Tak Enschede
Sijbrand ten Cate
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Sijbrand (Cypriano) ten Cate,
geb. te Linha Francesa Baixa [rs, Brazilië] op 2 apr 1860,
ovl. op 13 jun 1940.

Opmerkingen Sijbrand ten Cate.
Cypriano ten Caten en zijn nageslacht bleven wonen in de regio waar ze waren geboren, Linha Francesa en Linha Féliz.

kerk.huw. (RK) te Bom Princípio [rs, Brazilië] Nossa Senhora da Purificação op 15 feb 1881 (getuigen: Nicolau Ost en Pedro Warken)
met

Maria Warken, dr. van João Warken en Barbara Schmidt,
geb. te Duitsland [Duitsland] (Pruisen) in 1857,
ovl. te Bom Princípio [rs, Brazilië] op 6 nov 1917,
begr. te Bom Princípio [rs, Brazilië] op 7 nov 1917.

Uit dit huwelijk 8 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 João*1882     1 0 
2 Barbara*1884 Bom Princípio [rs, Brazilië] †1884 Bom Princípio [rs, Brazilië] 00 0 
3 Felippe*1887 Bom Princípio [rs, Brazilië]    1 0 
4 Maria*1889 Bom Princípio [rs, Brazilië]    0 0 
5 Leopoldo*1892 Bom Princípio [rs, Brazilië] †1920 Bom Princípio [rs, Brazilië] 270 0 
6 Margarida*1894 Bom Princípio [rs, Brazilië]    0 0 
7 Emilio*1896     1 1 
8 Antonio*1898 Bom Princípio [rs, Brazilië]    0 0 


Dossier:

Henriëtte van der Wijck
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Jkvr. Henriëtte (Hendrika, Hendriette) van der Wijck,
geb. te Markelo [ov] (Herike, op huize "De Stoevelaar") op 7 dec 1816 Dagtekening akte is 04-01-1819 17:00 uur. Hij heeft verklaard dat hij zich vader erkent te zijn van een kind van het vrouwelijk geslacht het welke mij den negende december des jaars achttien honderd zestien des voormiddags ten tien uren voorgesteld en door mij vader den naam Hendrietta op de registers van den Burgelijken Stand der voormalig verenigde Gemeente Goor ingeschreven is geworden; welk kind hij heeft gehad van Jenneken Wolbrink oud vijf en twintig jaren, huishoudster wonende op Stoevelaar voormeld.
De Heer Berend Hendrik van der Wijck, Heer van Stoevelaar, met Mejuffrouw Jenneken Volbrink in den echt bevestigd zijnde hebben zij bij huwelijksacte van den 22 augustus 1820 voor den Ambtenaar van den burgerlijken Staat dezes Schoutambts bovenstaande genoemde kind Henrietta gewettigd en als zodanig voor het hunne erkend (getuigen: Gerrit Jan Amtink en Carel Willem Kelly),
ged. NG te Markelo [ov] op 15 dec 1816,
ovl. te Linha Francesa Baixa [rs, Brazilië] op 17 apr 1864,
begr. te Linha Francesa Baixa [rs, Brazilië] Op de begraafplaats aan de Estrada Barão in 1864.

Opmerkingen Jkvr. Henriëtte van der Wijck.
Henriëtte werd begraven op de RK-begraafplaats te La Linha Francesa Baixa, Rio Grande do Sul. De begraafplaats stond op grond in bezit van haar man Barend ten Cate (Bron: Luiz Neri ten Caten).

tr. te Markelo [ov] op 6 apr 1848 (akte nr. 5) (getuige: Adolf Willem Herm van 's Gravensande, Albert Herm Boskamp, Petrus Jan Fabius, Hendrik Johannes van Opstall)
met

Barend ten Cate, zn. van Hendrik ten Cate (fabrikeur) en Gezina Buddeke,
geb. te Enschede [ov] op 12 jul 1823 ten 15.30 (getuigen: Hermanus Greve, 76 jaar, hoedenmaker en Bernardus Greve, 49 jaar, hoedenmaker),
veenbaas (1848, 1853), landbouwer te Jubbega Schurega, daarna koffieplanter in Brazilië,
ovl. te Brazilië [Brazilië] in 1865,
begr. te Linha Francesa Alta [rs, Brazilië] op de RK-begraafplaats, Rua do Posto in 1865.

Opmerkingen Barend ten Cate.
1848 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Provisionele en finale toewijzing.
Betreft de verkoop van een huizinge met enig land, koopsom fl. 846.
-Aaltje Hendriks Kamminga te Appelscha, weduwe van Jannes Wijnholts Langeloo,.
verkoper.
-de Compagnons van de Opsterlandse en Ooststellingwerfse vaarten en veenen,.
verkoper.
-Willem Jans de Wilde te Appelscha, koper.
Betreft een huis met grond.
-Johannes Wytzes Kalsbeek te Appelscha, in kwaliteit.
-Lammert Jans Tiesinga te Appelscha, verkoper.
-Jan Pieters Brouwer te Appelscha, koper.
Betreft de verkoop van een huis met enig grond, koopsom fl. 1080.
-Foppe Jans Duursma te Appelscha, verkoper.
-Pieter ten Cate te Almelo, koper.
-Barend ten Cate te Almelo, koper.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111011.
Repertoirenr.: 930 en 934 d.d. 21 januari 1848.
***.
1848 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Provisionele en finale toewijzing.
Betreft 12 percelen hoogveen te Appelscha, koopsom fl. 10.249.
-jonkheer Jan Anne Lycklama a Nijeholt te Beetsterzwaag, in kwaliteit.
-David George Wijndels te Heerenveen, in kwaliteit.
-de Compagnons van de Opsterlandse en Ooststellingwerfse vaarten en veenen,.
verkoper.
-Barend ten Cate te Appelscha, koper.
-Hendrik Jans Reinders te Appelscha, koper.
-Alle Jans van der Sluis te Hemrik, koper.
-Johannes Engberts van der Meulen te Drachten, koper.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111011.
Repertoirenr.: 1018 en 1025 d.d. 14 november 1848.
***.
1849 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Royement, akte niet aanwezig.
- Foppe Jans Duursma, arbeider te Appelscha.
- Pieter ten Cate te Lonneker.
- Barend ten Cate te Lonneker.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111012.
Repertoirenr.: 1099 d.d. 16 juni 1849.
***.
1851 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Provisionele en finale toewijzing.
Betreft de verkoop van een huis nabij de Drentse scheiding te Appelscha,.
koopsom fl. 338.
- Jan Jans Prakken te Donkerbroek, verkoper.
- Jochum Jacobs Klooster te Donkerbroek, verkoper.
- Sybrand Jans Prakken te Kolderveen, verkoper.
- Barend ten Cate te Appelscha, koper.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111014.
Repertoirenr.: 1359 en 1367 d.d. 27 maart 1851.
***.
1852 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Obligatie.
Betreft een kapitaal van fl. 2300.
- Pieter ten Cate te Appelscha, schuldenaar.
- Barend ten Cate te Appelscha, schuldenaar.
- Hillebrand Harmens Hartholt te Donkerbroek, schuldeiser.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111015.
Repertoirenr.: 1461 d.d. 19 januari 1852.
***.
1852 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Lastgeving.
Betreft hun in beslag genomen goederen.
- Pieter ten Cate te Appelscha, lastgever.
- Barend ten Cate te Appelscha, lastgever.
- Pier Wichers Pit te Oosterwolde, lasthebber.
- Simon Hendriks Taconis te Heerenveen, schuldeiser.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111015.
Repertoirenr.: 1555 d.d. 23 oktober 1852.
***.
1852 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Provisionele en finale toewijzing.
Betreft de verkoop van veenen, huizen en landerijen in 16 percelen te.
Appelscha, koopsom fl. 6436.
- Pieter ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Barend ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Jeen Gerrits Stoker te Appelscha, koper.
- Willebrand Harmens Hartholt te Donkerbroek, schuldeiser.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111015.
Repertoirenr.: 1562 en 1568 d.d. 13 november 1852.
***.
1852 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Huurcontract.
Betreft de verhuur van een arbeiderswoning en 2 woningen nabij Scheid te.
Appelscha, huursom fl. 25 ieder.
- Pieter ten Cate te Appelscha, verhuurder.
- Barend ten Cate te Appelscha, verhuurder.
- Teeke Jurjens Proem te Appelscha, huurder.
- Karst Arends Harder te Appelscha, huurder.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111015.
Repertoirenr.: 1571 d.d. 30 november 1852.
***.
1853 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Koopakte.
Betreft de verkoop van al de turf op het perceel genaamd Sybrandspolle te.
Appelscha, koopsom fl. 372.
- Pieter ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Barend ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Jeen Gerrits Stoker te Appelscha, koper.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111016.
Repertoirenr.: 1602 d.d. 10 januari 1853.
***.
1853 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Verkoping.
Betreft de verkoop van een veenderij en boeren gereedschappen te Appelscha,.
opbrengst fl. 519.
- Pieter ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Barend ten Cate te Appelscha, verkoper.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111016.
Repertoirenr.: 1605 d.d. 25 januari 1853.
***.
1853 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Koopakte.
Betreft de verkoop van een perceel hoogveen aan de tiende wijk te Appelscha,.
koopsom fl. 778.
- Pieter ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Barend ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Alle Jans van der Sluis te Hemrik, koper.
- Pier Jans van der Sluis te Hemrik, koper.
- de Compagnons van de Opsterlandse en Ooststellingwerfse vaarten en veenen.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111016.
Repertoirenr.: 1609 d.d. 29 januari 1853.
***.
1853 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Koopakte.
Betreft de verkoop van een perceel hoogveen aan de tiende wijk te Appelscha,.
koopsom fl. 510.
- Pieter ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Barend ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Alle Jans van der Sluis te Hemrik, koper.
- Pier Jans van der Sluis te Hemrik, koper.
- de Compagnons van de Opsterlandse en Ooststellingwerfse vaarten en veenen.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111016.
Repertoirenr.: 1610 d.d. 29 januari 1853.
***.
1853 Oosterwolde, notaris K. Tadema.
Gemeente: Ooststellingwerf.
Koopakte.
Betreft de verkoop van al de turf op het perceel hoogveen aan de derde wijk en.
op 2 percelen van Damspollen genaamd aan de hoofdvaart te Appelscha, koopsom.
fl. 600.
- Pieter ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Barend ten Cate te Appelscha, verkoper.
- Ohtmar ten Cate te Hoornsterzwaag, koper.
Bron: Tresoar.
Toegangsnr. : 26.
Inventarisnr.: 111016.
Repertoirenr.: 1611 d.d. 29 januari 1853.
*.
(fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 9). Hij vertrekt ± 1857 met zijn gezin naar Brazilië, alwaar zij op hun koffieplantage te La Linha Francesa Baixa, Rio Grande do Sul overlijden.
Opmerkingen Barend ten Cate en Henriëtte van der Wijck
GaHetNa: Geschiedenis van de groepsmigratie van Nederlanders naar Brazilië.
Algemeen
De groepsmigratie van Nederlanders naar Brazilië in de negentiende en twintigste eeuw heeft geleid tot een aantal gemeenschappen die bepalend zijn voor de moderne Braziliaanse beeldvorming van Nederland. Deze gids beperkt zich tot de groepsmigratie in de periode 1822-1992, voor de eerdere Nederlandse migratie naar Brazilië wordt verwezen naar het werk van Harold van Straaten en het project Mauritiana.[1] De Nederlandse groepsmigratie in deze periode staat in de bredere context van de trans-Atlantische migratie die in de periode 1815-1930 leidde tot de verplaatsing van ongeveer 50 miljoen mensen. Het Nederlandse aandeel was beperkt tot ongeveer 250.000 personen, 0.5 % van het totaal aantal Atlantische migranten.[2]
De Nederlandse groepsmigratie naar Brazilië kan verdeeld worden in twee periodes namelijk de periode 1822-1936 en de periode 1936-1992. In de eerste periode was landverhuizing vooral een maatschappelijk fenomeen dat ontstond door de vraag van immigratielanden en dat werd aangestuurd door particuliere emigratie bemiddelaars. De ‘pull factor’ leidde tot een ongeleide groepsmigratie van Nederlanders naar Brazilië, die verliep in twee golven.
Na de onafhankelijkheid in 1822 stimuleerde de Braziliaanse overheid de immigratie van ‘blanke’ Europeanen. In de negentiende eeuw migreerden aanvankelijk vooral Portugezen en daarna ook Spanjaarden en Italianen. Duitse migranten vestigden zich vanaf 1824 vooral in Rio Grande do Sul en Santa Catarina. De eerste Nederlanders mengden zich omstreeks 1850 in deze grotere stroom. Deze eerste groepsmigratie was niet erg succesvol en de belangstelling in Nederland voor Brazilië als emigratiebestemming nam af.
De bemoeienis van de Braziliaanse overheden met immigratie na de afschaffing van de slavernij in 1888 en de instelling van de Federale Republiek in 1889, leidde tot een tweede Nederlandse migratiegolf in de periode 1907-1914. Immigranten kregen het aanbod zich te vestigen in regeringskolonies waar zij na een aantal jaren recht op land verkregen, de reis werd door de Braziliaanse overheid betaald.
Hack schatte het aantal Nederlandse emigranten naar Brazilië tussen 1884 en 1940 op 8.200 personen, 0.2% van het totaal aantal immigranten dat in deze periode in Brazilië arriveerde. Het hoogtepunt van de Nederlandse emigratie lag tussen 1904-1914 toen 3.456 personen naar Brazilië vertrokken, waarvan 2.073 in 1908 en 1909. Brazilië was in de periode 1860-1914 relatief populair bij Nederlanders want 6.5 % van het totaal aantal Nederlanders die in deze periode emigreerden koos het als migratiebestemming.[3]
De landverhuizing in deze periode werd gekenmerkt door de grote vraag naar agrarische migranten. Commerciële emigratiebemiddelaars verdienden aan hun bemiddelingsactiviteiten en vaak werden emigranten gelokt met valse beloftes. De Nederlandse emigranten werden in Brazilië geconfronteerd met vele obstakels. Een onbekende onontgonnen natuur, een andere cultuur en een vreemd klimaat brachten velen tot de bedelstaf of zelfs de dood. Talrijke emigranten moesten in de periode 1910-1925 uit Brazilië terug naar Nederland gerepatrieerd worden en de populariteit van het land als migratiebestemming nam voor de tweede keer af, ondanks het beperken van de immigratie door de V.S. in 1921.[4]
[1]Straaten 1988 ; zie voor het project Mauritiana http://www.cnwspublications.com/series/mauritiana.asp.
[2]Stekelenburg 2000: 3
[3]Zuid-Amerika was relatief populair als emigratiebestemming. In 1889 emigreerden bijvoorbeeld 4.007 Nederlanders naar Argentinië, terwijl in het topjaar 1882 totaal 9.517 Nederlanders naar de V.S. emigreerden (Hack 1959: 6-8).
[4]Swierenga 1998, Kiewit 2011.

Uit dit huwelijk 7 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Berend*1848 Markelo [ov] †1916 Cêrro Largo [rs, Brazilië] 681 8 
2 Othmar*1850 Appelscha [fr] †1906 Linha Francesa [rs, Brazilië] 561 11 
3 Johan*1852 Appelscha [fr] †1852 Appelscha [fr] 00 0 
4 Hendrik*1852 Appelscha [fr] †1853 Appelscha [fr] 10 0 
5 Johanna*1854 Jubbega Schurega [fr] †1887  331 10 
6 Hendrik*1856 Jubbega Schurega [fr] †1935 Cêrro Largo [rs, Brazilië] 791 9 
7 Sijbrand*1860 Linha Francesa Baixa [rs, Brazilië] †1940  801 8 


Dossier:

Berend Hendrik van der Wijck
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Jhr. Berend Hendrik van der Wijck (van der Wijck van den Stoevelaar),
geb. te Goor [ov] in 1756,
luitenant-kolonel,
ovl. te Markelo [ov] (Herike) op 14 apr 1830 (akte nr. 35).

Opmerkingen Jhr. Berend Hendrik van der Wijck.
Stoevelaar wordt voor het eerst genoemd in een lijst van leenmannen van het Sticht Utrecht uit circa 1379. Johan ten Thije werd toen met de Stuvelhof en verscheidene andere goederen in Herike beleend. Na enkele generaties Ten Thije kwam het erf door huwelijk in handen van de familie Van Coeverden. Deze familie bezat de havezate tot 1710 toen de laatste mannelijke telg van deze tak, Borchard Amelis van Coeverden, kinderloos overleed. Zijn oomzegger Johan Philips Christoffel van Keppel, zoon van Borchards zuster Aleida Isabella van Coeverden en van Arnold Ludolf van Keppel tot Odink erfde vervolgens Stoevelaar. Na het overlijden van Van Keppel in 1741 lieten zijn crediteuren zijn nalatenschap in 1743 veilen.
Eigenaar van Stoevelaar werd toen Derk van der Wijck, burgemeester van Zwolle. Derk overleed kinderloos in 1751. Erfgenaam werd Johan Hendrik, de tweede zoon van wijlen zijn broer Berend Hendrik van der Wijck en Anna Margaretha Klint. Na een conflict om zijn nalatenschap kreeg uiteindelijk Johan Hendriks zoon Berend Hendrik Stoevelaar toegewezen. Berend Hendrik trouwde in 1820 met Johanna Volbrink. Hij overleed in 1830. Zijn dochter Marie Henriette van der Wijck van Stoevelaar liet vervolgens in 1847 het kasteel afbreken en vervangen door een kleiner, moderner huis. Marie Henriette en haar man Johannes Jarman lieten Stoevelaar in 1863 veilen.
De huisplaats werd gekocht door de broers Nicolaas en Egbert Jannink. Zij lieten het nieuwe landhuis afbreken en bouwden een herenkamer aan het bouwhuis. Na een verdeling van de goederen kreeg Nicolaas de Stoevelaar toebedeeld. Zijn erfgenamen verkochten het in 1952 aan Johan Berend Jan Elbert.
***.
http://www.kasteleninoverijssel.nl/pages/stoevelaar.htm:.
Stoevelaar.
De voormalige havezate Stoevelaar lag bij Hericke.
Ontstaan:.
Circa in 1208 zou het kasteel, ook wel bekend als Stuvelhof, al bestaan hebben.
Alleen nog een bouwhuis is aanwezig, dat dient om vakantiegangers onderdak te bieden. In 1847 is het huis afgebroken.
Bewoners:.
Wi, schepenen, betughen dat Johan van Tye van dier Stuvelborch hevet ghecoft weder Lambertes sone ter Maet Johanne siin hus ende sinen gaerden alsulc ghelegen is.
De Stuvelhof vor borchleen to Goer mit woenynge en hore toebehoringhe gheleghen in den kerspel van Markel beleend door:.
1379-1382.
Jan Tye.
10-9-1394/ca. 1417.
Johan van den Tye.
30-10-1433.
Johan die Roede.
9-1-1452.
Johan die Roede na de dood van zijn vader Johan die Roede.
20-10-1457.
Johan die Roede.
1475, Schattingsregister.
Johan de Rode, denstman. 2 s.
2-5-1495.
Johan van Coevorden na opdracht door Johan die Rode.
21-7-1497.
Johan van Covorden Reynaltssoen.
31-7-1505.
Reynalt van Covorden, onmondig, na de dood van zijn vader Johan van Covorden. Hulder Wolter van Covorden.
21-7-1518.
Reynalt van Covorden.
7-2-1526.
Reynalt van Coevoerden Janssoen.
30-11-1531.
Reynalt van Coevoerden Janszoen.
22-5-1557.
Reynt van Coeforden.
26-11-1574.
Goessen van Covorden na de dood van zijn vader Reynt van Covorden.
26-11-1574.
Jacob van Covorden na opdracht door zijn broer Goessen van Covorden tot Rhaen.
13-10-1619.
Borchardt van Couverden na de dood van zijn vader Jacob van Couverden.
22-5-1626.
Borchart van Coeverden na de dood van zijn vader Jacob van Coeverden.
21-6-1686.
Jacob van Koeverden tot den Stuiveler, luitenant-stadhouder van de lenen van de provincie Overyssel.
9-3-1708.
Borchard Amelis van Coeverden toe Stuvelaar ende Hengelo na de dood van zijn vader Jacob van Coeverden tot Stuvelaar.
3-3-1714.
Johan Philips Cristoffel van Keppel, zoals zijn oom Borchard Amelis van Coevorden daarmee was beleend.
24-2-1729.
Jan Philip van Keppel toe Stoevelaar met lediger hand.
Op dezelfde dag werden zijn huwelijkse voorwaarden met Agnes van Rheede van 30-11-1722 bekrachtigd.
25-11-1750.
Georg Borchart Unico van Keppel tot Hengelo als beneficiaire erfgenaam van zijn al vele jaren eerder overleden broer Johan Philip Christoffer van Keppel tot Stoevelaar.
2-1-1751.
Derk van der Wijk als koper, hoewel Georg Borchart Unico van Keppel tot Hengelo tot dan toe had nagelaten Stoevelaar en de andere betrokken leengoederen te zijnen behoeve op te dragen.
14-4-1752.
Anna Margareta Klint, weduwe Van de Water, namens haar onmondige zoon Joan Hendrik van der Wijk als testamentaire erfgenaam van Derk van der Wijk. Hulder Hertger Vlier.
18-7-1756.
Jan Hendrik van der Wijk als erfgenaam en leenvolger van zijn overleden oom Derk van der Wijk, burgemeester van Zwolle, met lediger hand.
In de voorgevel van het oude kasteel bevond zich onder het wapen van de Van Coeverden's een gevelsteen met Latijnse tekst, vertaald:.
"In het jaar 1460 heeft Reinoud van Coeverden, kleinzoon van Reinoud, den laatsten heer van Van Coeverden en Drenthe, dezen burcht voor zich en de zijnen verkregen door zijn huwelijk met Catharina de Rode van Heeckeren. Van toen af hebben zijn zoon en kleinzonen, allen hunne vaders opvolgende, tegelijk met hunne echtgenooten het onafgebroken bezeten, namelijk Johannes en Anna van Ittersum erfvrouwe van Rhaan, Reinoud en Cornelia van Varik tot Varik, Jacobus en Maria van Ittersum tot Garner, Borchardus en Anna Catharina Ripperda tot Weldam, Jacobus en Nicolina Ripperda tot Hengelo en Borchardus Aemelius tot Stoevelaar en Hengelo, die, toen het door ouderdom in elkander viel, het vernieuwd heeft. Het oude kasteel zijnde gesticht Anno 1208".
Midden 18e eeuw is het in bezit gekomen van de Zwolse burgemeestersfamilie Van der Wijck.
De weduwe van de laatste Van der Wijck liet het kasteel in 1844 afbreken. Het bleek een sterk kasteel te zijn geweest dat op elke hoek een zware toren had. De muren waren bijzonder dik. Het gebouw, waaraan zich veel Bentheimer steen bevond, was geheel omringd door water en had bovendien nog een buitengracht. In de nabijheid is nog een gewoon heerenhuis geweest. De gehele bezitting is in 1863 publiek verkocht en het huis met de tuinen binnen de gracht werd toen het eigendom van den heer N. Jannink, predikant te Goor.
Het genoemde heerenhuis is nu het erve Stoevelaar.
Huidige doeleinden.
Toegankelijk.
Foto's Foto 1 (bouwhuis).
Tekening 1 (voorkant, penseeltekening W.M.S. van Duren, 1840).
Tekening 2 (voorkant veraf, pentekening J. van der Wyck, 18e eeuw).
Bronnen Tekst: De havezaten in Twente en hun bewoners / A.J. Gevers en A.J. Mensema, 1995; ISBN 90-400-9766-6 en Anton Vedders.
Foto 1: Peter van der Wielen (zijn collectie is in bruikleen bij de NKS).
Tekeningen 1 en 2: Overijsselse buitenplaatsen / H.W.M. van der Wyck, J. Enklaar-Lagendijk, 1983; ISBN 9064696179.

tr. te Markelo [ov] op 22 aug 1820 (akte nr. 16)
met

Johanna (Jenneken) Volbrink (Volberink), dr. van Jan Hendrik Volbrink (schipper) en Hendrike Brunnikreeft,
geb. te Wierden [ov] op 4 jan 1794,
ged. NG te Enter [ov] op 5 jan 1794,
huishoudster op de Stoevelaar,
ovl. te Lochem [ge] op 6 mrt 1867 (akte nr. 8),
begr. te Zutphen [ge] Oude Begraafplaats, Zutphenseweg 13 op 8 mrt 1867 grafnr. AFD1-025 (grafmonument is verwijderd).
Opmerkingen Berend Hendrik van der Wijck en Johanna Volbrink
Voornoemde gehuwden hebben terstond verklaard dat van hen twee kinderen zijn geboren: Hendrieka, geb. 09-12-1816 (register BS voormalige gemeente Goor) en Berendina Johanna, geb. 12-01-1819 (register gemeente Markelo). De moeder van de bruid heeft op de zitting haar formele en uitdrukkelijke toestemming tot het aangaan van dit huwelijk gegeven. Grootouders van de bruidegom van vaders zijde waren Berend Hendrick van der Wijck, in leven Rigter en Ontvanger te Delden en Vrouwe Anna Margaretha Klint en van moederszijde Harmen Brouwers, in leven gemeenteman der Stad Deventer en Vrouwe Hendrietta Maas.
De VT Markelo 1829 vermeldt: Berend Hendrik van der Wijck 73 jr, Johanna Volbrink, 35 jr, geb. Enter, Hendrietta van der Wijck, 13 jr, Berendina Johanna van der Wijck, 10 jr, Maria Hendrietta van der Wijck, 8 jr, inwonend: Gerrit Nijenhuis, 25 jr, geboren Laren, knecht, Albert Jan Eelderink, 24 jr, geb. Laren, tuinier, Christina Slot, 24 jr, geb. Goor, meid, Jenneken Olthoff, 24 jr, meid, Aaltje Wolters, 18 jr. meid, Jan Tijman, 12 jr, geb. Gelselaar, beestenhoeder, Albert Harm Boskamp, 30 jr, schoolonderwijzer, Hendrika Brunnekreef, 70 jr, geb. Enter (moeder van Johanna Volbrink).
***
GEMEENTE HOF VAN TWENTE EEN ARCHEOLOGISCHE INVENTARISATIE, VERWACHTINGS - EN BELEIDSADVIESKAART BAAC rapport V-8.0417 november 2009, blz. 57
Havezate Stoevelaar bevindt zich ten westen van Goor, in het buurtschap Herike. Het
betreft een terrein van hoge archeologische waarde (CMA-nr. 2547; CAA-nr. 4829).
Stoevelaar behoorde tot de leengoederen van de bisschop van Utrecht en werd
omstreeks 1380 voor het eerst vermeld als 'Stuvelhof'. Halverwege de 17e eeuw telde
het huis acht vuursteden, een oven en een brouwketel. Het huis behoorde daarmee tot
de wat grotere huizen van Twente. In 1676 vond er nog een verbouwing plaats en
tussen 1700 en 1708 werd het huis na sloop opnieuw opgebouwd. Dit huis werd rond
1847 weer afgebroken en vervangen door een kleiner huis. Rond 1863 werd aan dit
bouwhuis een herenkamer toegevoegd, die rond 1980 werd gesloopt. Het bouwhuis
zelf is blijven bestaan. In 1952 werd het grootste deel van de gracht gedempt. Ook de
ruilverkavelingen in 1984 hebben veel schade toegebracht. Het grachtenstelsel is door
verkleuringen in de grond en door reliëfverschil nog te herleiden. Bij het koetshuis ligt
nog een deel van de 6 meter brede gracht open. Op het terrein zijn nog puinresten
aanwezig, met mogelijk nog een deel van de fundamenten.
Bij de havezate hoorden een aantal boerderijen. Ten zuidoosten lag boerderij
Stoevelman die in 1912 is gesloopt. Hier vlakbij lag het Hekhuis.
Ruim een halve kilometer zuidelijk van de havezate lag de boerderij Matena, ook wel
Mottena of Klein-Stoevelaar genoemd.

Uit dit huwelijk 3 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Henriëtte*1816 Markelo [ov] †1864 Linha Francesa Baixa [rs, Brazilië] 471 7 
2 Berendina*1819 Markelo [ov] †1861 Markelo [ov] 421 0 
3 Maria*1821 Markelo [ov] †1891 Almelo [ov] 701 0 


Dossier:

Johanna Volbrink
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Johanna (Jenneken) Volbrink (Volberink),
geb. te Wierden [ov] op 4 jan 1794,
ged. NG te Enter [ov] op 5 jan 1794,
huishoudster op de Stoevelaar,
ovl. te Lochem [ge] op 6 mrt 1867 (akte nr. 8),
begr. te Zutphen [ge] Oude Begraafplaats, Zutphenseweg 13 op 8 mrt 1867 grafnr. AFD1-025 (grafmonument is verwijderd).

tr. te Markelo [ov] op 22 aug 1820 (akte nr. 16)
met

Jhr. Berend Hendrik van der Wijck (van der Wijck van den Stoevelaar),
geb. te Goor [ov] in 1756,
luitenant-kolonel,
ovl. te Markelo [ov] (Herike) op 14 apr 1830 (akte nr. 35).

Opmerkingen Jhr. Berend Hendrik van der Wijck.
Stoevelaar wordt voor het eerst genoemd in een lijst van leenmannen van het Sticht Utrecht uit circa 1379. Johan ten Thije werd toen met de Stuvelhof en verscheidene andere goederen in Herike beleend. Na enkele generaties Ten Thije kwam het erf door huwelijk in handen van de familie Van Coeverden. Deze familie bezat de havezate tot 1710 toen de laatste mannelijke telg van deze tak, Borchard Amelis van Coeverden, kinderloos overleed. Zijn oomzegger Johan Philips Christoffel van Keppel, zoon van Borchards zuster Aleida Isabella van Coeverden en van Arnold Ludolf van Keppel tot Odink erfde vervolgens Stoevelaar. Na het overlijden van Van Keppel in 1741 lieten zijn crediteuren zijn nalatenschap in 1743 veilen.
Eigenaar van Stoevelaar werd toen Derk van der Wijck, burgemeester van Zwolle. Derk overleed kinderloos in 1751. Erfgenaam werd Johan Hendrik, de tweede zoon van wijlen zijn broer Berend Hendrik van der Wijck en Anna Margaretha Klint. Na een conflict om zijn nalatenschap kreeg uiteindelijk Johan Hendriks zoon Berend Hendrik Stoevelaar toegewezen. Berend Hendrik trouwde in 1820 met Johanna Volbrink. Hij overleed in 1830. Zijn dochter Marie Henriette van der Wijck van Stoevelaar liet vervolgens in 1847 het kasteel afbreken en vervangen door een kleiner, moderner huis. Marie Henriette en haar man Johannes Jarman lieten Stoevelaar in 1863 veilen.
De huisplaats werd gekocht door de broers Nicolaas en Egbert Jannink. Zij lieten het nieuwe landhuis afbreken en bouwden een herenkamer aan het bouwhuis. Na een verdeling van de goederen kreeg Nicolaas de Stoevelaar toebedeeld. Zijn erfgenamen verkochten het in 1952 aan Johan Berend Jan Elbert.
***.
http://www.kasteleninoverijssel.nl/pages/stoevelaar.htm:.
Stoevelaar.
De voormalige havezate Stoevelaar lag bij Hericke.
Ontstaan:.
Circa in 1208 zou het kasteel, ook wel bekend als Stuvelhof, al bestaan hebben.
Alleen nog een bouwhuis is aanwezig, dat dient om vakantiegangers onderdak te bieden. In 1847 is het huis afgebroken.
Bewoners:.
Wi, schepenen, betughen dat Johan van Tye van dier Stuvelborch hevet ghecoft weder Lambertes sone ter Maet Johanne siin hus ende sinen gaerden alsulc ghelegen is.
De Stuvelhof vor borchleen to Goer mit woenynge en hore toebehoringhe gheleghen in den kerspel van Markel beleend door:.
1379-1382.
Jan Tye.
10-9-1394/ca. 1417.
Johan van den Tye.
30-10-1433.
Johan die Roede.
9-1-1452.
Johan die Roede na de dood van zijn vader Johan die Roede.
20-10-1457.
Johan die Roede.
1475, Schattingsregister.
Johan de Rode, denstman. 2 s.
2-5-1495.
Johan van Coevorden na opdracht door Johan die Rode.
21-7-1497.
Johan van Covorden Reynaltssoen.
31-7-1505.
Reynalt van Covorden, onmondig, na de dood van zijn vader Johan van Covorden. Hulder Wolter van Covorden.
21-7-1518.
Reynalt van Covorden.
7-2-1526.
Reynalt van Coevoerden Janssoen.
30-11-1531.
Reynalt van Coevoerden Janszoen.
22-5-1557.
Reynt van Coeforden.
26-11-1574.
Goessen van Covorden na de dood van zijn vader Reynt van Covorden.
26-11-1574.
Jacob van Covorden na opdracht door zijn broer Goessen van Covorden tot Rhaen.
13-10-1619.
Borchardt van Couverden na de dood van zijn vader Jacob van Couverden.
22-5-1626.
Borchart van Coeverden na de dood van zijn vader Jacob van Coeverden.
21-6-1686.
Jacob van Koeverden tot den Stuiveler, luitenant-stadhouder van de lenen van de provincie Overyssel.
9-3-1708.
Borchard Amelis van Coeverden toe Stuvelaar ende Hengelo na de dood van zijn vader Jacob van Coeverden tot Stuvelaar.
3-3-1714.
Johan Philips Cristoffel van Keppel, zoals zijn oom Borchard Amelis van Coevorden daarmee was beleend.
24-2-1729.
Jan Philip van Keppel toe Stoevelaar met lediger hand.
Op dezelfde dag werden zijn huwelijkse voorwaarden met Agnes van Rheede van 30-11-1722 bekrachtigd.
25-11-1750.
Georg Borchart Unico van Keppel tot Hengelo als beneficiaire erfgenaam van zijn al vele jaren eerder overleden broer Johan Philip Christoffer van Keppel tot Stoevelaar.
2-1-1751.
Derk van der Wijk als koper, hoewel Georg Borchart Unico van Keppel tot Hengelo tot dan toe had nagelaten Stoevelaar en de andere betrokken leengoederen te zijnen behoeve op te dragen.
14-4-1752.
Anna Margareta Klint, weduwe Van de Water, namens haar onmondige zoon Joan Hendrik van der Wijk als testamentaire erfgenaam van Derk van der Wijk. Hulder Hertger Vlier.
18-7-1756.
Jan Hendrik van der Wijk als erfgenaam en leenvolger van zijn overleden oom Derk van der Wijk, burgemeester van Zwolle, met lediger hand.
In de voorgevel van het oude kasteel bevond zich onder het wapen van de Van Coeverden's een gevelsteen met Latijnse tekst, vertaald:.
"In het jaar 1460 heeft Reinoud van Coeverden, kleinzoon van Reinoud, den laatsten heer van Van Coeverden en Drenthe, dezen burcht voor zich en de zijnen verkregen door zijn huwelijk met Catharina de Rode van Heeckeren. Van toen af hebben zijn zoon en kleinzonen, allen hunne vaders opvolgende, tegelijk met hunne echtgenooten het onafgebroken bezeten, namelijk Johannes en Anna van Ittersum erfvrouwe van Rhaan, Reinoud en Cornelia van Varik tot Varik, Jacobus en Maria van Ittersum tot Garner, Borchardus en Anna Catharina Ripperda tot Weldam, Jacobus en Nicolina Ripperda tot Hengelo en Borchardus Aemelius tot Stoevelaar en Hengelo, die, toen het door ouderdom in elkander viel, het vernieuwd heeft. Het oude kasteel zijnde gesticht Anno 1208".
Midden 18e eeuw is het in bezit gekomen van de Zwolse burgemeestersfamilie Van der Wijck.
De weduwe van de laatste Van der Wijck liet het kasteel in 1844 afbreken. Het bleek een sterk kasteel te zijn geweest dat op elke hoek een zware toren had. De muren waren bijzonder dik. Het gebouw, waaraan zich veel Bentheimer steen bevond, was geheel omringd door water en had bovendien nog een buitengracht. In de nabijheid is nog een gewoon heerenhuis geweest. De gehele bezitting is in 1863 publiek verkocht en het huis met de tuinen binnen de gracht werd toen het eigendom van den heer N. Jannink, predikant te Goor.
Het genoemde heerenhuis is nu het erve Stoevelaar.
Huidige doeleinden.
Toegankelijk.
Foto's Foto 1 (bouwhuis).
Tekening 1 (voorkant, penseeltekening W.M.S. van Duren, 1840).
Tekening 2 (voorkant veraf, pentekening J. van der Wyck, 18e eeuw).
Bronnen Tekst: De havezaten in Twente en hun bewoners / A.J. Gevers en A.J. Mensema, 1995; ISBN 90-400-9766-6 en Anton Vedders.
Foto 1: Peter van der Wielen (zijn collectie is in bruikleen bij de NKS).
Tekeningen 1 en 2: Overijsselse buitenplaatsen / H.W.M. van der Wyck, J. Enklaar-Lagendijk, 1983; ISBN 9064696179.
Opmerkingen Berend Hendrik van der Wijck en Johanna Volbrink
Voornoemde gehuwden hebben terstond verklaard dat van hen twee kinderen zijn geboren: Hendrieka, geb. 09-12-1816 (register BS voormalige gemeente Goor) en Berendina Johanna, geb. 12-01-1819 (register gemeente Markelo). De moeder van de bruid heeft op de zitting haar formele en uitdrukkelijke toestemming tot het aangaan van dit huwelijk gegeven. Grootouders van de bruidegom van vaders zijde waren Berend Hendrick van der Wijck, in leven Rigter en Ontvanger te Delden en Vrouwe Anna Margaretha Klint en van moederszijde Harmen Brouwers, in leven gemeenteman der Stad Deventer en Vrouwe Hendrietta Maas.
De VT Markelo 1829 vermeldt: Berend Hendrik van der Wijck 73 jr, Johanna Volbrink, 35 jr, geb. Enter, Hendrietta van der Wijck, 13 jr, Berendina Johanna van der Wijck, 10 jr, Maria Hendrietta van der Wijck, 8 jr, inwonend: Gerrit Nijenhuis, 25 jr, geboren Laren, knecht, Albert Jan Eelderink, 24 jr, geb. Laren, tuinier, Christina Slot, 24 jr, geb. Goor, meid, Jenneken Olthoff, 24 jr, meid, Aaltje Wolters, 18 jr. meid, Jan Tijman, 12 jr, geb. Gelselaar, beestenhoeder, Albert Harm Boskamp, 30 jr, schoolonderwijzer, Hendrika Brunnekreef, 70 jr, geb. Enter (moeder van Johanna Volbrink).
***
GEMEENTE HOF VAN TWENTE EEN ARCHEOLOGISCHE INVENTARISATIE, VERWACHTINGS - EN BELEIDSADVIESKAART BAAC rapport V-8.0417 november 2009, blz. 57
Havezate Stoevelaar bevindt zich ten westen van Goor, in het buurtschap Herike. Het
betreft een terrein van hoge archeologische waarde (CMA-nr. 2547; CAA-nr. 4829).
Stoevelaar behoorde tot de leengoederen van de bisschop van Utrecht en werd
omstreeks 1380 voor het eerst vermeld als 'Stuvelhof'. Halverwege de 17e eeuw telde
het huis acht vuursteden, een oven en een brouwketel. Het huis behoorde daarmee tot
de wat grotere huizen van Twente. In 1676 vond er nog een verbouwing plaats en
tussen 1700 en 1708 werd het huis na sloop opnieuw opgebouwd. Dit huis werd rond
1847 weer afgebroken en vervangen door een kleiner huis. Rond 1863 werd aan dit
bouwhuis een herenkamer toegevoegd, die rond 1980 werd gesloopt. Het bouwhuis
zelf is blijven bestaan. In 1952 werd het grootste deel van de gracht gedempt. Ook de
ruilverkavelingen in 1984 hebben veel schade toegebracht. Het grachtenstelsel is door
verkleuringen in de grond en door reliëfverschil nog te herleiden. Bij het koetshuis ligt
nog een deel van de 6 meter brede gracht open. Op het terrein zijn nog puinresten
aanwezig, met mogelijk nog een deel van de fundamenten.
Bij de havezate hoorden een aantal boerderijen. Ten zuidoosten lag boerderij
Stoevelman die in 1912 is gesloopt. Hier vlakbij lag het Hekhuis.
Ruim een halve kilometer zuidelijk van de havezate lag de boerderij Matena, ook wel
Mottena of Klein-Stoevelaar genoemd.

Uit dit huwelijk 3 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Henriëtte*1816 Markelo [ov] †1864 Linha Francesa Baixa [rs, Brazilië] 471 7 
2 Berendina*1819 Markelo [ov] †1861 Markelo [ov] 421 0 
3 Maria*1821 Markelo [ov] †1891 Almelo [ov] 701 0 

Hendrik ten Cate
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Hendrik ten Cate,
geb. te Scherpenzeel [fr] op 16 okt 1862,
apotheker. Ongehuwd. (Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 36),
ovl. te Buitenzorg [ja, Indonesië] op 26 mei 1900.

Cornelis ten Cate
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Cornelis ten Cate,
geb. te Scherpenzeel [fr] (Weststellingwerf) op 15 apr 1865,
kruidenier te Apeldoorn,
ovl. te Apeldoorn [ge] op 3 okt 1945.

Opmerkingen Cornelis ten Cate.
Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 37: Bevallen van twee zoons W. ten Cate-de Haas/ Scherpenzeel, 15 April 1865.

tr. te Apeldoorn [ge] op 23 aug 1895 (akte nr. 123)
met

Machteld Janna Roeterdink, dr. van Engbert Roeterdink (bakker) en Janna Luberta van Enck,
geb. te Apeldoorn [ge] op 6 mei 1873.
Opmerkingen Cornelis ten Cate en Machteld Janna Roeterdink
Zij woonden in de Paul Krugerstraat 2 en 5 te Apeldoorn.

Uit dit huwelijk 5 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Othmar*1896 Apeldoorn [ge] †1978 Apeldoorn [ge] 820 0 
2 Engbert*1898 Apeldoorn [ge] †1989 Den Haag [zh] 901 0 
3 Hendrik*1899 Apeldoorn [ge]    0 0 
4 Luberta*1904 Apeldoorn [ge] †1998 Apeldoorn [ge] 931 1 
5 Gerrit*1909 Apeldoorn [ge] †1998 Den Helder [nh] 881 1 

Levenloze zoon ten Cate
Levenloze zoon ten Cate,
geb. te Scherpenzeel [fr] op 15 apr 1865 (doodgeb.).

Opmerkingen Levenloze zoon ten Cate.
Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 38: Heden overleed een onzer Tweelingen, juist/ zeven maanden oud./ H. ten Cate./ W. ten Cate-de Haas./ Scherpenzeel,/ 15 November 1865.

Pieter ten Cate
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Pieter ten Cate,
geb. te Scherpenzeel [fr] (Weststellingwerf) op 21 jan 1869,
1e luit. K.N.I.L. 2e luit. inf. O.I.L. (1895) en kunstschilder,
ovl. te Zutphen [ge] op 18 feb 1937,
begr. te Almen [ge].

Opmerkingen Pieter ten Cate.
schi1.jpg/GDPim$].
Hij vestigde zich in 1897 te Den Haag, komende uit De Wijk. Hij vertrok in 1898 naar Apeldoorn, woonde van ca. 1913 al in Zutphen. Hij was amateurschilder. Lessen van H.O van Thol en W.B. Tholen (1897 in Den Haag), daarna van G.H. Breitner. Schilderde en tekende landschappen en stillevens. Was lid van "Arti Amicitiae" te A'dam. (Uit: Luns; Plasschaert; Scheen 1969). Zijn wede bezat schilderijen met beeltenissen van Othmar ten Cate en Hermina Hoedemaker, benevens een familiebijbel teruggaand tot Sijbrand ten Cate en Catharina van Lochem. (Bron: familieblad ten Cate/ten Kate "van Vroeger tot heden").Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 39, 88: Pieter ten Cate woont bij zijn overlijden: Deventerweg 129, Zutphen.

otr. te Stedum [gr] op 13 mrt 1894 (vlg. fam. adv.),
tr. te Magelang [ja, Indonesië] op 30 mrt 1894 (vlg. fam. adv. De Wijk, 30-3-1894)
met

Titia (Tietje) Lantinga, dr. van Jan Lantinga (smid) en Eltje van Dijk,
geb. te 't Zandt [gr] op 5 dec 1866,
ovl. te Zutphen [ge] op 24 okt 1952 Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 105: Titia Lantinga woonde bij haar overlijden in 1952: Deventerweg 129, Zutphen,
begr. te Almen [ge] op 28 okt 1952 (vlg. fam. adv.).
Opmerkingen Pieter ten Cate en Titia Lantinga
Zij woonden in 1895 te Magelang. (fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 88).

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Wytske*1895 Magelang [ja, Indonesië]    1 3 
2 Henri*1897 De Wijk [dr] †1979 Breda [nb] 811 3 


Dossier:

Wytske de Haas
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Wytske de Haas,
geb. te Bolsward [fr] op 25 jun 1836.
(Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 39),
ovl. te Scherpenzeel [fr] op 4 mrt 1869.

tr. te Bolsward [fr] op 26 jan 1862
met

Hendrik ten Cate, zn. van Hendrik ten Cate (fabrikeur) en Gezina Buddeke,
geb. te Enschede [ov] op 15 dec 1830 ten 10.00 (zie ook: fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 13) (getuigen: Gerrit Pennink, 69 jaar, notaris en Lambertus Greve, 55 jaar, zonder beroep),
heel en vroedmeester te Scherpenzeel en Wijk,
ovl. te Scherpenzeel [fr] (Weststellingwerf) op 12 feb 1901,
tr. (2)
met Annigje de Haas. Uit dit huwelijk één dochter.

Uit dit huwelijk 4 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Hendrik*1862 Scherpenzeel [fr] †1900 Buitenzorg [ja, Indonesië] 370 0 
2 Cornelis*1865 Scherpenzeel [fr] †1945 Apeldoorn [ge] 801 5 
3 Levenloze*1865 Scherpenzeel [fr]   00 0 
4 Pieter*1869 Scherpenzeel [fr] †1937 Zutphen [ge] 681 2 

Cornelis de Haas
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Cornelis de Haas.

relatie
met

Rinske Wilhelmy.

Uit deze relatie één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Wytske*1836 Bolsward [fr] †1869 Scherpenzeel [fr] 321 4 

Rinske Wilhelmy
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Rinske Wilhelmy.

relatie
met

Cornelis de Haas.

Uit deze relatie één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Wytske*1836 Bolsward [fr] †1869 Scherpenzeel [fr] 321 4 

Gesina ten Cate
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Gesina ten Cate,
geb. te Scherpenzeel [fr] op 27 mei 1874,
dienstbode.

Opmerkingen Gesina ten Cate.
In 1900 is zij dienstbode bij de koopman Herman Bakker Niemeijer aan de Radesingel te Groningen. (fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 42, 44).

Annigje de Haas
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Annigje de Haas,
geb. te Bolsward [fr] op 21 jun 1848,
ovl. te Dokkum [fr] op 12 dec 1906.

Opmerkingen Annigje de Haas.
Zij is de nicht van Wytske de Haas, Hendriks 1e vrouw. (fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 63).

otr. te Scherpenzeel [fr] op 15 apr 1873,
tr. te Bolsward [fr] op 6 mei 1873
met

Hendrik ten Cate, zn. van Hendrik ten Cate (fabrikeur) en Gezina Buddeke,
geb. te Enschede [ov] op 15 dec 1830 ten 10.00 (zie ook: fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 13) (getuigen: Gerrit Pennink, 69 jaar, notaris en Lambertus Greve, 55 jaar, zonder beroep),
heel en vroedmeester te Scherpenzeel en Wijk,
ovl. te Scherpenzeel [fr] (Weststellingwerf) op 12 feb 1901,
tr. (1)
met Wytske de Haas. Uit dit huwelijk 4 zonen.
Opmerkingen Hendrik ten Cate en Annigje de Haas
(fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 42).

Uit dit huwelijk één dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Gesina*1874 Scherpenzeel [fr]    0 0 

Frederik Hendrik ten Cate
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Frederik Hendrik ten Cate,
geb. te Hengelo [ov] in 1844,
ovl. te Hengelo [ov] op 4 feb 1845.

Johanna Schwalmeijer
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Johanna Schwalmeijer,
ovl. in 1847.

tr. te Hengelo [ov] op 14 jun 1843
met

Engelbert ten Cate Hoedemaker, zn. van Hendrik ten Cate Hoedemaker (frabrikeur te Lonneker) en Henriëtte Walkate (gouvernante (bij huw.)),
geb. te Lonneker [ov] op 15 nov 1821,
ged. DG te Lonneker [ov] op 20 apr 1842,
ovl. te Hengelo [ov] op 1 apr 1846.

Uit dit huwelijk één zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Frederik*1844 Hengelo [ov] †1845 Hengelo [ov] 10 0 

Hendrik ten Cate Hoedemaker
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Hendrik ten Cate Hoedemaker,
geb. te Noordbroek [gr] op 16 jun 1852,
arts te Davos, daarna te Zandvoort,
ovl. vermoedelijk 1931.

Opmerkingen Hendrik ten Cate Hoedemaker.
Not. Sneek 119.089 nr. 84 van 1 sept. 1887: Huw. contract met Sjoerdje Lankhorst. Not. Sneek 119.097 nr. 43 van 1 mei 1895: Aankoop van de stoomgrutterij "De Hoop" voor ƒ 10.589.- (zie: 119.097 nr. 9 van 26 febr. 1895) samen met Adriaan Jansz Dekker te Zaandijk. Not. Sneek 119.097 nr. 44 van 2 mei 1895: Deze gaan samen een comm. venn. aan, de Fa. G.N. Bouma en Zn. Not. Sneek 119.097 nr. 60 van 31 mei 1896: Dr. Hendrik ten Cate Hoedemaker te Zandvoort verkoopt voor zijn vrouw een huis te Sneek. (fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 28).

tr. (1) te Beverwijk [nh] op 6 mei 1884 (akte nr. 5), huwelijk gesloten in het huis van de bruid in de Breestraat 274 Beverwij k (getuigen: Herman ten Cate Hoedemaker predikant 60 jr. vader van de bdg Deventer, Hubertus ten Cate Hoedemaker candidaat in de medicijnen 27 jr. Groningen broeder van de bdg, Pieter Schuckink Kool sigarenfabrikant 30 jr. Beverwijk broeder van de bruid, Jan Doekes Lulofs commissionair 53 jr. Amsterdam zwager van de bruid en Pieter Kool koopman 57 jr. Alkmaar neef van de bruid, Jan Sepp predikant 37 jr. predikant Beverwijk bekende)
met

Sara Elisabeth Schuckingkool, dr. van Paulus Schuckingkool (koopman, gem. ontvanger te Beverwijk) en Margaretha Amelia Canne,
geb. te Beverwijk [nh] op 25 apr 1850,
ovl. te Davos [gr, Zwitserland] op 15 jan 1885.

tr. (2) te Sneek [fr] op 3 sep 1887 (huw. akte nr. 62)
met

Sjoerdtje Lankhorst, dr. van Nicolaas Jurjan Lankhorst en Aagjen Bakker,
geb. te Foudgum [fr] (gem. Westdongeradeel) op 8 dec 1858,
ovl. te Gouda [zh] op 1 jun 1940,
begr. te Gouda [zh] begraafplaats Vorstmanstraat, grafnr. (sectie / rij / volgnr): A.aa.11, - Bedekking: staande steen hardsteen, - Vormgeving: (Latijns schrift met schreef) (verdiept), - Staat: goed, - Opschrift: S ten Cate Hoedeman | Lankhorst | 8 dec 1858 1 juni 1940.

Uit dit huwelijk 5 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Aagjen*1888 Davos Platz [gr, Zwitserland] †1955 Gouda [zh] 661 0 
2 Geertruid*1891 De Steeg [ge] †1891 Arnhem [ge] 00 0 
3 Geertruid*1893 Amsterdam [nh] †1893 Zandvoort [nh] 00 0 
4 Herman*1894 Zandvoort [nh]    0 0 
5 Nico*1897 Zandvoort [nh] †1938 Het Bilt [fr] 411 0 


Dossier:

Aleida Geertruid ten Cate Hoedemaker
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Aleida Geertruid ten Cate Hoedemaker,
geb. te Grouw [fr] (gem. Idaarderadeel) op 6 jan 1855.
(Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 30),
ovl. te Delft [zh] op 21 jun 1916 (akte nr. 39).

tr. te Deventer [ov] op 6 jan 1883
met

Pieter Schuckingkool, zn. van Paulus Schuckingkool (koopman, gem. ontvanger te Beverwijk) en Margaretha Amelia Canne,
geb. te Beverwijk [nh] op 16 okt 1840,
koopman in tabak,
ovl. te Beverwijk [nh] op 14 sep 1905.

Opmerkingen Pieter Schuckingkool.
Hij is eerder wedr van Alida Wilhelmina de Bruijn. Gegevens over de familie Schuckingkool zijn opgenomen in Ned. Patriciaat (uitg. onder redactie van D.G. van Epen), 18e jrg. (1928/29), genealogie Schucking(kool).
Opmerkingen Pieter Schuckingkool en Aleida Geertruid ten Cate Hoedemaker
Get. bij hun huw. zijn Herman Willem ten Cate, oom, 62 jr. wonende te Deventer en Lambertus ten Cate Hoedemaker, broeder, 24 jr. wonende te Groningen, candidaat in de medicijnen.

Uit dit huwelijk 3 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Geertruida*1884 Beverwijk [nh]    0 0 
2 Pauline*1886 Beverwijk [nh]    0 0 
3 Henriëtte*1889 Beverwijk [nh]    0 0 

Henriëtte ten Cate Hoedemaker
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Henriëtte ten Cate Hoedemaker,
geb. te Grouw [fr] op 2 apr 1856.
(Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 88),
ovl. te Deventer [ov] op 16 jan 1937 ten 04.30 (overl. akte nr. 29).

Lambertus ten Cate Hoedemaker
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Lambertus ten Cate Hoedemaker,
geb. te Deventer [ov] op 13 jan 1858,
arts te Didam. (Fam. adv. coll. CBG, Ten Cate, blz. 32),
ovl. te Voorst [ge] op 23 apr 1920.

tr. te Deventer [ov] op 12 jun 1889
met

Margaretha van Groningen, dr. van Simon Henri van Groningen (koopman, commissionair in eff.) en Hendrika van Delden,
geb. te Deventer [ov] op 3 jan 1861,
ovl. te Voorst [ge] op 17 mrt 1946.
Opmerkingen Lambertus ten Cate Hoedemaker en Margaretha van Groningen
Get. bij hun huw. is o.a. Herman ten Cate Hoedemaker, 29 jr, arts te A'dam. Zijn broeder.

Herman ten Cate Hoedemaker
in
Parenteel van Abraham ten Cate.

Herman ("Heinsen" genoemd in PK van dr. Geertruid) ten Cate Hoedemaker,
geb. te Deventer [ov] op 8 mei 1860,
gynaecoloog, chirurg (in 1900 bij huw. genoemd als gemeente arts te Deventer),
ovl. te Diepenveen [ov] op 18 jul 1922 Jachtrust
Diepenveen Jachtrust 1922 Diepenveen bij het Dorp Diepenveen Dr. H. ten cate Hoedemaker Dr. H. ten Cate Hoedemaker was vanaf 1890 Chirurg en Huis- arts te Deventer. Hij overleed op 19 juli 1922 op Huize Jachtrust, waar hij pas kort woonde. Hij werd 62 jaar oud. Dr. H. ten cate Hoedemaker (ovl) Advertentie in Deventer Dagblad juli 1922. 8534.

Opmerkingen Herman ten Cate Hoedemaker.
naam: Woertman (boerderij).
omschrijving: Veiling. Koper 1e stuk perceel 1-9 is Gerrit Groothaar, landbouwer te Wesepe f 8700.- Koper 2e stuk is H. ten Cate Hoedemaker te Deventer.
plaats: Bathmen.
buurschap: C 761.
marke:.
adres:.
periode: 1913 van: tot:.
eigenaar: wed. S. Kloosterboer.
bewoner: wed. S. Kloosterboer jaartal:.
oppervlakte: 16 ha prijs: f 8700.- datum: 28-06-1913 - 16-07-1913.
opp: afgebroken: Fal nr. op kaart:.
bron: Notaris P.H. van der Saag te Deventer,akte 7460, 7484. Inv.nr 683.

tr. te Deventer [ov] op 25 jul 1900 (huw. akte nr. 97)
met

Geziena Margaretha (Ina) Blijdenstein, dr. van Herman Gijsbert Blijdenstein (katoenfabr. laatst te Gronau) en Hermanna Udink ten Cate,
geb. te Lonneker [ov] op 11 sep 1876.
Tweeling met Anna Elisabeth,
ovl. te Deventer [ov] op 30 aug 1951 (andere opgave: Lonneker 30-8-1953).

Uit dit huwelijk 6 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
1 Herman*1902 Voorst [ge] †1960 Den Haag [zh] 581 1 
2 Anna*1904 Deventer [ov] †1953 Untermeubach [nw, Duitsland] 481 0 
3 Geertruid*1907 Voorst [ge] †1968 Soest [ut] 601 4 
4 Bertha*1913 Deventer [ov] †1987 Zutphen [ge] 741 2 
5 Lambertus*1914 Deventer [ov] †1994 Voorst [ge] 791 2 
6 Ina*1916 Deventer [ov] †1925 Deventer [ov] 90 0