.
Hij is dan reeds als opzichter werkzaam geweest bij de bouw der pakhuizen voor de Rijnvaart  (1838) en bij de bouw van de Beurs van Zocher (1841). Nadien keert hij zijn geboortestad de rug toe en dient de Waterstaat gedurende een reeks van jaren.
op verschillende plaatsen in den lande. Toch is het uiteindelijk Amsterdam, waar Willem Springer wezenlijk carriere maakt. Op 1 april 1858 vindt namelijk aldaar zijn benoeming plaats tot assistent-architect bij de Gemeentewerken en wordt hij uit dien hoofde. de rechterhand  van de Stadsarchitect Bastiaan de Greef 21).
De cooperatie de Greef-Springer, die in de periode 1822-1826  zo'n belangrijke rol speelde bij de herbouw van de Ronde Lutherse Kerk, herhaalt zich thans in de volgende generatie over een tijdvak van liefst ruim 32 jaar. Dat zich overigens in hun beider samenwerking de nodige spanningen hebben voorgedaan, leert ons het artikel "Herinneringen van A. W. Weissman", opgenomen in het 42ste Jaarboek  van bet Genootschap Amstelodamum  (1948), pagina's  87 tot 146. Het feit, dat Bastiaan de Greef in leeftijd enkele jaren jonger was, heeft tot gevolg gehad, dat Willem Springer de rang van Stadsarchitect zelf nimmer heeft kunnen bereiken. Hoezeer echter zijn verdiensten algemeen erkend werden moge blijken uit de voetnoot, welke wij aantreffen op pagina 28 van de Naamwijzer en Adresboek der Leden van het Stedelijk Bestuur 1890-1891:  "Op verzoek door B. en W. op de meest eervolle wijze ontslagen met ingang van den dag, waarop de nieuwe te benoemen Stadsarchitect zijn werkzaamheden zal aanvaarden, met welken datum de Heer W. Springer door den Gemeenteraad is benoemd  tot Gemeente-adviseur in Bouwzaken".  Een  eervoller testimonium voor de inmiddels 75-jarige Springer is bezwaarlijk denkbaar! Van  Willem Springer's werkstukken bestaat een uitgebreide documentatie. Zo verwierf het Amsterdamse  Gemeente-Archief voor enkele jaren vier gebonden delen bouwtekeningen 22), terwijl onder de aanwinsten van het Rijksprentenkabinet in 1966 sub 63, 64 en 65 eveneens tekeningen van Willem Springer vermeld worden. Uiteraard  bestaat Springer's werk voor een groot deel uit scholen, bruggen en andere gemeentewerken, waaronder ik met name  de Kweekschool voor de Zeevaart  (1878)  zou willen noemen. Hoe eervol zijn loopbaan ook overigens geweest moge zijn, zou Springer's creativiteit wellicht nog tot vollere ontplooiing zijn gekomen, indien het ambtelijk keurslijf hem in zijn bewegingsvrijheid minder had beperkt.  Op publicistisch gebied zijn van zijn hand artikelen verschenen in de jaargangen 1862, 1872 en 1876 van de Bouwkundige bijdragen van de Maatschappij tot bevordering der bouwkunst. Op 4 januari 1849 trad Willem Springer te Amsterdam in het huwelijk met een Rooms-Katholiek meisje Maria Anna Bijlager (1824-1913), dochter van Joannes Ludovicus, schuitenvoerder en van Hermina van der Heide. Ook in deze tak vervaagt dus de Lutheraanse traditie. Ambtshalve woonde het gezin na de terugkeer in Amsterdam in de Stadstimmertuin 23). Van hun acht kinderen heeft vooral de oudste zoon Johannes Ludovicus (Jan) Springer (1850-1915) als architect grote bekendheid verworven 24). Hij was onder meer de bouwmeester van de Amsterdamse Stadsschouwburg 1892-1894 en bekleedde van 1906 tot aan zijn dood het directoraat van de Haagse Academie.
Bronnen en aantekeningen:.
20) Zie voor hem: Nieuw Nederlandsch BiografischWoordenboek deel 7, pagina 1169 en Thieme-Beeker,deel 31 (1937), pagina 411.
21) Bastiaan de Greef (1818-1899),architect. Zoon van Jan de Greef. Stadsarchitect van Amsterdam van 28 maart 1856 tot 19 juni 1890.
22) Zie jaarverslag 1966 van de Gemeentelijke Archiefdienst pagina 27 sub B 2.
***.
fadv1.jpg/GDPim$]fadv2.jpg%50/GDPim$].
Huis te Vraag is een "gesloten" begraafplaats, aan de Rijnsburgstraat 51 (voorheen Sloterweg), te Amsterdam.
***.
begrplts_huistevraag.JPG/GDPim$]
.

tr. te Amsterdam [nh] op 4 jan 1849 (Reg.1 fol. 8v)
met

Maria Anna Bijlager, dr. van Joannes Ludovicus Bijlager (schuitenvoerder) en Hermina van der Heide,
geb. te Amsterdam [nh] op 23 feb 1824,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] in het Maria Paviljoen op 17 feb 1913,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 19 feb 1913.

Opmerkingen Maria Anna Bijlager.
fadv1.jpg/GDPim$].

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jan*1850 Amsterdam [nh] †1915 Amsterdam [nh] 65
Maria*1852 Amsterdam [nh] †1888 Amsterdam [nh] 36
Jacobus*1854 Amsterdam [nh] †1922 Amsterdam [nh] 67
Wilhelmina*1855 Amsterdam [nh] †1873 Amsterdam [nh] 17
Geertruida*1857 Amsterdam [nh] †1916 Amsterdam [nh] 58
Suze*1858 Amsterdam [nh] 1937 Amsterdam [nh] 79
Piet*1863 Amsterdam [nh] †1902 Amsterdam [nh] 39


Dossier:


Maria Anna Bijlager
Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 23 feb 1824,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] in het Maria Paviljoen op 17 feb 1913,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 19 feb 1913.

Opmerkingen Maria Anna Bijlager.
fadv1.jpg/GDPim$].

tr. te Amsterdam [nh] op 4 jan 1849 (Reg.1 fol. 8v)
met

Willem Springer, zn. van Willem Springer (timmerman, houtkoper (1817), aannemer van publieke bouwkundige werken) en Maria Elisabeth Doetzen,
geb. te Amsterdam [nh] op 8 mei 1815,
EL,
opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken Oud-Asst. Gemeente-Architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 7 mrt 1907,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag', grafnr. 2-G-36 op 9 mrt 1907.

Opmerkingen Willem Springer.
afb1.jpg/GDPim$]afb2.jpg/GDPim$].
Bron: Kamper Almanak 1968.
De familie  Springer en haar relatie tot Kampen.
Dr. J.H. A. Ringeling.
Par. 2. (vervolg).
Willem Springer (1815-1907), architect. 20).
Het lijdt geen twijfel, of ook Willem Springer heeft van thuis een gedegen timmermansopleiding meegekregen. In deze hoedanigheid vermeldt  het Algemeen Adresboek 1845-1846 hem dan ook op pagina 244 in het ouderlijk  huis op de Leidsegracht.
Hij is dan reeds als opzichter werkzaam geweest bij de bouw der pakhuizen voor de Rijnvaart  (1838) en bij de bouw van de Beurs van Zocher (1841). Nadien keert hij zijn geboortestad de rug toe en dient de Waterstaat gedurende een reeks van jaren.
op verschillende plaatsen in den lande. Toch is het uiteindelijk Amsterdam, waar Willem Springer wezenlijk carriere maakt. Op 1 april 1858 vindt namelijk aldaar zijn benoeming plaats tot assistent-architect bij de Gemeentewerken en wordt hij uit dien hoofde. de rechterhand  van de Stadsarchitect Bastiaan de Greef 21).
De cooperatie de Greef-Springer, die in de periode 1822-1826  zo'n belangrijke rol speelde bij de herbouw van de Ronde Lutherse Kerk, herhaalt zich thans in de volgende generatie over een tijdvak van liefst ruim 32 jaar. Dat zich overigens in hun beider samenwerking de nodige spanningen hebben voorgedaan, leert ons het artikel "Herinneringen van A. W. Weissman", opgenomen in het 42ste Jaarboek  van bet Genootschap Amstelodamum  (1948), pagina's  87 tot 146. Het feit, dat Bastiaan de Greef in leeftijd enkele jaren jonger was, heeft tot gevolg gehad, dat Willem Springer de rang van Stadsarchitect zelf nimmer heeft kunnen bereiken. Hoezeer echter zijn verdiensten algemeen erkend werden moge blijken uit de voetnoot, welke wij aantreffen op pagina 28 van de Naamwijzer en Adresboek der Leden van het Stedelijk Bestuur 1890-1891:  "Op verzoek door B. en W. op de meest eervolle wijze ontslagen met ingang van den dag, waarop de nieuwe te benoemen Stadsarchitect zijn werkzaamheden zal aanvaarden, met welken datum de Heer W. Springer door den Gemeenteraad is benoemd  tot Gemeente-adviseur in Bouwzaken".  Een  eervoller testimonium voor de inmiddels 75-jarige Springer is bezwaarlijk denkbaar! Van  Willem Springer's werkstukken bestaat een uitgebreide documentatie. Zo verwierf het Amsterdamse  Gemeente-Archief voor enkele jaren vier gebonden delen bouwtekeningen 22), terwijl onder de aanwinsten van het Rijksprentenkabinet in 1966 sub 63, 64 en 65 eveneens tekeningen van Willem Springer vermeld worden. Uiteraard  bestaat Springer's werk voor een groot deel uit scholen, bruggen en andere gemeentewerken, waaronder ik met name  de Kweekschool voor de Zeevaart  (1878)  zou willen noemen. Hoe eervol zijn loopbaan ook overigens geweest moge zijn, zou Springer's creativiteit wellicht nog tot vollere ontplooiing zijn gekomen, indien het ambtelijk keurslijf hem in zijn bewegingsvrijheid minder had beperkt.  Op publicistisch gebied zijn van zijn hand artikelen verschenen in de jaargangen 1862, 1872 en 1876 van de Bouwkundige bijdragen van de Maatschappij tot bevordering der bouwkunst. Op 4 januari 1849 trad Willem Springer te Amsterdam in het huwelijk met een Rooms-Katholiek meisje Maria Anna Bijlager (1824-1913), dochter van Joannes Ludovicus, schuitenvoerder en van Hermina van der Heide. Ook in deze tak vervaagt dus de Lutheraanse traditie. Ambtshalve woonde het gezin na de terugkeer in Amsterdam in de Stadstimmertuin 23). Van hun acht kinderen heeft vooral de oudste zoon Johannes Ludovicus (Jan) Springer (1850-1915) als architect grote bekendheid verworven 24). Hij was onder meer de bouwmeester van de Amsterdamse Stadsschouwburg 1892-1894 en bekleedde van 1906 tot aan zijn dood het directoraat van de Haagse Academie.
Bronnen en aantekeningen:.
20) Zie voor hem: Nieuw Nederlandsch BiografischWoordenboek deel 7, pagina 1169 en Thieme-Beeker,deel 31 (1937), pagina 411.
21) Bastiaan de Greef (1818-1899),architect. Zoon van Jan de Greef. Stadsarchitect van Amsterdam van 28 maart 1856 tot 19 juni 1890.
22) Zie jaarverslag 1966 van de Gemeentelijke Archiefdienst pagina 27 sub B 2.
***.
fadv1.jpg/GDPim$]fadv2.jpg%50/GDPim$].
Huis te Vraag is een "gesloten" begraafplaats, aan de Rijnsburgstraat 51 (voorheen Sloterweg), te Amsterdam.
***.
begrplts_huistevraag.JPG/GDPim$]
.

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jan*1850 Amsterdam [nh] †1915 Amsterdam [nh] 65
Maria*1852 Amsterdam [nh] †1888 Amsterdam [nh] 36
Jacobus*1854 Amsterdam [nh] †1922 Amsterdam [nh] 67
Wilhelmina*1855 Amsterdam [nh] †1873 Amsterdam [nh] 17
Geertruida*1857 Amsterdam [nh] †1916 Amsterdam [nh] 58
Suze*1858 Amsterdam [nh] 1937 Amsterdam [nh] 79
Piet*1863 Amsterdam [nh] †1902 Amsterdam [nh] 39


Dossier:


Joannes Ludovicus Bijlager
Joannes Ludovicus Bijlager,
geb. circa 1790,
schuitenvoerder.

tr.
met

Hermina van der Heide,
geb. circa 1795.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maria*1824  †1913  88


Hermina van der Heide
Hermina van der Heide,
geb. circa 1795.

tr.
met

Joannes Ludovicus Bijlager,
geb. circa 1790,
schuitenvoerder.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maria*1824  †1913  88


Johannes Petrus Springer
Johannes Petrus (Piet) Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 10 jun 1863,
RK,
architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 13 jun 1902,
begr. te Amsterdam [nh] Begraafplaats 'Huis Te Vraag', Rijnsburgstraat 51, grafnr. 2-C-18 op 16 jun 1902.

Opmerkingen Johannes Petrus (Piet) Springer.
Bron: WikipediA.
Piet Springer.
Johannes Petrus Springer , 1862/1863 – aldaar, juni 1902) was een Nederlands architect en medewerker van de Dienst Publieke Werken in Amsterdam. Hij was de jongste zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer, en zijn vrouw Maria Anna Bijlager. Net als zijn vader werkte hij als tekenaar op het bureau van Publieke Werken van de gemeente Amsterdam. In 1883 nam hij deel aan de Wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam en in 1884 droeg hij bij aan de voorbereidingen van het jubileumfeest van architectuurgenootschap Architectura et Amicitia. Ook won Springer omstreeks deze tijd een aantal architectuurprijsvragen. Springer bleef tot zijn dood werkzaam bij Publieke Werken. Op 1 augustus 1895 trouwde hij in Nieuwer-Amstel met Cornelia Aleida van der Heide. Hij overleed op 39-jarige leeftijd door een val van de trap. Nederlands architect.
***.
Bron: Wikisource.
Auteur: A.W. Weissman.
Datum: Zaterdag 21 juni 1902.
Titel: ‘Johannes Petrus Springer. †’.
Tijdschrift: De Opmerker.
Jg, nr, pg.: 37, 25, 200.
Genre: Proza.
Brontaal: Nederlands.
Bron: libserv.tudelft.nl.
Auteursrecht: Publiek domein.
JOHANNES PETRUS SPRINGER. †.
Het plotseling overlijden van Piet Springer, de jongste telg van het bekende Amsterdamsche geslacht van bouwmeesters zal in vele kringen met diep leedwezen vernomen zijn. De hoogbejaarde ouders verliezen in hem hun jongsten zoon, de beklagenswaardige weduwe een braaf en oppassend echtgenoot.
Mijne eerste herinneringen aan den overledene dagteekenen van 1875. Ik was destijds, met den helaas ook reeds gestorven Herman Goseling bij den Assistent-Stads-Architect Willem Springer in de leer. Piet was toen twaalf jaar omtrent oud, en vermaakte ons met zijn guitenstreken.
In het jaar 1882 trad ik in dienst bij de Gemeente Amsterdam. Ik vond Piet Springer toen op het teekenbureau en bemerkte, dat hij, ofschoon niet zoo geniaal aangelegd als zijn broeder Jan, toch tot de beste krachten behoorde. Stil en bedaard ging hij zijn weg, door zijn collega’s geacht.
Ter gelegenheid der Koloniale Tentoonstelling van 1883 richtte de Gemeente Amsterdam een eigen paviljoen op, waarin zij, onder meer, teekeningen harer uitgevoerde openbare werken ter bezichtiging gaf. Verscheidenen dier teekeningen waren door Piet Springer vervaardigd. Daar de gewone dienst moest doorgaan, gebruikte hij zijn vrijen tijd voor dit werk. Menige nacht moest er aan worden besteed; in een daarvan geschiedde het, dat een aardbeving plaats vond, welke Piet, die op zijn teekentafel was gaan zitten, om het groote vel gemakkelijker te kunnen bewerken, omlaag deed tuimelen.
Architectura vierde in 1884 het feest, dat door hoeveel andere ook gevolgd, toch onovertroffen is gebleven. Aan de voorbereiding van het decoratieve gedeelte nam Piet Springer een ijverig aandeel. Nog zie ik hem zitten op de reusachtige paarden van Staff, die met vereende krachten in het holst van den nacht overeind werden gezet.
Het plaatwerk „de Bouwmeester” bevat verscheidene bekroonde ontwerpen van den overledene, omstreeks dezen tijd vervaardigd.
Nadat ik in 1891 tot architect der gemeente Amsterdam was benoemd heeft Piet Springer mij geholpen bij het teekenen van de werken, die toen werden ondernomen. Met den sedert reeds overleden Kluwer was Piet Springer geplaatst op het teekenbureau voor het Gemeente-Museum. Bij het détailleeren heeft hij daar voortreffelijke diensten bewezen.
Al heeft sedert de richting, waarin de dienst der Publieke Werken van Amsterdam zich bewoog, Piet Springer niet veel gelegenheid gegeven, zijn artistieke talenten te doen blijken, hij bleef toch nuttig werkzaam en behoorde tot de beste krachten, aan het bureau verbonden.
Het is diep treurig, dat iemand, van wien nog zooveel verwacht mocht worden, reeds op negen-en-dertig jarigen leeftijd uit den kring der zijnen werd weggerukt. Vooral deerniswaardig is de grijze Willem Springer, die door het verlies van zijn jongsten zoon zoo zwaar wordt getroffen.
A. W. WEISSMAN
.

tr. te Nieuwer Amstel [nh] op 1 aug 1895 (akte nr. 155)
met

Cornelia Aleida van der Heide, dr. van Bernard Wilhelm van der Heide en Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. te Amsterdam [nh] in 1868.

Dossier:


Cornelia Aleida van der Heide
Cornelia Aleida van der Heide,
geb. te Amsterdam [nh] in 1868.

tr. te Nieuwer Amstel [nh] op 1 aug 1895 (akte nr. 155)
met

Johannes Petrus (Piet) Springer, zn. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 10 jun 1863,
RK,
architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 13 jun 1902,
begr. te Amsterdam [nh] Begraafplaats 'Huis Te Vraag', Rijnsburgstraat 51, grafnr. 2-C-18 op 16 jun 1902.

Opmerkingen Johannes Petrus (Piet) Springer.
Bron: WikipediA.
Piet Springer.
Johannes Petrus Springer , 1862/1863 – aldaar, juni 1902) was een Nederlands architect en medewerker van de Dienst Publieke Werken in Amsterdam. Hij was de jongste zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer, en zijn vrouw Maria Anna Bijlager. Net als zijn vader werkte hij als tekenaar op het bureau van Publieke Werken van de gemeente Amsterdam. In 1883 nam hij deel aan de Wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam en in 1884 droeg hij bij aan de voorbereidingen van het jubileumfeest van architectuurgenootschap Architectura et Amicitia. Ook won Springer omstreeks deze tijd een aantal architectuurprijsvragen. Springer bleef tot zijn dood werkzaam bij Publieke Werken. Op 1 augustus 1895 trouwde hij in Nieuwer-Amstel met Cornelia Aleida van der Heide. Hij overleed op 39-jarige leeftijd door een val van de trap. Nederlands architect.
***.
Bron: Wikisource.
Auteur: A.W. Weissman.
Datum: Zaterdag 21 juni 1902.
Titel: ‘Johannes Petrus Springer. †’.
Tijdschrift: De Opmerker.
Jg, nr, pg.: 37, 25, 200.
Genre: Proza.
Brontaal: Nederlands.
Bron: libserv.tudelft.nl.
Auteursrecht: Publiek domein.
JOHANNES PETRUS SPRINGER. †.
Het plotseling overlijden van Piet Springer, de jongste telg van het bekende Amsterdamsche geslacht van bouwmeesters zal in vele kringen met diep leedwezen vernomen zijn. De hoogbejaarde ouders verliezen in hem hun jongsten zoon, de beklagenswaardige weduwe een braaf en oppassend echtgenoot.
Mijne eerste herinneringen aan den overledene dagteekenen van 1875. Ik was destijds, met den helaas ook reeds gestorven Herman Goseling bij den Assistent-Stads-Architect Willem Springer in de leer. Piet was toen twaalf jaar omtrent oud, en vermaakte ons met zijn guitenstreken.
In het jaar 1882 trad ik in dienst bij de Gemeente Amsterdam. Ik vond Piet Springer toen op het teekenbureau en bemerkte, dat hij, ofschoon niet zoo geniaal aangelegd als zijn broeder Jan, toch tot de beste krachten behoorde. Stil en bedaard ging hij zijn weg, door zijn collega’s geacht.
Ter gelegenheid der Koloniale Tentoonstelling van 1883 richtte de Gemeente Amsterdam een eigen paviljoen op, waarin zij, onder meer, teekeningen harer uitgevoerde openbare werken ter bezichtiging gaf. Verscheidenen dier teekeningen waren door Piet Springer vervaardigd. Daar de gewone dienst moest doorgaan, gebruikte hij zijn vrijen tijd voor dit werk. Menige nacht moest er aan worden besteed; in een daarvan geschiedde het, dat een aardbeving plaats vond, welke Piet, die op zijn teekentafel was gaan zitten, om het groote vel gemakkelijker te kunnen bewerken, omlaag deed tuimelen.
Architectura vierde in 1884 het feest, dat door hoeveel andere ook gevolgd, toch onovertroffen is gebleven. Aan de voorbereiding van het decoratieve gedeelte nam Piet Springer een ijverig aandeel. Nog zie ik hem zitten op de reusachtige paarden van Staff, die met vereende krachten in het holst van den nacht overeind werden gezet.
Het plaatwerk „de Bouwmeester” bevat verscheidene bekroonde ontwerpen van den overledene, omstreeks dezen tijd vervaardigd.
Nadat ik in 1891 tot architect der gemeente Amsterdam was benoemd heeft Piet Springer mij geholpen bij het teekenen van de werken, die toen werden ondernomen. Met den sedert reeds overleden Kluwer was Piet Springer geplaatst op het teekenbureau voor het Gemeente-Museum. Bij het détailleeren heeft hij daar voortreffelijke diensten bewezen.
Al heeft sedert de richting, waarin de dienst der Publieke Werken van Amsterdam zich bewoog, Piet Springer niet veel gelegenheid gegeven, zijn artistieke talenten te doen blijken, hij bleef toch nuttig werkzaam en behoorde tot de beste krachten, aan het bureau verbonden.
Het is diep treurig, dat iemand, van wien nog zooveel verwacht mocht worden, reeds op negen-en-dertig jarigen leeftijd uit den kring der zijnen werd weggerukt. Vooral deerniswaardig is de grijze Willem Springer, die door het verlies van zijn jongsten zoon zoo zwaar wordt getroffen.
A. W. WEISSMAN
.


Bernard Wilhelm van der Heide
Bernard Wilhelm van der Heide,
geb. circa 1835.

tr.
met

Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelia*1868     


Anna Dorothea Elisabeth Jäncke
Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. circa 1835.

tr.
met

Bernard Wilhelm van der Heide,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelia*1868     


Geertruida Springer
Geertruida Springer,
geb. te Brielle [zh] op 24 mei 1857,
RK,
ovl. te Rosmalen [nb] op 7 apr 1916.


Anna Susanna Springer
Anna Susanna (Suze) Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 30 sep 1858,
RK,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 18 dec 1937.

tr.
met

Leopoldus Josephus Herman, zn. van Josephus Leopoldus Herman (beeldhouwer) en Ida van Coillie,
geb. te Saint-Josse-ten-Noode [vb, België] in 1863,
bouwkundige,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 1 feb 1937.

Opmerkingen Leopoldus Josephus Herman.
Sint-Joost-ten-Node (Frans: Saint-Josse-ten-Noode) of kortweg Sint-Joost is een plaats en gemeente in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ingesloten tussen Brussel-stad en Schaarbeek.


Joannes Ludovicus Springer
Joannes Ludovicus (Jan) Springer,
geb. te Groningen [gr] op 27 jan 1850,
RK,
architect,
ovl. te Den Haag [zh] op 28 mei 1915,
begr. te Den Haag [zh] Begraafplaats 'Oud Eik en Duinen' op 1 jun 1915.

Opmerkingen Joannes Ludovicus (Jan) Springer.
afb1.jpg/GDPim$].
Bron: WikipediA.
Johannes Ludovicus (Jan) Springer (Groningen, 27 januari 1850 – Den Haag, 28 mei 1915) was een Nederlands architect. Hij speelde een belangrijke rol in de totstandkoming van het architectuurgenootschap Architectura et Amicitia en was van 1906 tot zijn dood directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
Levensloop.
Springer was zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer. Hij maakte al op jonge leeftijd naam als architect. In 1869 werd hij lid van de Amsterdamse architectuurvereniging Architectura et Amicitia, niet lang daarna, in 1871, werd hij secretaris en in 1876 voorzitter. Tijdens zijn zestien jaar lange voorzitterschap vormde hij A et A om van een vriendschappelijk onderonsje van met name Amsterdamse architecten tot een landelijke organisatie met een merkbare invloed op de ontwikkeling van de architectuur. De belangrijkste gebeurtenis in dit proces was de reorganisatitie in 1882 waarin A et A werd omgevormd tot een genootschap. Het jaar daarop werd een al bestaand bouwkunde-tijdschrift, De Opmerker, het orgaan van A et A. Om het grote publiek kennis te laten nemen van de activiteiten van A et A organiseerde Springer talloze tentoonstellingen en voordrachten. Springer was hierdoor een vooraanstaande figuur in de Nederlandse bouwwereld.
Jan Springer. Alternatief Beursontwerp. 1888.
In 1888 kreeg hij opdracht van de Amsterdamse Kamer van Koophandel, bij hoofde van A.W. Krasnapolsky, een koopmansbeurs te ontwerpen (zie Beurs van Berlage). De ondernemers hadden namelijk grote bezwaren tegen het ontwerp van gemeentearchitect A.W. Weissman dat het jaar daarvoor door het college van B & W aan de raad was voorgedragen en wilden een einde maken aan de sinds 1882 slepende beurskwestie, temeer vanwege de gehate beursbelasting, die de handelaren vanaf dat jaar moesten betalen. De door Krasnapolsky voorgestelde beurs moest gefinancierd worden 'uit particuliere middelen en uit de opbrengst der entree's [..] en die der huren van winkels, kantoren, monsterzalen enz.'. Krasnapolsky's zeer serieuze request werd op 16 februari 1888 samen met het ontwerp van Springer naar de raad gestuurd.[1] De bezwaren van de KvK tegen het gemeenteplan werden echter op 22 februari door het college weerlegd,[2] maar de raad dwong het college niet lang daarna nog eens goed naar dit plan te kijken.[3].
Omstreeks 1890 veranderde zijn positie binnen A et A echter. Er stond een nieuwe generatie architecten op, die onder invloed van P.J.H. Cuypers probeerde nieuwe kunstbegrippen te propageren. Springer voelde dit aan en trad in 1892 af als voorzitter. Ook het vak van architect schonk hem steeds minder voldoening. Hoe begaafd hij ook was als ontwerper, hij had een totaal gebrek aan talent voor zaken doen en was daarom niet in staat zichzelf als zelfstandig architect te vestigen, laat staan leiding te geven aan een architectenbureau. Hij verhuisde naar Den Haag, waar hij van 1906 tot aan zijn dood directeur was van de tekenacademie. Desondanks heeft hij in Amsterdam een aantal indrukwekkende gebouwen achtergelaten. Ook ontwierp hij verschillende feestdecoraties, zoals die van het genootschapsfeest in 1884 in Maison Stroucken, de monumentale Damversiering ter gelegenheid van de 70e verjaardag van koning Willem III en de Fancy fair in 1887 in het Paleis voor Volksvlijt. Op 1 juni 1915 werd hij in het bijzijn van o.a. A et A-voorzitter Paul de Jongh en zijn oud-vrienden Henri Evers, J.A. van Voorthuysen, K. Sluyterman, Jonas Ingenohl en E. Stark begraven op kerkhof Oud Eik en Duinen in Den Haag.
Enkele werken:.
Kweekschool voor de Zeevaart, Prins Hendrikkade, Amsterdam.
Huis Nierop, Amsterdam.
Stadsschouwburg, Amsterdam.
Noten:.
1. H.G. Jansen en A. Reyding (18 februari 1888) 'Bij de platen', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 7, pp. 49-50. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
2. Anoniem (25 februari 1888) 'Uit den Amsterdamschen gemeenteraad', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 8, pp. 59-61. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
3. H. G. J. (3 maart 1888) 'De beurs', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 9, p. 70. Zie scan TU Delft
.

tr. te Haarlem [nh] op 21 nov 1895 (akte nr. 397)
met

Johanna Jacoba Stoel, dr. van Abraham Jacobus Stoel en Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. te Haarlem [nh] op 20 okt 1860,
ovl. te Bloemendaal [nh] op 1 feb 1924,
begr. te Den Haag [zh] begraafplaats 'Eik en Duinen' op 5 feb 1924.

Opmerkingen Johanna Jacoba Stoel.
fadv1.jpg/GDPim$].

Dossier:


Maria Elisabeth Springer
Maria Elisabeth Springer,
geb. te Groningen [gr] op 30 jan 1852,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] op 18 sep 1888.


Dossier:


Jacobus Bernardus Springer
Jacobus Bernardus Springer,
geb. te Brielle [zh] op 1 aug 1854,
RK,
hoofopzichter, architect 1eklasse bij de gemeentewerken te Amsterdam,
ovl. te Laren (Nh) [nh] op 3 feb 1922,
begr. te Laren (Nh) [nh] Algemene Begraafplaats op 6 feb 1922.

Opmerkingen Jacobus Bernardus Springer.
fadv1.jpg/GDPim$]penskrt.JPG/GDPim$].


Dossier:


Johanna Jacoba Stoel
Johanna Jacoba Stoel,
geb. te Haarlem [nh] op 20 okt 1860,
ovl. te Bloemendaal [nh] op 1 feb 1924,
begr. te Den Haag [zh] begraafplaats 'Eik en Duinen' op 5 feb 1924.

Opmerkingen Johanna Jacoba Stoel.
fadv1.jpg/GDPim$].

tr. te Haarlem [nh] op 21 nov 1895 (akte nr. 397)
met

Joannes Ludovicus (Jan) Springer, zn. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Groningen [gr] op 27 jan 1850,
RK,
architect,
ovl. te Den Haag [zh] op 28 mei 1915,
begr. te Den Haag [zh] Begraafplaats 'Oud Eik en Duinen' op 1 jun 1915.

Opmerkingen Joannes Ludovicus (Jan) Springer.
afb1.jpg/GDPim$].
Bron: WikipediA.
Johannes Ludovicus (Jan) Springer (Groningen, 27 januari 1850 – Den Haag, 28 mei 1915) was een Nederlands architect. Hij speelde een belangrijke rol in de totstandkoming van het architectuurgenootschap Architectura et Amicitia en was van 1906 tot zijn dood directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
Levensloop.
Springer was zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer. Hij maakte al op jonge leeftijd naam als architect. In 1869 werd hij lid van de Amsterdamse architectuurvereniging Architectura et Amicitia, niet lang daarna, in 1871, werd hij secretaris en in 1876 voorzitter. Tijdens zijn zestien jaar lange voorzitterschap vormde hij A et A om van een vriendschappelijk onderonsje van met name Amsterdamse architecten tot een landelijke organisatie met een merkbare invloed op de ontwikkeling van de architectuur. De belangrijkste gebeurtenis in dit proces was de reorganisatitie in 1882 waarin A et A werd omgevormd tot een genootschap. Het jaar daarop werd een al bestaand bouwkunde-tijdschrift, De Opmerker, het orgaan van A et A. Om het grote publiek kennis te laten nemen van de activiteiten van A et A organiseerde Springer talloze tentoonstellingen en voordrachten. Springer was hierdoor een vooraanstaande figuur in de Nederlandse bouwwereld.
Jan Springer. Alternatief Beursontwerp. 1888.
In 1888 kreeg hij opdracht van de Amsterdamse Kamer van Koophandel, bij hoofde van A.W. Krasnapolsky, een koopmansbeurs te ontwerpen (zie Beurs van Berlage). De ondernemers hadden namelijk grote bezwaren tegen het ontwerp van gemeentearchitect A.W. Weissman dat het jaar daarvoor door het college van B & W aan de raad was voorgedragen en wilden een einde maken aan de sinds 1882 slepende beurskwestie, temeer vanwege de gehate beursbelasting, die de handelaren vanaf dat jaar moesten betalen. De door Krasnapolsky voorgestelde beurs moest gefinancierd worden 'uit particuliere middelen en uit de opbrengst der entree's [..] en die der huren van winkels, kantoren, monsterzalen enz.'. Krasnapolsky's zeer serieuze request werd op 16 februari 1888 samen met het ontwerp van Springer naar de raad gestuurd.[1] De bezwaren van de KvK tegen het gemeenteplan werden echter op 22 februari door het college weerlegd,[2] maar de raad dwong het college niet lang daarna nog eens goed naar dit plan te kijken.[3].
Omstreeks 1890 veranderde zijn positie binnen A et A echter. Er stond een nieuwe generatie architecten op, die onder invloed van P.J.H. Cuypers probeerde nieuwe kunstbegrippen te propageren. Springer voelde dit aan en trad in 1892 af als voorzitter. Ook het vak van architect schonk hem steeds minder voldoening. Hoe begaafd hij ook was als ontwerper, hij had een totaal gebrek aan talent voor zaken doen en was daarom niet in staat zichzelf als zelfstandig architect te vestigen, laat staan leiding te geven aan een architectenbureau. Hij verhuisde naar Den Haag, waar hij van 1906 tot aan zijn dood directeur was van de tekenacademie. Desondanks heeft hij in Amsterdam een aantal indrukwekkende gebouwen achtergelaten. Ook ontwierp hij verschillende feestdecoraties, zoals die van het genootschapsfeest in 1884 in Maison Stroucken, de monumentale Damversiering ter gelegenheid van de 70e verjaardag van koning Willem III en de Fancy fair in 1887 in het Paleis voor Volksvlijt. Op 1 juni 1915 werd hij in het bijzijn van o.a. A et A-voorzitter Paul de Jongh en zijn oud-vrienden Henri Evers, J.A. van Voorthuysen, K. Sluyterman, Jonas Ingenohl en E. Stark begraven op kerkhof Oud Eik en Duinen in Den Haag.
Enkele werken:.
Kweekschool voor de Zeevaart, Prins Hendrikkade, Amsterdam.
Huis Nierop, Amsterdam.
Stadsschouwburg, Amsterdam.
Noten:.
1. H.G. Jansen en A. Reyding (18 februari 1888) 'Bij de platen', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 7, pp. 49-50. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
2. Anoniem (25 februari 1888) 'Uit den Amsterdamschen gemeenteraad', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 8, pp. 59-61. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
3. H. G. J. (3 maart 1888) 'De beurs', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 9, p. 70. Zie scan TU Delft
.

Dossier:


Abraham Jacobus Stoel
Abraham Jacobus Stoel,
geb. circa 1835.

tr.
met

Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johanna*1860  †1924  63


Johanna Jacoba Van Beusekom
Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. circa 1835.

tr.
met

Abraham Jacobus Stoel,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johanna*1860  †1924  63


Leopoldus Josephus Herman
Leopoldus Josephus Herman,
geb. te Saint-Josse-ten-Noode [vb, België] in 1863,
bouwkundige,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 1 feb 1937.

Opmerkingen Leopoldus Josephus Herman.
Sint-Joost-ten-Node (Frans: Saint-Josse-ten-Noode) of kortweg Sint-Joost is een plaats en gemeente in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ingesloten tussen Brussel-stad en Schaarbeek.

tr.
met

Anna Susanna (Suze) Springer, dr. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 30 sep 1858,
RK,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 18 dec 1937.


Josephus Leopoldus Herman
Josephus Leopoldus Herman,
geb. circa 1830,
beeldhouwer.

tr.
met

Ida van Coillie,
geb. circa 1830.

Uit dit huwelijk één zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Leopoldus*1863  1937  74


Ida van Coillie
Ida van Coillie,
geb. circa 1830.

tr.
met

Josephus Leopoldus Herman,
geb. circa 1830,
beeldhouwer.

Uit dit huwelijk één zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Leopoldus*1863  1937  74

')} Genealogie van Theunis ten Cate uit Almelo


Anna Maria Margaretha Springer
in
Parenteel van Theunis ten Cate.

Anna Maria Margaretha Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 1 feb 1892,
DG.


Willem Springer
Willem Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 8 mei 1815,
EL,
opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken Oud-Asst. Gemeente-Architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 7 mrt 1907,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag', grafnr. 2-G-36 op 9 mrt 1907.

Opmerkingen Willem Springer.
afb1.jpg/GDPim$]afb2.jpg/GDPim$].
Bron: Kamper Almanak 1968.
De familie  Springer en haar relatie tot Kampen.
Dr. J.H. A. Ringeling.
Par. 2. (vervolg).
Willem Springer (1815-1907), architect. 20).
Het lijdt geen twijfel, of ook Willem Springer heeft van thuis een gedegen timmermansopleiding meegekregen. In deze hoedanigheid vermeldt  het Algemeen Adresboek 1845-1846 hem dan ook op pagina 244 in het ouderlijk  huis op de Leidsegracht.
Hij is dan reeds als opzichter werkzaam geweest bij de bouw der pakhuizen voor de Rijnvaart  (1838) en bij de bouw van de Beurs van Zocher (1841). Nadien keert hij zijn geboortestad de rug toe en dient de Waterstaat gedurende een reeks van jaren.
op verschillende plaatsen in den lande. Toch is het uiteindelijk Amsterdam, waar Willem Springer wezenlijk carriere maakt. Op 1 april 1858 vindt namelijk aldaar zijn benoeming plaats tot assistent-architect bij de Gemeentewerken en wordt hij uit dien hoofde. de rechterhand  van de Stadsarchitect Bastiaan de Greef 21).
De cooperatie de Greef-Springer, die in de periode 1822-1826  zo'n belangrijke rol speelde bij de herbouw van de Ronde Lutherse Kerk, herhaalt zich thans in de volgende generatie over een tijdvak van liefst ruim 32 jaar. Dat zich overigens in hun beider samenwerking de nodige spanningen hebben voorgedaan, leert ons het artikel "Herinneringen van A. W. Weissman", opgenomen in het 42ste Jaarboek  van bet Genootschap Amstelodamum  (1948), pagina's  87 tot 146. Het feit, dat Bastiaan de Greef in leeftijd enkele jaren jonger was, heeft tot gevolg gehad, dat Willem Springer de rang van Stadsarchitect zelf nimmer heeft kunnen bereiken. Hoezeer echter zijn verdiensten algemeen erkend werden moge blijken uit de voetnoot, welke wij aantreffen op pagina 28 van de Naamwijzer en Adresboek der Leden van het Stedelijk Bestuur 1890-1891:  "Op verzoek door B. en W. op de meest eervolle wijze ontslagen met ingang van den dag, waarop de nieuwe te benoemen Stadsarchitect zijn werkzaamheden zal aanvaarden, met welken datum de Heer W. Springer door den Gemeenteraad is benoemd  tot Gemeente-adviseur in Bouwzaken".  Een  eervoller testimonium voor de inmiddels 75-jarige Springer is bezwaarlijk denkbaar! Van  Willem Springer's werkstukken bestaat een uitgebreide documentatie. Zo verwierf het Amsterdamse  Gemeente-Archief voor enkele jaren vier gebonden delen bouwtekeningen 22), terwijl onder de aanwinsten van het Rijksprentenkabinet in 1966 sub 63, 64 en 65 eveneens tekeningen van Willem Springer vermeld worden. Uiteraard  bestaat Springer's werk voor een groot deel uit scholen, bruggen en andere gemeentewerken, waaronder ik met name  de Kweekschool voor de Zeevaart  (1878)  zou willen noemen. Hoe eervol zijn loopbaan ook overigens geweest moge zijn, zou Springer's creativiteit wellicht nog tot vollere ontplooiing zijn gekomen, indien het ambtelijk keurslijf hem in zijn bewegingsvrijheid minder had beperkt.  Op publicistisch gebied zijn van zijn hand artikelen verschenen in de jaargangen 1862, 1872 en 1876 van de Bouwkundige bijdragen van de Maatschappij tot bevordering der bouwkunst. Op 4 januari 1849 trad Willem Springer te Amsterdam in het huwelijk met een Rooms-Katholiek meisje Maria Anna Bijlager (1824-1913), dochter van Joannes Ludovicus, schuitenvoerder en van Hermina van der Heide. Ook in deze tak vervaagt dus de Lutheraanse traditie. Ambtshalve woonde het gezin na de terugkeer in Amsterdam in de Stadstimmertuin 23). Van hun acht kinderen heeft vooral de oudste zoon Johannes Ludovicus (Jan) Springer (1850-1915) als architect grote bekendheid verworven 24). Hij was onder meer de bouwmeester van de Amsterdamse Stadsschouwburg 1892-1894 en bekleedde van 1906 tot aan zijn dood het directoraat van de Haagse Academie.
Bronnen en aantekeningen:.
20) Zie voor hem: Nieuw Nederlandsch BiografischWoordenboek deel 7, pagina 1169 en Thieme-Beeker,deel 31 (1937), pagina 411.
21) Bastiaan de Greef (1818-1899),architect. Zoon van Jan de Greef. Stadsarchitect van Amsterdam van 28 maart 1856 tot 19 juni 1890.
22) Zie jaarverslag 1966 van de Gemeentelijke Archiefdienst pagina 27 sub B 2.
***.
fadv1.jpg/GDPim$]fadv2.jpg%50/GDPim$].
Huis te Vraag is een "gesloten" begraafplaats, aan de Rijnsburgstraat 51 (voorheen Sloterweg), te Amsterdam.
***.
begrplts_huistevraag.JPG/GDPim$]
.

tr. te Amsterdam [nh] op 4 jan 1849 (Reg.1 fol. 8v)
met

Maria Anna Bijlager, dr. van Joannes Ludovicus Bijlager (schuitenvoerder) en Hermina van der Heide,
geb. te Amsterdam [nh] op 23 feb 1824,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] in het Maria Paviljoen op 17 feb 1913,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 19 feb 1913.

Opmerkingen Maria Anna Bijlager.
fadv1.jpg/GDPim$].

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jan*1850 Amsterdam [nh] †1915 Amsterdam [nh] 65
Maria*1852 Amsterdam [nh] †1888 Amsterdam [nh] 36
Jacobus*1854 Amsterdam [nh] †1922 Amsterdam [nh] 67
Wilhelmina*1855 Amsterdam [nh] †1873 Amsterdam [nh] 17
Geertruida*1857 Amsterdam [nh] †1916 Amsterdam [nh] 58
Suze*1858 Amsterdam [nh] 1937 Amsterdam [nh] 79
Piet*1863 Amsterdam [nh] †1902 Amsterdam [nh] 39


Dossier:


Maria Anna Bijlager
Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 23 feb 1824,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] in het Maria Paviljoen op 17 feb 1913,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 19 feb 1913.

Opmerkingen Maria Anna Bijlager.
fadv1.jpg/GDPim$].

tr. te Amsterdam [nh] op 4 jan 1849 (Reg.1 fol. 8v)
met

Willem Springer, zn. van Willem Springer (timmerman, houtkoper (1817), aannemer van publieke bouwkundige werken) en Maria Elisabeth Doetzen,
geb. te Amsterdam [nh] op 8 mei 1815,
EL,
opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken Oud-Asst. Gemeente-Architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 7 mrt 1907,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag', grafnr. 2-G-36 op 9 mrt 1907.

Opmerkingen Willem Springer.
afb1.jpg/GDPim$]afb2.jpg/GDPim$].
Bron: Kamper Almanak 1968.
De familie  Springer en haar relatie tot Kampen.
Dr. J.H. A. Ringeling.
Par. 2. (vervolg).
Willem Springer (1815-1907), architect. 20).
Het lijdt geen twijfel, of ook Willem Springer heeft van thuis een gedegen timmermansopleiding meegekregen. In deze hoedanigheid vermeldt  het Algemeen Adresboek 1845-1846 hem dan ook op pagina 244 in het ouderlijk  huis op de Leidsegracht.
Hij is dan reeds als opzichter werkzaam geweest bij de bouw der pakhuizen voor de Rijnvaart  (1838) en bij de bouw van de Beurs van Zocher (1841). Nadien keert hij zijn geboortestad de rug toe en dient de Waterstaat gedurende een reeks van jaren.
op verschillende plaatsen in den lande. Toch is het uiteindelijk Amsterdam, waar Willem Springer wezenlijk carriere maakt. Op 1 april 1858 vindt namelijk aldaar zijn benoeming plaats tot assistent-architect bij de Gemeentewerken en wordt hij uit dien hoofde. de rechterhand  van de Stadsarchitect Bastiaan de Greef 21).
De cooperatie de Greef-Springer, die in de periode 1822-1826  zo'n belangrijke rol speelde bij de herbouw van de Ronde Lutherse Kerk, herhaalt zich thans in de volgende generatie over een tijdvak van liefst ruim 32 jaar. Dat zich overigens in hun beider samenwerking de nodige spanningen hebben voorgedaan, leert ons het artikel "Herinneringen van A. W. Weissman", opgenomen in het 42ste Jaarboek  van bet Genootschap Amstelodamum  (1948), pagina's  87 tot 146. Het feit, dat Bastiaan de Greef in leeftijd enkele jaren jonger was, heeft tot gevolg gehad, dat Willem Springer de rang van Stadsarchitect zelf nimmer heeft kunnen bereiken. Hoezeer echter zijn verdiensten algemeen erkend werden moge blijken uit de voetnoot, welke wij aantreffen op pagina 28 van de Naamwijzer en Adresboek der Leden van het Stedelijk Bestuur 1890-1891:  "Op verzoek door B. en W. op de meest eervolle wijze ontslagen met ingang van den dag, waarop de nieuwe te benoemen Stadsarchitect zijn werkzaamheden zal aanvaarden, met welken datum de Heer W. Springer door den Gemeenteraad is benoemd  tot Gemeente-adviseur in Bouwzaken".  Een  eervoller testimonium voor de inmiddels 75-jarige Springer is bezwaarlijk denkbaar! Van  Willem Springer's werkstukken bestaat een uitgebreide documentatie. Zo verwierf het Amsterdamse  Gemeente-Archief voor enkele jaren vier gebonden delen bouwtekeningen 22), terwijl onder de aanwinsten van het Rijksprentenkabinet in 1966 sub 63, 64 en 65 eveneens tekeningen van Willem Springer vermeld worden. Uiteraard  bestaat Springer's werk voor een groot deel uit scholen, bruggen en andere gemeentewerken, waaronder ik met name  de Kweekschool voor de Zeevaart  (1878)  zou willen noemen. Hoe eervol zijn loopbaan ook overigens geweest moge zijn, zou Springer's creativiteit wellicht nog tot vollere ontplooiing zijn gekomen, indien het ambtelijk keurslijf hem in zijn bewegingsvrijheid minder had beperkt.  Op publicistisch gebied zijn van zijn hand artikelen verschenen in de jaargangen 1862, 1872 en 1876 van de Bouwkundige bijdragen van de Maatschappij tot bevordering der bouwkunst. Op 4 januari 1849 trad Willem Springer te Amsterdam in het huwelijk met een Rooms-Katholiek meisje Maria Anna Bijlager (1824-1913), dochter van Joannes Ludovicus, schuitenvoerder en van Hermina van der Heide. Ook in deze tak vervaagt dus de Lutheraanse traditie. Ambtshalve woonde het gezin na de terugkeer in Amsterdam in de Stadstimmertuin 23). Van hun acht kinderen heeft vooral de oudste zoon Johannes Ludovicus (Jan) Springer (1850-1915) als architect grote bekendheid verworven 24). Hij was onder meer de bouwmeester van de Amsterdamse Stadsschouwburg 1892-1894 en bekleedde van 1906 tot aan zijn dood het directoraat van de Haagse Academie.
Bronnen en aantekeningen:.
20) Zie voor hem: Nieuw Nederlandsch BiografischWoordenboek deel 7, pagina 1169 en Thieme-Beeker,deel 31 (1937), pagina 411.
21) Bastiaan de Greef (1818-1899),architect. Zoon van Jan de Greef. Stadsarchitect van Amsterdam van 28 maart 1856 tot 19 juni 1890.
22) Zie jaarverslag 1966 van de Gemeentelijke Archiefdienst pagina 27 sub B 2.
***.
fadv1.jpg/GDPim$]fadv2.jpg%50/GDPim$].
Huis te Vraag is een "gesloten" begraafplaats, aan de Rijnsburgstraat 51 (voorheen Sloterweg), te Amsterdam.
***.
begrplts_huistevraag.JPG/GDPim$]
.

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jan*1850 Amsterdam [nh] †1915 Amsterdam [nh] 65
Maria*1852 Amsterdam [nh] †1888 Amsterdam [nh] 36
Jacobus*1854 Amsterdam [nh] †1922 Amsterdam [nh] 67
Wilhelmina*1855 Amsterdam [nh] †1873 Amsterdam [nh] 17
Geertruida*1857 Amsterdam [nh] †1916 Amsterdam [nh] 58
Suze*1858 Amsterdam [nh] 1937 Amsterdam [nh] 79
Piet*1863 Amsterdam [nh] †1902 Amsterdam [nh] 39


Dossier:


Joannes Ludovicus Bijlager
Joannes Ludovicus Bijlager,
geb. circa 1790,
schuitenvoerder.

tr.
met

Hermina van der Heide,
geb. circa 1795.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maria*1824  †1913  88


Hermina van der Heide
Hermina van der Heide,
geb. circa 1795.

tr.
met

Joannes Ludovicus Bijlager,
geb. circa 1790,
schuitenvoerder.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maria*1824  †1913  88


Johannes Petrus Springer
Johannes Petrus (Piet) Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 10 jun 1863,
RK,
architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 13 jun 1902,
begr. te Amsterdam [nh] Begraafplaats 'Huis Te Vraag', Rijnsburgstraat 51, grafnr. 2-C-18 op 16 jun 1902.

Opmerkingen Johannes Petrus (Piet) Springer.
Bron: WikipediA.
Piet Springer.
Johannes Petrus Springer , 1862/1863 – aldaar, juni 1902) was een Nederlands architect en medewerker van de Dienst Publieke Werken in Amsterdam. Hij was de jongste zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer, en zijn vrouw Maria Anna Bijlager. Net als zijn vader werkte hij als tekenaar op het bureau van Publieke Werken van de gemeente Amsterdam. In 1883 nam hij deel aan de Wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam en in 1884 droeg hij bij aan de voorbereidingen van het jubileumfeest van architectuurgenootschap Architectura et Amicitia. Ook won Springer omstreeks deze tijd een aantal architectuurprijsvragen. Springer bleef tot zijn dood werkzaam bij Publieke Werken. Op 1 augustus 1895 trouwde hij in Nieuwer-Amstel met Cornelia Aleida van der Heide. Hij overleed op 39-jarige leeftijd door een val van de trap. Nederlands architect.
***.
Bron: Wikisource.
Auteur: A.W. Weissman.
Datum: Zaterdag 21 juni 1902.
Titel: ‘Johannes Petrus Springer. †’.
Tijdschrift: De Opmerker.
Jg, nr, pg.: 37, 25, 200.
Genre: Proza.
Brontaal: Nederlands.
Bron: libserv.tudelft.nl.
Auteursrecht: Publiek domein.
JOHANNES PETRUS SPRINGER. †.
Het plotseling overlijden van Piet Springer, de jongste telg van het bekende Amsterdamsche geslacht van bouwmeesters zal in vele kringen met diep leedwezen vernomen zijn. De hoogbejaarde ouders verliezen in hem hun jongsten zoon, de beklagenswaardige weduwe een braaf en oppassend echtgenoot.
Mijne eerste herinneringen aan den overledene dagteekenen van 1875. Ik was destijds, met den helaas ook reeds gestorven Herman Goseling bij den Assistent-Stads-Architect Willem Springer in de leer. Piet was toen twaalf jaar omtrent oud, en vermaakte ons met zijn guitenstreken.
In het jaar 1882 trad ik in dienst bij de Gemeente Amsterdam. Ik vond Piet Springer toen op het teekenbureau en bemerkte, dat hij, ofschoon niet zoo geniaal aangelegd als zijn broeder Jan, toch tot de beste krachten behoorde. Stil en bedaard ging hij zijn weg, door zijn collega’s geacht.
Ter gelegenheid der Koloniale Tentoonstelling van 1883 richtte de Gemeente Amsterdam een eigen paviljoen op, waarin zij, onder meer, teekeningen harer uitgevoerde openbare werken ter bezichtiging gaf. Verscheidenen dier teekeningen waren door Piet Springer vervaardigd. Daar de gewone dienst moest doorgaan, gebruikte hij zijn vrijen tijd voor dit werk. Menige nacht moest er aan worden besteed; in een daarvan geschiedde het, dat een aardbeving plaats vond, welke Piet, die op zijn teekentafel was gaan zitten, om het groote vel gemakkelijker te kunnen bewerken, omlaag deed tuimelen.
Architectura vierde in 1884 het feest, dat door hoeveel andere ook gevolgd, toch onovertroffen is gebleven. Aan de voorbereiding van het decoratieve gedeelte nam Piet Springer een ijverig aandeel. Nog zie ik hem zitten op de reusachtige paarden van Staff, die met vereende krachten in het holst van den nacht overeind werden gezet.
Het plaatwerk „de Bouwmeester” bevat verscheidene bekroonde ontwerpen van den overledene, omstreeks dezen tijd vervaardigd.
Nadat ik in 1891 tot architect der gemeente Amsterdam was benoemd heeft Piet Springer mij geholpen bij het teekenen van de werken, die toen werden ondernomen. Met den sedert reeds overleden Kluwer was Piet Springer geplaatst op het teekenbureau voor het Gemeente-Museum. Bij het détailleeren heeft hij daar voortreffelijke diensten bewezen.
Al heeft sedert de richting, waarin de dienst der Publieke Werken van Amsterdam zich bewoog, Piet Springer niet veel gelegenheid gegeven, zijn artistieke talenten te doen blijken, hij bleef toch nuttig werkzaam en behoorde tot de beste krachten, aan het bureau verbonden.
Het is diep treurig, dat iemand, van wien nog zooveel verwacht mocht worden, reeds op negen-en-dertig jarigen leeftijd uit den kring der zijnen werd weggerukt. Vooral deerniswaardig is de grijze Willem Springer, die door het verlies van zijn jongsten zoon zoo zwaar wordt getroffen.
A. W. WEISSMAN
.

tr. te Nieuwer Amstel [nh] op 1 aug 1895 (akte nr. 155)
met

Cornelia Aleida van der Heide, dr. van Bernard Wilhelm van der Heide en Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. te Amsterdam [nh] in 1868.

Dossier:


Cornelia Aleida van der Heide
Cornelia Aleida van der Heide,
geb. te Amsterdam [nh] in 1868.

tr. te Nieuwer Amstel [nh] op 1 aug 1895 (akte nr. 155)
met

Johannes Petrus (Piet) Springer, zn. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 10 jun 1863,
RK,
architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 13 jun 1902,
begr. te Amsterdam [nh] Begraafplaats 'Huis Te Vraag', Rijnsburgstraat 51, grafnr. 2-C-18 op 16 jun 1902.

Opmerkingen Johannes Petrus (Piet) Springer.
Bron: WikipediA.
Piet Springer.
Johannes Petrus Springer , 1862/1863 – aldaar, juni 1902) was een Nederlands architect en medewerker van de Dienst Publieke Werken in Amsterdam. Hij was de jongste zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer, en zijn vrouw Maria Anna Bijlager. Net als zijn vader werkte hij als tekenaar op het bureau van Publieke Werken van de gemeente Amsterdam. In 1883 nam hij deel aan de Wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam en in 1884 droeg hij bij aan de voorbereidingen van het jubileumfeest van architectuurgenootschap Architectura et Amicitia. Ook won Springer omstreeks deze tijd een aantal architectuurprijsvragen. Springer bleef tot zijn dood werkzaam bij Publieke Werken. Op 1 augustus 1895 trouwde hij in Nieuwer-Amstel met Cornelia Aleida van der Heide. Hij overleed op 39-jarige leeftijd door een val van de trap. Nederlands architect.
***.
Bron: Wikisource.
Auteur: A.W. Weissman.
Datum: Zaterdag 21 juni 1902.
Titel: ‘Johannes Petrus Springer. †’.
Tijdschrift: De Opmerker.
Jg, nr, pg.: 37, 25, 200.
Genre: Proza.
Brontaal: Nederlands.
Bron: libserv.tudelft.nl.
Auteursrecht: Publiek domein.
JOHANNES PETRUS SPRINGER. †.
Het plotseling overlijden van Piet Springer, de jongste telg van het bekende Amsterdamsche geslacht van bouwmeesters zal in vele kringen met diep leedwezen vernomen zijn. De hoogbejaarde ouders verliezen in hem hun jongsten zoon, de beklagenswaardige weduwe een braaf en oppassend echtgenoot.
Mijne eerste herinneringen aan den overledene dagteekenen van 1875. Ik was destijds, met den helaas ook reeds gestorven Herman Goseling bij den Assistent-Stads-Architect Willem Springer in de leer. Piet was toen twaalf jaar omtrent oud, en vermaakte ons met zijn guitenstreken.
In het jaar 1882 trad ik in dienst bij de Gemeente Amsterdam. Ik vond Piet Springer toen op het teekenbureau en bemerkte, dat hij, ofschoon niet zoo geniaal aangelegd als zijn broeder Jan, toch tot de beste krachten behoorde. Stil en bedaard ging hij zijn weg, door zijn collega’s geacht.
Ter gelegenheid der Koloniale Tentoonstelling van 1883 richtte de Gemeente Amsterdam een eigen paviljoen op, waarin zij, onder meer, teekeningen harer uitgevoerde openbare werken ter bezichtiging gaf. Verscheidenen dier teekeningen waren door Piet Springer vervaardigd. Daar de gewone dienst moest doorgaan, gebruikte hij zijn vrijen tijd voor dit werk. Menige nacht moest er aan worden besteed; in een daarvan geschiedde het, dat een aardbeving plaats vond, welke Piet, die op zijn teekentafel was gaan zitten, om het groote vel gemakkelijker te kunnen bewerken, omlaag deed tuimelen.
Architectura vierde in 1884 het feest, dat door hoeveel andere ook gevolgd, toch onovertroffen is gebleven. Aan de voorbereiding van het decoratieve gedeelte nam Piet Springer een ijverig aandeel. Nog zie ik hem zitten op de reusachtige paarden van Staff, die met vereende krachten in het holst van den nacht overeind werden gezet.
Het plaatwerk „de Bouwmeester” bevat verscheidene bekroonde ontwerpen van den overledene, omstreeks dezen tijd vervaardigd.
Nadat ik in 1891 tot architect der gemeente Amsterdam was benoemd heeft Piet Springer mij geholpen bij het teekenen van de werken, die toen werden ondernomen. Met den sedert reeds overleden Kluwer was Piet Springer geplaatst op het teekenbureau voor het Gemeente-Museum. Bij het détailleeren heeft hij daar voortreffelijke diensten bewezen.
Al heeft sedert de richting, waarin de dienst der Publieke Werken van Amsterdam zich bewoog, Piet Springer niet veel gelegenheid gegeven, zijn artistieke talenten te doen blijken, hij bleef toch nuttig werkzaam en behoorde tot de beste krachten, aan het bureau verbonden.
Het is diep treurig, dat iemand, van wien nog zooveel verwacht mocht worden, reeds op negen-en-dertig jarigen leeftijd uit den kring der zijnen werd weggerukt. Vooral deerniswaardig is de grijze Willem Springer, die door het verlies van zijn jongsten zoon zoo zwaar wordt getroffen.
A. W. WEISSMAN
.


Bernard Wilhelm van der Heide
Bernard Wilhelm van der Heide,
geb. circa 1835.

tr.
met

Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelia*1868     


Anna Dorothea Elisabeth Jäncke
Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. circa 1835.

tr.
met

Bernard Wilhelm van der Heide,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelia*1868     


Geertruida Springer
Geertruida Springer,
geb. te Brielle [zh] op 24 mei 1857,
RK,
ovl. te Rosmalen [nb] op 7 apr 1916.


Anna Susanna Springer
Anna Susanna (Suze) Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 30 sep 1858,
RK,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 18 dec 1937.

tr.
met

Leopoldus Josephus Herman, zn. van Josephus Leopoldus Herman (beeldhouwer) en Ida van Coillie,
geb. te Saint-Josse-ten-Noode [vb, België] in 1863,
bouwkundige,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 1 feb 1937.

Opmerkingen Leopoldus Josephus Herman.
Sint-Joost-ten-Node (Frans: Saint-Josse-ten-Noode) of kortweg Sint-Joost is een plaats en gemeente in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ingesloten tussen Brussel-stad en Schaarbeek.


Joannes Ludovicus Springer
Joannes Ludovicus (Jan) Springer,
geb. te Groningen [gr] op 27 jan 1850,
RK,
architect,
ovl. te Den Haag [zh] op 28 mei 1915,
begr. te Den Haag [zh] Begraafplaats 'Oud Eik en Duinen' op 1 jun 1915.

Opmerkingen Joannes Ludovicus (Jan) Springer.
afb1.jpg/GDPim$].
Bron: WikipediA.
Johannes Ludovicus (Jan) Springer (Groningen, 27 januari 1850 – Den Haag, 28 mei 1915) was een Nederlands architect. Hij speelde een belangrijke rol in de totstandkoming van het architectuurgenootschap Architectura et Amicitia en was van 1906 tot zijn dood directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
Levensloop.
Springer was zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer. Hij maakte al op jonge leeftijd naam als architect. In 1869 werd hij lid van de Amsterdamse architectuurvereniging Architectura et Amicitia, niet lang daarna, in 1871, werd hij secretaris en in 1876 voorzitter. Tijdens zijn zestien jaar lange voorzitterschap vormde hij A et A om van een vriendschappelijk onderonsje van met name Amsterdamse architecten tot een landelijke organisatie met een merkbare invloed op de ontwikkeling van de architectuur. De belangrijkste gebeurtenis in dit proces was de reorganisatitie in 1882 waarin A et A werd omgevormd tot een genootschap. Het jaar daarop werd een al bestaand bouwkunde-tijdschrift, De Opmerker, het orgaan van A et A. Om het grote publiek kennis te laten nemen van de activiteiten van A et A organiseerde Springer talloze tentoonstellingen en voordrachten. Springer was hierdoor een vooraanstaande figuur in de Nederlandse bouwwereld.
Jan Springer. Alternatief Beursontwerp. 1888.
In 1888 kreeg hij opdracht van de Amsterdamse Kamer van Koophandel, bij hoofde van A.W. Krasnapolsky, een koopmansbeurs te ontwerpen (zie Beurs van Berlage). De ondernemers hadden namelijk grote bezwaren tegen het ontwerp van gemeentearchitect A.W. Weissman dat het jaar daarvoor door het college van B & W aan de raad was voorgedragen en wilden een einde maken aan de sinds 1882 slepende beurskwestie, temeer vanwege de gehate beursbelasting, die de handelaren vanaf dat jaar moesten betalen. De door Krasnapolsky voorgestelde beurs moest gefinancierd worden 'uit particuliere middelen en uit de opbrengst der entree's [..] en die der huren van winkels, kantoren, monsterzalen enz.'. Krasnapolsky's zeer serieuze request werd op 16 februari 1888 samen met het ontwerp van Springer naar de raad gestuurd.[1] De bezwaren van de KvK tegen het gemeenteplan werden echter op 22 februari door het college weerlegd,[2] maar de raad dwong het college niet lang daarna nog eens goed naar dit plan te kijken.[3].
Omstreeks 1890 veranderde zijn positie binnen A et A echter. Er stond een nieuwe generatie architecten op, die onder invloed van P.J.H. Cuypers probeerde nieuwe kunstbegrippen te propageren. Springer voelde dit aan en trad in 1892 af als voorzitter. Ook het vak van architect schonk hem steeds minder voldoening. Hoe begaafd hij ook was als ontwerper, hij had een totaal gebrek aan talent voor zaken doen en was daarom niet in staat zichzelf als zelfstandig architect te vestigen, laat staan leiding te geven aan een architectenbureau. Hij verhuisde naar Den Haag, waar hij van 1906 tot aan zijn dood directeur was van de tekenacademie. Desondanks heeft hij in Amsterdam een aantal indrukwekkende gebouwen achtergelaten. Ook ontwierp hij verschillende feestdecoraties, zoals die van het genootschapsfeest in 1884 in Maison Stroucken, de monumentale Damversiering ter gelegenheid van de 70e verjaardag van koning Willem III en de Fancy fair in 1887 in het Paleis voor Volksvlijt. Op 1 juni 1915 werd hij in het bijzijn van o.a. A et A-voorzitter Paul de Jongh en zijn oud-vrienden Henri Evers, J.A. van Voorthuysen, K. Sluyterman, Jonas Ingenohl en E. Stark begraven op kerkhof Oud Eik en Duinen in Den Haag.
Enkele werken:.
Kweekschool voor de Zeevaart, Prins Hendrikkade, Amsterdam.
Huis Nierop, Amsterdam.
Stadsschouwburg, Amsterdam.
Noten:.
1. H.G. Jansen en A. Reyding (18 februari 1888) 'Bij de platen', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 7, pp. 49-50. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
2. Anoniem (25 februari 1888) 'Uit den Amsterdamschen gemeenteraad', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 8, pp. 59-61. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
3. H. G. J. (3 maart 1888) 'De beurs', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 9, p. 70. Zie scan TU Delft
.

tr. te Haarlem [nh] op 21 nov 1895 (akte nr. 397)
met

Johanna Jacoba Stoel, dr. van Abraham Jacobus Stoel en Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. te Haarlem [nh] op 20 okt 1860,
ovl. te Bloemendaal [nh] op 1 feb 1924,
begr. te Den Haag [zh] begraafplaats 'Eik en Duinen' op 5 feb 1924.

Opmerkingen Johanna Jacoba Stoel.
fadv1.jpg/GDPim$].

Dossier:


Maria Elisabeth Springer
Maria Elisabeth Springer,
geb. te Groningen [gr] op 30 jan 1852,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] op 18 sep 1888.


Dossier:


Jacobus Bernardus Springer
Jacobus Bernardus Springer,
geb. te Brielle [zh] op 1 aug 1854,
RK,
hoofopzichter, architect 1eklasse bij de gemeentewerken te Amsterdam,
ovl. te Laren (Nh) [nh] op 3 feb 1922,
begr. te Laren (Nh) [nh] Algemene Begraafplaats op 6 feb 1922.

Opmerkingen Jacobus Bernardus Springer.
fadv1.jpg/GDPim$]penskrt.JPG/GDPim$].


Dossier:


Johanna Jacoba Stoel
Johanna Jacoba Stoel,
geb. te Haarlem [nh] op 20 okt 1860,
ovl. te Bloemendaal [nh] op 1 feb 1924,
begr. te Den Haag [zh] begraafplaats 'Eik en Duinen' op 5 feb 1924.

Opmerkingen Johanna Jacoba Stoel.
fadv1.jpg/GDPim$].

tr. te Haarlem [nh] op 21 nov 1895 (akte nr. 397)
met

Joannes Ludovicus (Jan) Springer, zn. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Groningen [gr] op 27 jan 1850,
RK,
architect,
ovl. te Den Haag [zh] op 28 mei 1915,
begr. te Den Haag [zh] Begraafplaats 'Oud Eik en Duinen' op 1 jun 1915.

Opmerkingen Joannes Ludovicus (Jan) Springer.
afb1.jpg/GDPim$].
Bron: WikipediA.
Johannes Ludovicus (Jan) Springer (Groningen, 27 januari 1850 – Den Haag, 28 mei 1915) was een Nederlands architect. Hij speelde een belangrijke rol in de totstandkoming van het architectuurgenootschap Architectura et Amicitia en was van 1906 tot zijn dood directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
Levensloop.
Springer was zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer. Hij maakte al op jonge leeftijd naam als architect. In 1869 werd hij lid van de Amsterdamse architectuurvereniging Architectura et Amicitia, niet lang daarna, in 1871, werd hij secretaris en in 1876 voorzitter. Tijdens zijn zestien jaar lange voorzitterschap vormde hij A et A om van een vriendschappelijk onderonsje van met name Amsterdamse architecten tot een landelijke organisatie met een merkbare invloed op de ontwikkeling van de architectuur. De belangrijkste gebeurtenis in dit proces was de reorganisatitie in 1882 waarin A et A werd omgevormd tot een genootschap. Het jaar daarop werd een al bestaand bouwkunde-tijdschrift, De Opmerker, het orgaan van A et A. Om het grote publiek kennis te laten nemen van de activiteiten van A et A organiseerde Springer talloze tentoonstellingen en voordrachten. Springer was hierdoor een vooraanstaande figuur in de Nederlandse bouwwereld.
Jan Springer. Alternatief Beursontwerp. 1888.
In 1888 kreeg hij opdracht van de Amsterdamse Kamer van Koophandel, bij hoofde van A.W. Krasnapolsky, een koopmansbeurs te ontwerpen (zie Beurs van Berlage). De ondernemers hadden namelijk grote bezwaren tegen het ontwerp van gemeentearchitect A.W. Weissman dat het jaar daarvoor door het college van B & W aan de raad was voorgedragen en wilden een einde maken aan de sinds 1882 slepende beurskwestie, temeer vanwege de gehate beursbelasting, die de handelaren vanaf dat jaar moesten betalen. De door Krasnapolsky voorgestelde beurs moest gefinancierd worden 'uit particuliere middelen en uit de opbrengst der entree's [..] en die der huren van winkels, kantoren, monsterzalen enz.'. Krasnapolsky's zeer serieuze request werd op 16 februari 1888 samen met het ontwerp van Springer naar de raad gestuurd.[1] De bezwaren van de KvK tegen het gemeenteplan werden echter op 22 februari door het college weerlegd,[2] maar de raad dwong het college niet lang daarna nog eens goed naar dit plan te kijken.[3].
Omstreeks 1890 veranderde zijn positie binnen A et A echter. Er stond een nieuwe generatie architecten op, die onder invloed van P.J.H. Cuypers probeerde nieuwe kunstbegrippen te propageren. Springer voelde dit aan en trad in 1892 af als voorzitter. Ook het vak van architect schonk hem steeds minder voldoening. Hoe begaafd hij ook was als ontwerper, hij had een totaal gebrek aan talent voor zaken doen en was daarom niet in staat zichzelf als zelfstandig architect te vestigen, laat staan leiding te geven aan een architectenbureau. Hij verhuisde naar Den Haag, waar hij van 1906 tot aan zijn dood directeur was van de tekenacademie. Desondanks heeft hij in Amsterdam een aantal indrukwekkende gebouwen achtergelaten. Ook ontwierp hij verschillende feestdecoraties, zoals die van het genootschapsfeest in 1884 in Maison Stroucken, de monumentale Damversiering ter gelegenheid van de 70e verjaardag van koning Willem III en de Fancy fair in 1887 in het Paleis voor Volksvlijt. Op 1 juni 1915 werd hij in het bijzijn van o.a. A et A-voorzitter Paul de Jongh en zijn oud-vrienden Henri Evers, J.A. van Voorthuysen, K. Sluyterman, Jonas Ingenohl en E. Stark begraven op kerkhof Oud Eik en Duinen in Den Haag.
Enkele werken:.
Kweekschool voor de Zeevaart, Prins Hendrikkade, Amsterdam.
Huis Nierop, Amsterdam.
Stadsschouwburg, Amsterdam.
Noten:.
1. H.G. Jansen en A. Reyding (18 februari 1888) 'Bij de platen', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 7, pp. 49-50. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
2. Anoniem (25 februari 1888) 'Uit den Amsterdamschen gemeenteraad', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 8, pp. 59-61. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
3. H. G. J. (3 maart 1888) 'De beurs', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 9, p. 70. Zie scan TU Delft
.

Dossier:


Abraham Jacobus Stoel
Abraham Jacobus Stoel,
geb. circa 1835.

tr.
met

Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johanna*1860  †1924  63


Johanna Jacoba Van Beusekom
Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. circa 1835.

tr.
met

Abraham Jacobus Stoel,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johanna*1860  †1924  63


Leopoldus Josephus Herman
Leopoldus Josephus Herman,
geb. te Saint-Josse-ten-Noode [vb, België] in 1863,
bouwkundige,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 1 feb 1937.

Opmerkingen Leopoldus Josephus Herman.
Sint-Joost-ten-Node (Frans: Saint-Josse-ten-Noode) of kortweg Sint-Joost is een plaats en gemeente in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ingesloten tussen Brussel-stad en Schaarbeek.

tr.
met

Anna Susanna (Suze) Springer, dr. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 30 sep 1858,
RK,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 18 dec 1937.


Josephus Leopoldus Herman
Josephus Leopoldus Herman,
geb. circa 1830,
beeldhouwer.

tr.
met

Ida van Coillie,
geb. circa 1830.

Uit dit huwelijk één zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Leopoldus*1863  1937  74


Ida van Coillie
Ida van Coillie,
geb. circa 1830.

tr.
met

Josephus Leopoldus Herman,
geb. circa 1830,
beeldhouwer.

Uit dit huwelijk één zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Leopoldus*1863  1937  74

')} Genealogie van Theunis ten Cate uit Almelo


Anna Maria Margaretha Springer
in
Parenteel van Theunis ten Cate.

Anna Maria Margaretha Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 1 feb 1892,
DG.


Willem Springer
Willem Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 8 mei 1815,
EL,
opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken Oud-Asst. Gemeente-Architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 7 mrt 1907,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag', grafnr. 2-G-36 op 9 mrt 1907.

Opmerkingen Willem Springer.
afb1.jpg/GDPim$]afb2.jpg/GDPim$].
Bron: Kamper Almanak 1968.
De familie  Springer en haar relatie tot Kampen.
Dr. J.H. A. Ringeling.
Par. 2. (vervolg).
Willem Springer (1815-1907), architect. 20).
Het lijdt geen twijfel, of ook Willem Springer heeft van thuis een gedegen timmermansopleiding meegekregen. In deze hoedanigheid vermeldt  het Algemeen Adresboek 1845-1846 hem dan ook op pagina 244 in het ouderlijk  huis op de Leidsegracht.
Hij is dan reeds als opzichter werkzaam geweest bij de bouw der pakhuizen voor de Rijnvaart  (1838) en bij de bouw van de Beurs van Zocher (1841). Nadien keert hij zijn geboortestad de rug toe en dient de Waterstaat gedurende een reeks van jaren.
op verschillende plaatsen in den lande. Toch is het uiteindelijk Amsterdam, waar Willem Springer wezenlijk carriere maakt. Op 1 april 1858 vindt namelijk aldaar zijn benoeming plaats tot assistent-architect bij de Gemeentewerken en wordt hij uit dien hoofde. de rechterhand  van de Stadsarchitect Bastiaan de Greef 21).
De cooperatie de Greef-Springer, die in de periode 1822-1826  zo'n belangrijke rol speelde bij de herbouw van de Ronde Lutherse Kerk, herhaalt zich thans in de volgende generatie over een tijdvak van liefst ruim 32 jaar. Dat zich overigens in hun beider samenwerking de nodige spanningen hebben voorgedaan, leert ons het artikel "Herinneringen van A. W. Weissman", opgenomen in het 42ste Jaarboek  van bet Genootschap Amstelodamum  (1948), pagina's  87 tot 146. Het feit, dat Bastiaan de Greef in leeftijd enkele jaren jonger was, heeft tot gevolg gehad, dat Willem Springer de rang van Stadsarchitect zelf nimmer heeft kunnen bereiken. Hoezeer echter zijn verdiensten algemeen erkend werden moge blijken uit de voetnoot, welke wij aantreffen op pagina 28 van de Naamwijzer en Adresboek der Leden van het Stedelijk Bestuur 1890-1891:  "Op verzoek door B. en W. op de meest eervolle wijze ontslagen met ingang van den dag, waarop de nieuwe te benoemen Stadsarchitect zijn werkzaamheden zal aanvaarden, met welken datum de Heer W. Springer door den Gemeenteraad is benoemd  tot Gemeente-adviseur in Bouwzaken".  Een  eervoller testimonium voor de inmiddels 75-jarige Springer is bezwaarlijk denkbaar! Van  Willem Springer's werkstukken bestaat een uitgebreide documentatie. Zo verwierf het Amsterdamse  Gemeente-Archief voor enkele jaren vier gebonden delen bouwtekeningen 22), terwijl onder de aanwinsten van het Rijksprentenkabinet in 1966 sub 63, 64 en 65 eveneens tekeningen van Willem Springer vermeld worden. Uiteraard  bestaat Springer's werk voor een groot deel uit scholen, bruggen en andere gemeentewerken, waaronder ik met name  de Kweekschool voor de Zeevaart  (1878)  zou willen noemen. Hoe eervol zijn loopbaan ook overigens geweest moge zijn, zou Springer's creativiteit wellicht nog tot vollere ontplooiing zijn gekomen, indien het ambtelijk keurslijf hem in zijn bewegingsvrijheid minder had beperkt.  Op publicistisch gebied zijn van zijn hand artikelen verschenen in de jaargangen 1862, 1872 en 1876 van de Bouwkundige bijdragen van de Maatschappij tot bevordering der bouwkunst. Op 4 januari 1849 trad Willem Springer te Amsterdam in het huwelijk met een Rooms-Katholiek meisje Maria Anna Bijlager (1824-1913), dochter van Joannes Ludovicus, schuitenvoerder en van Hermina van der Heide. Ook in deze tak vervaagt dus de Lutheraanse traditie. Ambtshalve woonde het gezin na de terugkeer in Amsterdam in de Stadstimmertuin 23). Van hun acht kinderen heeft vooral de oudste zoon Johannes Ludovicus (Jan) Springer (1850-1915) als architect grote bekendheid verworven 24). Hij was onder meer de bouwmeester van de Amsterdamse Stadsschouwburg 1892-1894 en bekleedde van 1906 tot aan zijn dood het directoraat van de Haagse Academie.
Bronnen en aantekeningen:.
20) Zie voor hem: Nieuw Nederlandsch BiografischWoordenboek deel 7, pagina 1169 en Thieme-Beeker,deel 31 (1937), pagina 411.
21) Bastiaan de Greef (1818-1899),architect. Zoon van Jan de Greef. Stadsarchitect van Amsterdam van 28 maart 1856 tot 19 juni 1890.
22) Zie jaarverslag 1966 van de Gemeentelijke Archiefdienst pagina 27 sub B 2.
***.
fadv1.jpg/GDPim$]fadv2.jpg%50/GDPim$].
Huis te Vraag is een "gesloten" begraafplaats, aan de Rijnsburgstraat 51 (voorheen Sloterweg), te Amsterdam.
***.
begrplts_huistevraag.JPG/GDPim$]
.

tr. te Amsterdam [nh] op 4 jan 1849 (Reg.1 fol. 8v)
met

Maria Anna Bijlager, dr. van Joannes Ludovicus Bijlager (schuitenvoerder) en Hermina van der Heide,
geb. te Amsterdam [nh] op 23 feb 1824,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] in het Maria Paviljoen op 17 feb 1913,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 19 feb 1913.

Opmerkingen Maria Anna Bijlager.
fadv1.jpg/GDPim$].

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jan*1850 Amsterdam [nh] †1915 Amsterdam [nh] 65
Maria*1852 Amsterdam [nh] †1888 Amsterdam [nh] 36
Jacobus*1854 Amsterdam [nh] †1922 Amsterdam [nh] 67
Wilhelmina*1855 Amsterdam [nh] †1873 Amsterdam [nh] 17
Geertruida*1857 Amsterdam [nh] †1916 Amsterdam [nh] 58
Suze*1858 Amsterdam [nh] 1937 Amsterdam [nh] 79
Piet*1863 Amsterdam [nh] †1902 Amsterdam [nh] 39


Dossier:


Maria Anna Bijlager
Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 23 feb 1824,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] in het Maria Paviljoen op 17 feb 1913,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 19 feb 1913.

Opmerkingen Maria Anna Bijlager.
fadv1.jpg/GDPim$].

tr. te Amsterdam [nh] op 4 jan 1849 (Reg.1 fol. 8v)
met

Willem Springer, zn. van Willem Springer (timmerman, houtkoper (1817), aannemer van publieke bouwkundige werken) en Maria Elisabeth Doetzen,
geb. te Amsterdam [nh] op 8 mei 1815,
EL,
opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken Oud-Asst. Gemeente-Architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 7 mrt 1907,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag', grafnr. 2-G-36 op 9 mrt 1907.

Opmerkingen Willem Springer.
afb1.jpg/GDPim$]afb2.jpg/GDPim$].
Bron: Kamper Almanak 1968.
De familie  Springer en haar relatie tot Kampen.
Dr. J.H. A. Ringeling.
Par. 2. (vervolg).
Willem Springer (1815-1907), architect. 20).
Het lijdt geen twijfel, of ook Willem Springer heeft van thuis een gedegen timmermansopleiding meegekregen. In deze hoedanigheid vermeldt  het Algemeen Adresboek 1845-1846 hem dan ook op pagina 244 in het ouderlijk  huis op de Leidsegracht.
Hij is dan reeds als opzichter werkzaam geweest bij de bouw der pakhuizen voor de Rijnvaart  (1838) en bij de bouw van de Beurs van Zocher (1841). Nadien keert hij zijn geboortestad de rug toe en dient de Waterstaat gedurende een reeks van jaren.
op verschillende plaatsen in den lande. Toch is het uiteindelijk Amsterdam, waar Willem Springer wezenlijk carriere maakt. Op 1 april 1858 vindt namelijk aldaar zijn benoeming plaats tot assistent-architect bij de Gemeentewerken en wordt hij uit dien hoofde. de rechterhand  van de Stadsarchitect Bastiaan de Greef 21).
De cooperatie de Greef-Springer, die in de periode 1822-1826  zo'n belangrijke rol speelde bij de herbouw van de Ronde Lutherse Kerk, herhaalt zich thans in de volgende generatie over een tijdvak van liefst ruim 32 jaar. Dat zich overigens in hun beider samenwerking de nodige spanningen hebben voorgedaan, leert ons het artikel "Herinneringen van A. W. Weissman", opgenomen in het 42ste Jaarboek  van bet Genootschap Amstelodamum  (1948), pagina's  87 tot 146. Het feit, dat Bastiaan de Greef in leeftijd enkele jaren jonger was, heeft tot gevolg gehad, dat Willem Springer de rang van Stadsarchitect zelf nimmer heeft kunnen bereiken. Hoezeer echter zijn verdiensten algemeen erkend werden moge blijken uit de voetnoot, welke wij aantreffen op pagina 28 van de Naamwijzer en Adresboek der Leden van het Stedelijk Bestuur 1890-1891:  "Op verzoek door B. en W. op de meest eervolle wijze ontslagen met ingang van den dag, waarop de nieuwe te benoemen Stadsarchitect zijn werkzaamheden zal aanvaarden, met welken datum de Heer W. Springer door den Gemeenteraad is benoemd  tot Gemeente-adviseur in Bouwzaken".  Een  eervoller testimonium voor de inmiddels 75-jarige Springer is bezwaarlijk denkbaar! Van  Willem Springer's werkstukken bestaat een uitgebreide documentatie. Zo verwierf het Amsterdamse  Gemeente-Archief voor enkele jaren vier gebonden delen bouwtekeningen 22), terwijl onder de aanwinsten van het Rijksprentenkabinet in 1966 sub 63, 64 en 65 eveneens tekeningen van Willem Springer vermeld worden. Uiteraard  bestaat Springer's werk voor een groot deel uit scholen, bruggen en andere gemeentewerken, waaronder ik met name  de Kweekschool voor de Zeevaart  (1878)  zou willen noemen. Hoe eervol zijn loopbaan ook overigens geweest moge zijn, zou Springer's creativiteit wellicht nog tot vollere ontplooiing zijn gekomen, indien het ambtelijk keurslijf hem in zijn bewegingsvrijheid minder had beperkt.  Op publicistisch gebied zijn van zijn hand artikelen verschenen in de jaargangen 1862, 1872 en 1876 van de Bouwkundige bijdragen van de Maatschappij tot bevordering der bouwkunst. Op 4 januari 1849 trad Willem Springer te Amsterdam in het huwelijk met een Rooms-Katholiek meisje Maria Anna Bijlager (1824-1913), dochter van Joannes Ludovicus, schuitenvoerder en van Hermina van der Heide. Ook in deze tak vervaagt dus de Lutheraanse traditie. Ambtshalve woonde het gezin na de terugkeer in Amsterdam in de Stadstimmertuin 23). Van hun acht kinderen heeft vooral de oudste zoon Johannes Ludovicus (Jan) Springer (1850-1915) als architect grote bekendheid verworven 24). Hij was onder meer de bouwmeester van de Amsterdamse Stadsschouwburg 1892-1894 en bekleedde van 1906 tot aan zijn dood het directoraat van de Haagse Academie.
Bronnen en aantekeningen:.
20) Zie voor hem: Nieuw Nederlandsch BiografischWoordenboek deel 7, pagina 1169 en Thieme-Beeker,deel 31 (1937), pagina 411.
21) Bastiaan de Greef (1818-1899),architect. Zoon van Jan de Greef. Stadsarchitect van Amsterdam van 28 maart 1856 tot 19 juni 1890.
22) Zie jaarverslag 1966 van de Gemeentelijke Archiefdienst pagina 27 sub B 2.
***.
fadv1.jpg/GDPim$]fadv2.jpg%50/GDPim$].
Huis te Vraag is een "gesloten" begraafplaats, aan de Rijnsburgstraat 51 (voorheen Sloterweg), te Amsterdam.
***.
begrplts_huistevraag.JPG/GDPim$]
.

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jan*1850 Amsterdam [nh] †1915 Amsterdam [nh] 65
Maria*1852 Amsterdam [nh] †1888 Amsterdam [nh] 36
Jacobus*1854 Amsterdam [nh] †1922 Amsterdam [nh] 67
Wilhelmina*1855 Amsterdam [nh] †1873 Amsterdam [nh] 17
Geertruida*1857 Amsterdam [nh] †1916 Amsterdam [nh] 58
Suze*1858 Amsterdam [nh] 1937 Amsterdam [nh] 79
Piet*1863 Amsterdam [nh] †1902 Amsterdam [nh] 39


Dossier:


Joannes Ludovicus Bijlager
Joannes Ludovicus Bijlager,
geb. circa 1790,
schuitenvoerder.

tr.
met

Hermina van der Heide,
geb. circa 1795.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maria*1824  †1913  88


Hermina van der Heide
Hermina van der Heide,
geb. circa 1795.

tr.
met

Joannes Ludovicus Bijlager,
geb. circa 1790,
schuitenvoerder.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maria*1824  †1913  88


Johannes Petrus Springer
Johannes Petrus (Piet) Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 10 jun 1863,
RK,
architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 13 jun 1902,
begr. te Amsterdam [nh] Begraafplaats 'Huis Te Vraag', Rijnsburgstraat 51, grafnr. 2-C-18 op 16 jun 1902.

Opmerkingen Johannes Petrus (Piet) Springer.
Bron: WikipediA.
Piet Springer.
Johannes Petrus Springer , 1862/1863 – aldaar, juni 1902) was een Nederlands architect en medewerker van de Dienst Publieke Werken in Amsterdam. Hij was de jongste zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer, en zijn vrouw Maria Anna Bijlager. Net als zijn vader werkte hij als tekenaar op het bureau van Publieke Werken van de gemeente Amsterdam. In 1883 nam hij deel aan de Wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam en in 1884 droeg hij bij aan de voorbereidingen van het jubileumfeest van architectuurgenootschap Architectura et Amicitia. Ook won Springer omstreeks deze tijd een aantal architectuurprijsvragen. Springer bleef tot zijn dood werkzaam bij Publieke Werken. Op 1 augustus 1895 trouwde hij in Nieuwer-Amstel met Cornelia Aleida van der Heide. Hij overleed op 39-jarige leeftijd door een val van de trap. Nederlands architect.
***.
Bron: Wikisource.
Auteur: A.W. Weissman.
Datum: Zaterdag 21 juni 1902.
Titel: ‘Johannes Petrus Springer. †’.
Tijdschrift: De Opmerker.
Jg, nr, pg.: 37, 25, 200.
Genre: Proza.
Brontaal: Nederlands.
Bron: libserv.tudelft.nl.
Auteursrecht: Publiek domein.
JOHANNES PETRUS SPRINGER. †.
Het plotseling overlijden van Piet Springer, de jongste telg van het bekende Amsterdamsche geslacht van bouwmeesters zal in vele kringen met diep leedwezen vernomen zijn. De hoogbejaarde ouders verliezen in hem hun jongsten zoon, de beklagenswaardige weduwe een braaf en oppassend echtgenoot.
Mijne eerste herinneringen aan den overledene dagteekenen van 1875. Ik was destijds, met den helaas ook reeds gestorven Herman Goseling bij den Assistent-Stads-Architect Willem Springer in de leer. Piet was toen twaalf jaar omtrent oud, en vermaakte ons met zijn guitenstreken.
In het jaar 1882 trad ik in dienst bij de Gemeente Amsterdam. Ik vond Piet Springer toen op het teekenbureau en bemerkte, dat hij, ofschoon niet zoo geniaal aangelegd als zijn broeder Jan, toch tot de beste krachten behoorde. Stil en bedaard ging hij zijn weg, door zijn collega’s geacht.
Ter gelegenheid der Koloniale Tentoonstelling van 1883 richtte de Gemeente Amsterdam een eigen paviljoen op, waarin zij, onder meer, teekeningen harer uitgevoerde openbare werken ter bezichtiging gaf. Verscheidenen dier teekeningen waren door Piet Springer vervaardigd. Daar de gewone dienst moest doorgaan, gebruikte hij zijn vrijen tijd voor dit werk. Menige nacht moest er aan worden besteed; in een daarvan geschiedde het, dat een aardbeving plaats vond, welke Piet, die op zijn teekentafel was gaan zitten, om het groote vel gemakkelijker te kunnen bewerken, omlaag deed tuimelen.
Architectura vierde in 1884 het feest, dat door hoeveel andere ook gevolgd, toch onovertroffen is gebleven. Aan de voorbereiding van het decoratieve gedeelte nam Piet Springer een ijverig aandeel. Nog zie ik hem zitten op de reusachtige paarden van Staff, die met vereende krachten in het holst van den nacht overeind werden gezet.
Het plaatwerk „de Bouwmeester” bevat verscheidene bekroonde ontwerpen van den overledene, omstreeks dezen tijd vervaardigd.
Nadat ik in 1891 tot architect der gemeente Amsterdam was benoemd heeft Piet Springer mij geholpen bij het teekenen van de werken, die toen werden ondernomen. Met den sedert reeds overleden Kluwer was Piet Springer geplaatst op het teekenbureau voor het Gemeente-Museum. Bij het détailleeren heeft hij daar voortreffelijke diensten bewezen.
Al heeft sedert de richting, waarin de dienst der Publieke Werken van Amsterdam zich bewoog, Piet Springer niet veel gelegenheid gegeven, zijn artistieke talenten te doen blijken, hij bleef toch nuttig werkzaam en behoorde tot de beste krachten, aan het bureau verbonden.
Het is diep treurig, dat iemand, van wien nog zooveel verwacht mocht worden, reeds op negen-en-dertig jarigen leeftijd uit den kring der zijnen werd weggerukt. Vooral deerniswaardig is de grijze Willem Springer, die door het verlies van zijn jongsten zoon zoo zwaar wordt getroffen.
A. W. WEISSMAN
.

tr. te Nieuwer Amstel [nh] op 1 aug 1895 (akte nr. 155)
met

Cornelia Aleida van der Heide, dr. van Bernard Wilhelm van der Heide en Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. te Amsterdam [nh] in 1868.

Dossier:


Cornelia Aleida van der Heide
Cornelia Aleida van der Heide,
geb. te Amsterdam [nh] in 1868.

tr. te Nieuwer Amstel [nh] op 1 aug 1895 (akte nr. 155)
met

Johannes Petrus (Piet) Springer, zn. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 10 jun 1863,
RK,
architect,
ovl. te Amsterdam [nh] op 13 jun 1902,
begr. te Amsterdam [nh] Begraafplaats 'Huis Te Vraag', Rijnsburgstraat 51, grafnr. 2-C-18 op 16 jun 1902.

Opmerkingen Johannes Petrus (Piet) Springer.
Bron: WikipediA.
Piet Springer.
Johannes Petrus Springer , 1862/1863 – aldaar, juni 1902) was een Nederlands architect en medewerker van de Dienst Publieke Werken in Amsterdam. Hij was de jongste zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer, en zijn vrouw Maria Anna Bijlager. Net als zijn vader werkte hij als tekenaar op het bureau van Publieke Werken van de gemeente Amsterdam. In 1883 nam hij deel aan de Wereldtentoonstelling van 1883 in Amsterdam en in 1884 droeg hij bij aan de voorbereidingen van het jubileumfeest van architectuurgenootschap Architectura et Amicitia. Ook won Springer omstreeks deze tijd een aantal architectuurprijsvragen. Springer bleef tot zijn dood werkzaam bij Publieke Werken. Op 1 augustus 1895 trouwde hij in Nieuwer-Amstel met Cornelia Aleida van der Heide. Hij overleed op 39-jarige leeftijd door een val van de trap. Nederlands architect.
***.
Bron: Wikisource.
Auteur: A.W. Weissman.
Datum: Zaterdag 21 juni 1902.
Titel: ‘Johannes Petrus Springer. †’.
Tijdschrift: De Opmerker.
Jg, nr, pg.: 37, 25, 200.
Genre: Proza.
Brontaal: Nederlands.
Bron: libserv.tudelft.nl.
Auteursrecht: Publiek domein.
JOHANNES PETRUS SPRINGER. †.
Het plotseling overlijden van Piet Springer, de jongste telg van het bekende Amsterdamsche geslacht van bouwmeesters zal in vele kringen met diep leedwezen vernomen zijn. De hoogbejaarde ouders verliezen in hem hun jongsten zoon, de beklagenswaardige weduwe een braaf en oppassend echtgenoot.
Mijne eerste herinneringen aan den overledene dagteekenen van 1875. Ik was destijds, met den helaas ook reeds gestorven Herman Goseling bij den Assistent-Stads-Architect Willem Springer in de leer. Piet was toen twaalf jaar omtrent oud, en vermaakte ons met zijn guitenstreken.
In het jaar 1882 trad ik in dienst bij de Gemeente Amsterdam. Ik vond Piet Springer toen op het teekenbureau en bemerkte, dat hij, ofschoon niet zoo geniaal aangelegd als zijn broeder Jan, toch tot de beste krachten behoorde. Stil en bedaard ging hij zijn weg, door zijn collega’s geacht.
Ter gelegenheid der Koloniale Tentoonstelling van 1883 richtte de Gemeente Amsterdam een eigen paviljoen op, waarin zij, onder meer, teekeningen harer uitgevoerde openbare werken ter bezichtiging gaf. Verscheidenen dier teekeningen waren door Piet Springer vervaardigd. Daar de gewone dienst moest doorgaan, gebruikte hij zijn vrijen tijd voor dit werk. Menige nacht moest er aan worden besteed; in een daarvan geschiedde het, dat een aardbeving plaats vond, welke Piet, die op zijn teekentafel was gaan zitten, om het groote vel gemakkelijker te kunnen bewerken, omlaag deed tuimelen.
Architectura vierde in 1884 het feest, dat door hoeveel andere ook gevolgd, toch onovertroffen is gebleven. Aan de voorbereiding van het decoratieve gedeelte nam Piet Springer een ijverig aandeel. Nog zie ik hem zitten op de reusachtige paarden van Staff, die met vereende krachten in het holst van den nacht overeind werden gezet.
Het plaatwerk „de Bouwmeester” bevat verscheidene bekroonde ontwerpen van den overledene, omstreeks dezen tijd vervaardigd.
Nadat ik in 1891 tot architect der gemeente Amsterdam was benoemd heeft Piet Springer mij geholpen bij het teekenen van de werken, die toen werden ondernomen. Met den sedert reeds overleden Kluwer was Piet Springer geplaatst op het teekenbureau voor het Gemeente-Museum. Bij het détailleeren heeft hij daar voortreffelijke diensten bewezen.
Al heeft sedert de richting, waarin de dienst der Publieke Werken van Amsterdam zich bewoog, Piet Springer niet veel gelegenheid gegeven, zijn artistieke talenten te doen blijken, hij bleef toch nuttig werkzaam en behoorde tot de beste krachten, aan het bureau verbonden.
Het is diep treurig, dat iemand, van wien nog zooveel verwacht mocht worden, reeds op negen-en-dertig jarigen leeftijd uit den kring der zijnen werd weggerukt. Vooral deerniswaardig is de grijze Willem Springer, die door het verlies van zijn jongsten zoon zoo zwaar wordt getroffen.
A. W. WEISSMAN
.


Bernard Wilhelm van der Heide
Bernard Wilhelm van der Heide,
geb. circa 1835.

tr.
met

Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelia*1868     


Anna Dorothea Elisabeth Jäncke
Anna Dorothea Elisabeth Jäncke,
geb. circa 1835.

tr.
met

Bernard Wilhelm van der Heide,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelia*1868     


Geertruida Springer
Geertruida Springer,
geb. te Brielle [zh] op 24 mei 1857,
RK,
ovl. te Rosmalen [nb] op 7 apr 1916.


Anna Susanna Springer
Anna Susanna (Suze) Springer,
geb. te Amsterdam [nh] op 30 sep 1858,
RK,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 18 dec 1937.

tr.
met

Leopoldus Josephus Herman, zn. van Josephus Leopoldus Herman (beeldhouwer) en Ida van Coillie,
geb. te Saint-Josse-ten-Noode [vb, België] in 1863,
bouwkundige,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 1 feb 1937.

Opmerkingen Leopoldus Josephus Herman.
Sint-Joost-ten-Node (Frans: Saint-Josse-ten-Noode) of kortweg Sint-Joost is een plaats en gemeente in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ingesloten tussen Brussel-stad en Schaarbeek.


Joannes Ludovicus Springer
Joannes Ludovicus (Jan) Springer,
geb. te Groningen [gr] op 27 jan 1850,
RK,
architect,
ovl. te Den Haag [zh] op 28 mei 1915,
begr. te Den Haag [zh] Begraafplaats 'Oud Eik en Duinen' op 1 jun 1915.

Opmerkingen Joannes Ludovicus (Jan) Springer.
afb1.jpg/GDPim$].
Bron: WikipediA.
Johannes Ludovicus (Jan) Springer (Groningen, 27 januari 1850 – Den Haag, 28 mei 1915) was een Nederlands architect. Hij speelde een belangrijke rol in de totstandkoming van het architectuurgenootschap Architectura et Amicitia en was van 1906 tot zijn dood directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
Levensloop.
Springer was zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer. Hij maakte al op jonge leeftijd naam als architect. In 1869 werd hij lid van de Amsterdamse architectuurvereniging Architectura et Amicitia, niet lang daarna, in 1871, werd hij secretaris en in 1876 voorzitter. Tijdens zijn zestien jaar lange voorzitterschap vormde hij A et A om van een vriendschappelijk onderonsje van met name Amsterdamse architecten tot een landelijke organisatie met een merkbare invloed op de ontwikkeling van de architectuur. De belangrijkste gebeurtenis in dit proces was de reorganisatitie in 1882 waarin A et A werd omgevormd tot een genootschap. Het jaar daarop werd een al bestaand bouwkunde-tijdschrift, De Opmerker, het orgaan van A et A. Om het grote publiek kennis te laten nemen van de activiteiten van A et A organiseerde Springer talloze tentoonstellingen en voordrachten. Springer was hierdoor een vooraanstaande figuur in de Nederlandse bouwwereld.
Jan Springer. Alternatief Beursontwerp. 1888.
In 1888 kreeg hij opdracht van de Amsterdamse Kamer van Koophandel, bij hoofde van A.W. Krasnapolsky, een koopmansbeurs te ontwerpen (zie Beurs van Berlage). De ondernemers hadden namelijk grote bezwaren tegen het ontwerp van gemeentearchitect A.W. Weissman dat het jaar daarvoor door het college van B & W aan de raad was voorgedragen en wilden een einde maken aan de sinds 1882 slepende beurskwestie, temeer vanwege de gehate beursbelasting, die de handelaren vanaf dat jaar moesten betalen. De door Krasnapolsky voorgestelde beurs moest gefinancierd worden 'uit particuliere middelen en uit de opbrengst der entree's [..] en die der huren van winkels, kantoren, monsterzalen enz.'. Krasnapolsky's zeer serieuze request werd op 16 februari 1888 samen met het ontwerp van Springer naar de raad gestuurd.[1] De bezwaren van de KvK tegen het gemeenteplan werden echter op 22 februari door het college weerlegd,[2] maar de raad dwong het college niet lang daarna nog eens goed naar dit plan te kijken.[3].
Omstreeks 1890 veranderde zijn positie binnen A et A echter. Er stond een nieuwe generatie architecten op, die onder invloed van P.J.H. Cuypers probeerde nieuwe kunstbegrippen te propageren. Springer voelde dit aan en trad in 1892 af als voorzitter. Ook het vak van architect schonk hem steeds minder voldoening. Hoe begaafd hij ook was als ontwerper, hij had een totaal gebrek aan talent voor zaken doen en was daarom niet in staat zichzelf als zelfstandig architect te vestigen, laat staan leiding te geven aan een architectenbureau. Hij verhuisde naar Den Haag, waar hij van 1906 tot aan zijn dood directeur was van de tekenacademie. Desondanks heeft hij in Amsterdam een aantal indrukwekkende gebouwen achtergelaten. Ook ontwierp hij verschillende feestdecoraties, zoals die van het genootschapsfeest in 1884 in Maison Stroucken, de monumentale Damversiering ter gelegenheid van de 70e verjaardag van koning Willem III en de Fancy fair in 1887 in het Paleis voor Volksvlijt. Op 1 juni 1915 werd hij in het bijzijn van o.a. A et A-voorzitter Paul de Jongh en zijn oud-vrienden Henri Evers, J.A. van Voorthuysen, K. Sluyterman, Jonas Ingenohl en E. Stark begraven op kerkhof Oud Eik en Duinen in Den Haag.
Enkele werken:.
Kweekschool voor de Zeevaart, Prins Hendrikkade, Amsterdam.
Huis Nierop, Amsterdam.
Stadsschouwburg, Amsterdam.
Noten:.
1. H.G. Jansen en A. Reyding (18 februari 1888) 'Bij de platen', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 7, pp. 49-50. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
2. Anoniem (25 februari 1888) 'Uit den Amsterdamschen gemeenteraad', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 8, pp. 59-61. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
3. H. G. J. (3 maart 1888) 'De beurs', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 9, p. 70. Zie scan TU Delft
.

tr. te Haarlem [nh] op 21 nov 1895 (akte nr. 397)
met

Johanna Jacoba Stoel, dr. van Abraham Jacobus Stoel en Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. te Haarlem [nh] op 20 okt 1860,
ovl. te Bloemendaal [nh] op 1 feb 1924,
begr. te Den Haag [zh] begraafplaats 'Eik en Duinen' op 5 feb 1924.

Opmerkingen Johanna Jacoba Stoel.
fadv1.jpg/GDPim$].

Dossier:


Maria Elisabeth Springer
Maria Elisabeth Springer,
geb. te Groningen [gr] op 30 jan 1852,
RK,
ovl. te Amsterdam [nh] op 18 sep 1888.


Dossier:


Jacobus Bernardus Springer
Jacobus Bernardus Springer,
geb. te Brielle [zh] op 1 aug 1854,
RK,
hoofopzichter, architect 1eklasse bij de gemeentewerken te Amsterdam,
ovl. te Laren (Nh) [nh] op 3 feb 1922,
begr. te Laren (Nh) [nh] Algemene Begraafplaats op 6 feb 1922.

Opmerkingen Jacobus Bernardus Springer.
fadv1.jpg/GDPim$]penskrt.JPG/GDPim$].


Dossier:


Johanna Jacoba Stoel
Johanna Jacoba Stoel,
geb. te Haarlem [nh] op 20 okt 1860,
ovl. te Bloemendaal [nh] op 1 feb 1924,
begr. te Den Haag [zh] begraafplaats 'Eik en Duinen' op 5 feb 1924.

Opmerkingen Johanna Jacoba Stoel.
fadv1.jpg/GDPim$].

tr. te Haarlem [nh] op 21 nov 1895 (akte nr. 397)
met

Joannes Ludovicus (Jan) Springer, zn. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Groningen [gr] op 27 jan 1850,
RK,
architect,
ovl. te Den Haag [zh] op 28 mei 1915,
begr. te Den Haag [zh] Begraafplaats 'Oud Eik en Duinen' op 1 jun 1915.

Opmerkingen Joannes Ludovicus (Jan) Springer.
afb1.jpg/GDPim$].
Bron: WikipediA.
Johannes Ludovicus (Jan) Springer (Groningen, 27 januari 1850 – Den Haag, 28 mei 1915) was een Nederlands architect. Hij speelde een belangrijke rol in de totstandkoming van het architectuurgenootschap Architectura et Amicitia en was van 1906 tot zijn dood directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag.
Levensloop.
Springer was zoon van assistent-stadsarchitect van Amsterdam, Willem Springer. Hij maakte al op jonge leeftijd naam als architect. In 1869 werd hij lid van de Amsterdamse architectuurvereniging Architectura et Amicitia, niet lang daarna, in 1871, werd hij secretaris en in 1876 voorzitter. Tijdens zijn zestien jaar lange voorzitterschap vormde hij A et A om van een vriendschappelijk onderonsje van met name Amsterdamse architecten tot een landelijke organisatie met een merkbare invloed op de ontwikkeling van de architectuur. De belangrijkste gebeurtenis in dit proces was de reorganisatitie in 1882 waarin A et A werd omgevormd tot een genootschap. Het jaar daarop werd een al bestaand bouwkunde-tijdschrift, De Opmerker, het orgaan van A et A. Om het grote publiek kennis te laten nemen van de activiteiten van A et A organiseerde Springer talloze tentoonstellingen en voordrachten. Springer was hierdoor een vooraanstaande figuur in de Nederlandse bouwwereld.
Jan Springer. Alternatief Beursontwerp. 1888.
In 1888 kreeg hij opdracht van de Amsterdamse Kamer van Koophandel, bij hoofde van A.W. Krasnapolsky, een koopmansbeurs te ontwerpen (zie Beurs van Berlage). De ondernemers hadden namelijk grote bezwaren tegen het ontwerp van gemeentearchitect A.W. Weissman dat het jaar daarvoor door het college van B & W aan de raad was voorgedragen en wilden een einde maken aan de sinds 1882 slepende beurskwestie, temeer vanwege de gehate beursbelasting, die de handelaren vanaf dat jaar moesten betalen. De door Krasnapolsky voorgestelde beurs moest gefinancierd worden 'uit particuliere middelen en uit de opbrengst der entree's [..] en die der huren van winkels, kantoren, monsterzalen enz.'. Krasnapolsky's zeer serieuze request werd op 16 februari 1888 samen met het ontwerp van Springer naar de raad gestuurd.[1] De bezwaren van de KvK tegen het gemeenteplan werden echter op 22 februari door het college weerlegd,[2] maar de raad dwong het college niet lang daarna nog eens goed naar dit plan te kijken.[3].
Omstreeks 1890 veranderde zijn positie binnen A et A echter. Er stond een nieuwe generatie architecten op, die onder invloed van P.J.H. Cuypers probeerde nieuwe kunstbegrippen te propageren. Springer voelde dit aan en trad in 1892 af als voorzitter. Ook het vak van architect schonk hem steeds minder voldoening. Hoe begaafd hij ook was als ontwerper, hij had een totaal gebrek aan talent voor zaken doen en was daarom niet in staat zichzelf als zelfstandig architect te vestigen, laat staan leiding te geven aan een architectenbureau. Hij verhuisde naar Den Haag, waar hij van 1906 tot aan zijn dood directeur was van de tekenacademie. Desondanks heeft hij in Amsterdam een aantal indrukwekkende gebouwen achtergelaten. Ook ontwierp hij verschillende feestdecoraties, zoals die van het genootschapsfeest in 1884 in Maison Stroucken, de monumentale Damversiering ter gelegenheid van de 70e verjaardag van koning Willem III en de Fancy fair in 1887 in het Paleis voor Volksvlijt. Op 1 juni 1915 werd hij in het bijzijn van o.a. A et A-voorzitter Paul de Jongh en zijn oud-vrienden Henri Evers, J.A. van Voorthuysen, K. Sluyterman, Jonas Ingenohl en E. Stark begraven op kerkhof Oud Eik en Duinen in Den Haag.
Enkele werken:.
Kweekschool voor de Zeevaart, Prins Hendrikkade, Amsterdam.
Huis Nierop, Amsterdam.
Stadsschouwburg, Amsterdam.
Noten:.
1. H.G. Jansen en A. Reyding (18 februari 1888) 'Bij de platen', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 7, pp. 49-50. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
2. Anoniem (25 februari 1888) 'Uit den Amsterdamschen gemeenteraad', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 8, pp. 59-61. Zie TU Delft scan 1 en scan 2.
3. H. G. J. (3 maart 1888) 'De beurs', De Opmerker, 23e jaargang, nummer 9, p. 70. Zie scan TU Delft
.

Dossier:


Abraham Jacobus Stoel
Abraham Jacobus Stoel,
geb. circa 1835.

tr.
met

Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johanna*1860  †1924  63


Johanna Jacoba Van Beusekom
Johanna Jacoba Van Beusekom,
geb. circa 1835.

tr.
met

Abraham Jacobus Stoel,
geb. circa 1835.

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johanna*1860  †1924  63


Leopoldus Josephus Herman
Leopoldus Josephus Herman,
geb. te Saint-Josse-ten-Noode [vb, België] in 1863,
bouwkundige,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 1 feb 1937.

Opmerkingen Leopoldus Josephus Herman.
Sint-Joost-ten-Node (Frans: Saint-Josse-ten-Noode) of kortweg Sint-Joost is een plaats en gemeente in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, ingesloten tussen Brussel-stad en Schaarbeek.

tr.
met

Anna Susanna (Suze) Springer, dr. van Willem Springer (opzichter waterstaat; Gem. Adviseur in Bouwzaken) en Maria Anna Bijlager,
geb. te Amsterdam [nh] op 30 sep 1858,
RK,
begr. te Amsterdam [nh] op begraafplaats 'Huis te Vraag' grafnr. 2-G-36 op 18 dec 1937.


Josephus Leopoldus Herman
Josephus Leopoldus Herman,
geb. circa 1830,
beeldhouwer.

tr.
met

Ida van Coillie,
geb. circa 1830.

Uit dit huwelijk één zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Leopoldus*1863  1937  74


Ida van Coillie
Ida van Coillie,
geb. circa 1830.

tr.
met

Josephus Leopoldus Herman,
geb. circa 1830,
beeldhouwer.

Uit dit huwelijk één zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Leopoldus*1863  1937  74